9.3.3
A
ANSLUITING CONDENS AFVOER
De condens afvoer is gesitueerd in het midden aan de onderzijde van de ketel en heeft een ¾" afvoerslang. Sluit
deze slang m.b.v. een open verbinding aan op het bestaande rioleringssysteem.
Gebruik alleen plastic onderdelen t.b.v. de condensaatafvoer. Metalen onderdelen en/of leidingen zijn verboden.
Blokkering van deze afvoer kan de ketel beschadigen. De condensaatafvoer is correct aangesloten, wanneer het
condensaat zichtbaar wegstroomt. Gebruik eventueel een trechter om dit te controleren. Eventuele schade, ontstaan
door een onjuiste afvoer van het condensaat, valt niet onder de garantie.
Er dient een open aansluiting tussen de condens afvoer van de ketel en het rioleringssysteem te zijn aangebracht,
zodat eventueel optredende drukverschillen tussen beide géén invloed hebben op het condenswaterniveau en dus
het functioneren van de ketel:
open aansluiting
Als het onderste deel van de sifon wordt gemonteerd, voor inbedrijfstelling en/of na onderhoudswerk-
zaamheden, dient dit ALTIJD volledig met water te worden gevuld.
Dit betreft een veiligheidsvoorziening: het sifonwater fungeert als afsluiter voor de rookgassen
uit de warmtewisselaar. Deze kunnen anders via de condens afvoer in de stookruimte komen.
De sifon moet altijd tot de rand toe gevuld
worden met water, alvorens deze weer op
de ketel wordt gemonteerd
E93.0901NL.B Handleiding Consul+
47