Deurruiten verwijderen en inbrengen
Om ze schoon te maken kunt u de ruiten van de
apparaatdeur afnemen.
Hiervoor dient u de apparaatdeur eerst te verwijderen
(zie het hoofdstuk "Apparaatdeur verwijderen en
inbrengen").
:
Waarschuwing – Risico van letsel!
Gebruik het apparaat pas weer wanneer de ruiten en de
apparaatdeur naar behoren zijn aangebracht.
:
Waarschuwing – Risico van letsel!
Bepaalde onderdelen in de apparaatdeur kunnen
scherpe randen hebben. Draag
veiligheidshandschoenen.
Verwijderen
Aanwijzing: De verwijderde ruiten op een vlakke,
zachte en schone ondergrond leggen.
Apparaatdeur verwijderen
1.
Apparaatdeur met de voorkant naar beneden op een
2.
vlakke, zachte en schone ondergrond leggen.
Links en rechts op de buitenkant van de
3.
apparaatdeur drukken, tot de middelste ruit aan
beide kanten loskomt (Afb.
Middelste ruit voorzichtig optillen en in de richting
4.
van de pijl uitnemen (Afb.
Middelste ruit in het gebied ‚ naar beneden
5.
drukken, de houder ƒ voorzichtig optillen tot hij eruit
kan worden getrokken (Afb.
).
!
).
"
).
#
Eerste en tweede middelste ruit van onderen optillen
6.
(Afb.
) en er in de richting van de pijl uitnemen
$
(Afb.
).
%
Zo nodig de afstandhouders (Afb.
7.
(Afb.
) afnemen.
'
Reinig de deurruiten aan beide kanten met
8.
glasreiniger en een zachte doek.
:
Waarschuwing
Gevaar voor letsel!
Wanneer er krassen op het glas van de
apparaatdeur zitten, kan dit springen. Geen
schraper, scherpe of schurende
schoonmaakmiddelen gebruiken.
Deurruiten drogen en weer inbrengen
9.
Inbrengen
Aanwijzing: Let erop dat u de deurruiten inbrengt in de
oorspronkelijke volgorde.
Middelste ruit zo neerleggen dat de pijl ‚ naar
1.
rechtsboven wijst (Afb.
Apparaatdeur
) en dichtingen
&
).
!
nl
23