Veiligheid
14
Veiligheidsinrichtingen
De veiligheidsinrichtingen mogen niet worden verwijderd of omzeild.
Controleer alle veiligheidsinrichtingen voordat u het werktuig gaat ge-
bruiken. Onbeschermde machineonderdelen kunnen ernstige of zelfs
dodelijke verwondingen veroorzaken.
Bandenspanning controleren
Controleer de bandenspanning regelmatig. Een te hoge of te lage
bandenspanning verkort de levensduur van de banden, kan tot onge-
wenste werkresultaten leiden en tot gevolg hebben dat er bij het trans-
port over de weg ongelukken gebeuren.
Meerijden op de machine is verboden
Transporteer nooit personen of objecten op de machine. Meerijden op
de machine is levensgevaarlijk en streng verboden.
Hoogte van de machine en bovengrondse leidingen
Wanneer bij het in- en uitklappen een hoogte van 4,00 m wordt over-
schreden, mag de machine in geen geval worden in- en uitgeklapt in
de buurt van stroomvoerende bovengrondse leidingen! De spanning
kan anders overslaan. Als de machine een stroomvoerende boven-
grondse leiding heeft geraakt:
•
Verlaat de tractorcabine niet.
•
Raak geen metalen delen van de tractor aan.
•
Breng geen geleidende verbinding met aarde tot stand.
•
Waarschuw iedereen in de omgeving uit de buurt van de tractor en
de machine te blijven.
•
Wacht op hulp van professionele reddingswerkers, omdat de
stroomvoerende bovengrondse leiding eerst uitgeschakeld moet
worden.
Ook mag u onder stroomvoerende bovengrondse leidingen nooit op
de machine klimmen. De spanning kan ook zonder directe aanraking
overspringen.
Directe omgeving controleren
Controleer voordat u wegrijdt, de machine uitklapt of in werking stelt,
altijd eerst de directe omgeving van de machine. Zorg voor voldoende
zicht. Ga pas rijden als u zeker weet dat er zich geen personen of ob-
jecten in de directe omgeving bevinden. Wanneer de machine wordt
gebruikt zonder dat de onmiddellijke omgeving is gecontroleerd, kun-
nen er ongevallen worden veroorzaakt.
Bouten en moeren natrekken
Controleer regelmatig of alle schroeven en moeren nog goed vastzit-
ten en trek deze zo nodig na. Door het gebruik kunnen er ongemerkt
bouten losraken. Ongevallen en schade aan de machine kunnen het
gevolg zijn.
Hoe te handelen bij storingen
Bij storingen in de werking van de machine moet u deze onmiddellijk
tot stilstand brengen en vastzetten. Verhelp de storing direct of laat dit
doen in een werkplaats. Het verder gebruiken van de machine kan lei-
den tot schade aan de machine of tot ongevallen.