Invacare® TDX SP2®-serie
De veiligheidsgordel mag niet door onderdelen van de rolstoel, zoals
een armsteun of wielen, uit de buurt van het lichaam van de gebruiker
worden gehouden.
De bekkengordel dient ongehinderd en niet te los tussen het bekken
en het dijbeen van de gebruiker te zitten. De optimale hoek van de
bekkengordel t.o.v. de horizontale lijn moet tussen 45° en 75° liggen.
90
De maximale hoek moet tussen 30° en 75° liggen. De hoek mag in
geen geval groter dan 30° zijn!
De in het transportvoertuig ingebouwde veiligheidsriem moet zoals
rechts aangegeven worden bevestigd.
1) Middellijn van het lichaam
2) Midden van borstbeen
8.4 Het mobiliteitshulpmiddel vervoeren
zonder rolstoelgebruiker
LET OP!
Risico op lichamelijk letsel
– Als u het mobiliteitshulpmiddel niet zelf goed kunt
vastzetten in een voertuig, raadt Invacare aan het
mobiliteitshulpmiddel niet zelf te vervoeren.
1580067-C