3.
Gebruik de pijlknoppen om het menu Fax ontvangen instellingen te selecteren en druk vervolgens op
de knop OK.
4.
Gebruik de pijlknoppen om het menu Faxen opnieuw afdrukken te selecteren en druk vervolgens op de
knop OK.
5.
Gebruik de pijlknoppen om de optie Aan of Uit te selecteren en druk vervolgens op de knop OK.
De stiltedetectiemodus instellen
Met deze instelling regelt u of u wel of geen faxen kunt ontvangen van oudere faxapparaten die tijdens
faxverzendingen geen faxsignaal verzenden. Op het moment van deze publicatie zijn er nog erg weinig van
dit soort faxapparaten in gebruik. De standaardinstelling is Uit. De instelling voor de stiltedetectiemodus
dient u alleen te wijzigen als u regelmatig faxen ontvangt van iemand die een ouder model faxapparaat
gebruikt.
1.
Druk op de knop Instellingen
2.
Gebruik de pijlknoppen om het menu Faxinstellingen te selecteren en druk vervolgens op de knop OK.
3.
Gebruik de pijlknoppen om het menu Fax ontvangen instellingen te selecteren en druk vervolgens op
de knop OK.
4.
Gebruik de pijlknoppen om het menu Stiltedetectie te selecteren en druk vervolgens op de knop OK.
5.
Gebruik de pijlknoppen om de optie Aan of Uit te selecteren en druk vervolgens op de knop
selectie op te slaan.
Het volume van de fax instellen
U stelt het volume van de faxgeluiden in op het bedieningspaneel. U kunt de instellingen voor de volgende
geluiden wijzigen:
De faxgeluiden voor inkomende en uitgaande faxen
●
Het belsignaal voor inkomende faxen
●
De fabrieksinstelling voor het volume van de faxgeluiden is Laag.
Het volume van waarschuwingen, de telefoonlijn en het belsignaal instellen
1.
Druk op de knop Instellingen
2.
Gebruik de pijlknoppen om het menu Systeeminstellingen te selecteren en druk vervolgens op de knop
OK.
3.
Gebruik de pijlknoppen om het menu Vol-instellingen te selecteren en druk vervolgens op de knop OK.
4.
Gebruik de pijlknoppen om het menu Alarmvolume, Telefoonlijnvolume of Belvolume te selecteren en
druk vervolgens op de knop OK.
5.
Gebruik de pijlknoppen om de instelling Uit, Laag, Gemiddeld of Hoog te selecteren.
6.
Druk op
NLWW
op het bedieningspaneel.
.
OK
om de selectie op te slaan.
OK
om de
Faxinstellingen configureren 119