• Breng het oorstukje naar uw oor. Pas op dat u uw
hand of het slangetje niet in een andere positie
brengt. Druk het gehoorgangdeel van het oorstukje
in de opening van de gehoorgang. Het helixpunt
moet recht omhoog wijzen. Het helixpunt schuift op
zijn plaats.
• Als uw oor pijn gaat doen, tijdens of na het inzetten
van het oorstukje of hoortoestel, raadpleeg dan uw
audicien.
Kijk in de spiegel. Als het helixpunt (zie pagina 3)
van het oorstuk zichtbaar is, is het toestel niet goed
ingezet. Laat uw wijsvinger langs uw huid glijden
tot net voor uw oor. Als u de helix van het oorstuk
kan aanraken, is het toestel niet goed ingezet.
Gebruik uw wijsvinger om het helixpunt van uw
oorstuk achter de huidflap te duwen. Het kan helpen
om tegelijkertijd de bovenrand van het oor met de
andere hand omhoog en naar achteren te trekken.
Helix
5