6 Installatie
Tab.28
Buitenunit
AWHP 4.5 MR
AWHP 6 MR-3
AWHP 8 MR-2
AWHP 11 MR-2
AWHP 11 TR-2
AWHP 16 MR-2
AWHP 16 TR-2
52
Voer de elektrische aansluitingen op het apparaat uit overeenkomstig de
aanbevelingen van deze handleiding.
Belangrijk
De aarding dient te voldoen aan de geldende
installatievoorschriften.
België: RGEI
Opgelet
De installatie moet voorzien zijn van een hoofdschakelaar.
Krachtstroommodellen moeten altijd van een nulleider voorzien
zijn.
Opgelet
Sluit het apparaat aan op een circuit dat voorzien is van een
meerpolige schakelaar met een contactopeningsafstand van 3
mm of meer.
Eenfase modellen: 230 V (+6%/-10%) 50 Hz
Driefase modellen: 400 V (+6%/-10%) 50 Hz
Neem bij het uitvoeren van de elektrische aansluitingen de volgende
polariteiten in acht.
Tab.27
Kleur van de draad
Bruine draad
Blauwe draad
Groen/gele draad
Opgelet
Bevestig de kabel met de meegeleverde kabelklem. Zorg dat de
draden niet met verwisseld worden.
6.7.2
Aanbevolen doorsnede van de kabel
De elektrische eigenschappen van de beschikbare netvoeding moeten
overeenkomen met de op de typeplaat aangegeven waarden.
De kabel moet zorgvuldig worden uitgekozen aan de hand van de
volgende criteria:
Maximale stroomsterkte van de buitenunit. Zie onderstaande tabel.
Afstand van het apparaat t.o.v. de oorspronkelijke voedingsbron.
Stroomopwaartse zekering.
Exploitatiemodus van de nulleider.
Belangrijk
De maximum toegestane stroom op de voedingskabel van de
binnenmodule mag niet hoger zijn dan 6 A.
Voedingskabeltype
Doorsnede van de
kabel (mm
Eenfase
3 x 2,5
Eenfase
3 x 2,5
Eenfase
3 x 4
Eenfase
3 x 6
Driefasen
5 x 2,5
Eenfase
3 x 10
Driefasen
5 x 2,5
Polariteit
Fase
Nulleider
Aarde
Uitschakelautomaat
grafiek C (A)
2
)
16
16
25
32
16
40
16
Maximale stroom
sterkte (A)
12
13
17
29,5
13
29,5
13
7705298 - v03 - 16102018