VOORWOORD In dit instructieboekje leggen wij u de montage en het gebruik van de Vicontrol uit. Het bevat gegevens over het afstellen en geeft een richtlijn bij het verhelpen van storingen. Lees de instructies en veiligheidsvoorschriften goed door voordat u begint te werken met uw machine.
BESCHRIJVING VAN HET SYSTEEM De Vicontrol is het elektronische meet- regel- en doseersysteem voor de pendelstrooier. Het bestaat uit een bedieningskast in de trekker, een elektromotor op de machine en een sensor om de rijsnelheid te meten. De Vicontrol bepaalt op basis van de ingestelde gift in kg per ha, de werkbreedte en de gemeten rijsnelheid de juiste dosering.
HET WERKEN MET DE VICONTROL 2.1 Opstarten Voordat u de voedingsstekker in de accucontactdoos steekt, moet de elektromotor zijn aangesloten op de bedieningskast. Door de voedingsstekker in de accucontactdoos te steken, wordt de Vicontrol opgestart. Voor het aansluiten, zie de aansluitschema's achter in dit boek. De rijsnelheid verschijnt dan in het scherm.
2.4 De Vicontrol weer instellen op de fabriekswaarden Het kan voorkomen, dat u de Vicontrol weer volledig terug wilt zetten op de originele fabriekswaarden. U doet dat als volgt: Druk gelijktijdig op [START], [STOP] en [C], direct nadat u de accuspanning even heeft onderbroken.
STARTEN MET STROOIEN 3.1 Invoeren werkgegevens Voordat u start met strooien moet u controleren of de juiste werkgegevens zijn ingevoerd. De werkgegevens die ingevoerd moeten worden zijn: a. meststofgift (kg/ha) b. afdraaiproef; c. werkbreedte (m); d. aantal wielpulsen per afgelegde weg; 3.1.a Meststofgift (kg/ha) invoeren Druk op [kg/ha].
3.1.d Aantal pulsen snelheidssensor De snelheidssensor geeft pulsen af ter bepaling van de snelheid en de rijafstand. Omdat de grootte van uw trekkerwiel en de bodemgesteldheid bepalend zijn voor het aantal pulsen dat de wielsensor afgeeft, zult u eerst het aantal pulsen moeten invoeren. U kunt dat doen door een meting in het veld uit te voeren.
3.2 Strooien Zijn de werkgegevens correct ingevoerd, dan kunt u beginnen met strooien. - Schakel de aftakas in (540 toeren/min). - Druk op [START] om te beginnen met strooien. - Druk op [STOP] om het strooien te stoppen. - Laat de aftakas draaien bij het keren op een kopakker. Tijdens en na het strooien zijn de volgende waarden uit te lezen: 1 de actuele rijsnelheid 2 de totaal gestrooide hectares (via [hectareteller])
3.2.d Corrigeren van de afdraaiproefwaarde Het kan voorkomen dat de werkelijk gestrooide gift afwijkt van de ingestelde gift. - Gewenste hoeveelheid 200 kg/ha - Werkelijk gestrooide waarde (bepaald aan de hand van het aantal verstrooide zakken) 220 kg/ha. U strooit dus 10% teveel. - Verhoog de afdraaiproefwaarde met 10% - De gemeten waarde van b.v.
F-FUNCTIES 4.1 Gebruikersfuncties De gebruikersfuncties worden geactiveerd door op [F] te drukken. Hierna kan het nummer van de gewenste functie ingevoerd worden met [+] en [–]. Na vastleggen via [=], is de functie beschikbaar. Indien de gewenste functie niet verschijnt, dan is deze afgegrendeld en alleen voor geautoriseerde medewerkers toegankelijk.
4.1.a Afdraaiproef (aanvullend) Afhankelijk van de te strooien kilo's kunstmest per hectare is het mogelijk de tijdsduur van de afdraaiproef in te stellen. Standaard is deze tijdsduur 20 seconden. Bij zeer grote giften kan het opvangen van grote hoeveelheid kunstmest tijdens de afdraaiproef problemen opleveren.
FOUTMELDINGEN Foutmeldingen welke door het systeem worden gegenereerd verdwijnen vanzelf indien de oorzaak is weggenomen. Via [START], [STOP] en in [F] kunnen de foutmeldingen worden weggedrukt. Error: minimumwaarde van de spindelstand is ongeldig maximumwaarde van de spindelstand is ongeldig spindel zit vast gedurende openen of geen spindel aangesloten tijdens het strooien spindel zit vast gedurende sluiten of geen spindel aangesloten tijdens het strooien spindel verloopt in rust snelheid te hoog, kan niet nog meer strooien...
STORINGSTABEL Behalve de foutmeldingen op de vorige pagina volgen hieronder nog enige richtlijnen voor het verhelpen van eventuele storingen. Probleem: Mogelijke oorzaak: Oplossing: Geen indicatie op Stekker niet aangesloten Stekker aansluiten. display; functietoetsen reageren niet. Zekering (25A) defect. Controleer de kabel op beschadigingen en vervang de zekering Foutmelding 103 bij Controleer stekkerverbinding en snoer...
OPTIONEEL TOEBEHOREN 8.1 Fijndoseerset Vicon levert een speciale fijndoseerset voor het doseren van kleine hoeveelheden kunstmest. De set bestaat uit twee afdekplaatjes met dezelfde vorm als de doseeropeningen in de doseerschijf. De Vicontrol werkt in combinatie met de fijndoseerset even nauwkeurig als normaal. De te strooien hoeveelheid bepaalt hoeveel doseeropeningen u gebruikt: Hoeveelheid in kg/ha aantal openingen in de doseerschijf...
MONTAGE VAN DE VICONTROL 9.1 Montage van de elektromotor Sluit de doseerschijf van de strooier en demonteer de nylon regelstaaf (1). Trek daarbij de doseerschijf zo ver mogelijk dicht en beweeg de regelstaaf naar rechts waardoor deze vrij komt. Demonteer nu de regelhendel (2). Verwijder de moer aan de buitenkant van de strooiplaat (3), druk de bout naar binnen en verwijder deze.
9.3 Montage van de wielring Er zijn drie wielringen leverbaar: met een inwendige diameter van 256 mm (12 nokken), 325 mm (16 nokken) of 438 mm (24 nokken). De wielring en sensor worden bij voorkeur gemonteerd aan de binnenzijde van een niet-aangedreven trekkerwiel (1). Monteer eerst de bouten, vulbusjes en moeren aan de te monteren wielring.