4
Omgang met de batterij
– Koppel de batterijstekker los vóór het
laden en alleen wanneer de heftruck en
batterijlader zijn uitgeschakeld.
– De batterijdeur moet tijdens het opladen
open zijn.
– Maak de oppervlakken van de batterijcellen
vrij.
– Leg geen metalen voorwerpen of gereed-
schappen op de batterij.
– Open eventuele beschermende construc-
ties volledig (bijv. cabine met canvasafdek-
king).
– Houd brandblusapparatuur gereed.
Hef- en hijsmiddelen
GEVAAR
Ongevalrisico!
De batterij kan van het hijs- of hefmiddel vallen, of
het hijs- of hefmiddel kan kantelen of beschadigd
raken. Als dit gebeurt, bestaat er levensgevaar.
De batterij mag alleen worden vervangen als de
heftruck op een vlakke, gelijkmatige ondergrond
met voldoende draagvermogen staat. Het hef-
vermogen van het hijs- of hefmiddel (zie bedie-
ningsinstructies of typeplaatje) moet ten minste
overeenkomen met het batterijgewicht (zie het bat-
terij-identificatieplaatje).
– Controleer het hefvermogen van het hijs- of
hefmiddel.
– Verwijder de batterij op een geschikte onder-
grond.
Bij heftrucks met een interne rollenbaan kan
de batterij worden vervangen met behulp van
de volgende hijs- of hefmiddelen:
• Heftruck met externe rollenbaan (variant)
Bij machines met een brug (variant) kan de
batterij worden verwijderd met de volgende
hijs- of hefmiddelen:
• Kraan
OPMERKING
Bij machines die niet over eigen hulpmiddelen
beschikken, moet de batterij worden verwij-
derd door het geautoriseerde servicecentrum.
282
55048011506 NL - 02/2018
Gebruik