Probleem
Het ontvangen
beeldbestand kan niet
worden geopend.
Verzenden duurt erg
lang.
Een bestemming staat
voorgeselecteerd.
Kan niet naar
USB-geheugen
schrijven.
(Bij gebruik van een
USB-geheugen.)
PROBLEMEN M.B.T. SCANRESULTATEN
Probleem
Het gescande beeld is
afgesneden.
Wat u moet controleren
Ondersteunt het viewerprogramma van
de ontvanger de bestandsindeling van
de ontvangen beelddata?
Verschijnt er een melding waarin om uw
wachtwoord wordt gevraagd?
Is de resolutie-instelling geschikt
wanneer u scant?
Is "Instelling standaard adres"
ingeschakeld in de systeeminstellingen
(systeembeheerder)?
Is het aangesloten USB-apparaat juist
herkend?
Wat u moet controleren
Is de grootte van de scansetting kleiner
dan het origineel?
HET OPSPOREN VAN FOUTEN
Gebruik een programma dat in staat is het geselecteerde
bestandstype en de compressiemodus te openen.
Mogelijk kan de ontvanger het bestand wel openen als u
het bestandstype en de compressiemodus aanpast voor
het verzenden.
Vraag de zender om het wachtwoord, of laat het
beeld opnieuw in ongecodeerde vorm versturen.
Het ontvangen bestand is een gecodeerd PDF bestand.
Selecteer de juiste resolutie- en
gegevenscompressie-instellingen voor de verzending.
Om afbeeldingen te creëren die qua resolutie en
bestandsformaat in balans zijn, moet u op het volgende letten:
Resolutie-instellingen
De standaardinstelling voor resolutie is [200X200dpi] in
scanner- en USB-geheugenmodus en [200X100dpi] in
internetfaxmodus. Als het origineel geen
halftoonafbeelding bevat zoals een foto of illustratie, krijgt
u een praktische, nuttige afbeelding door te scannen op
de standaardresolutie. Een hogere resolutie-instelling of
de instelling "Halftoon" (in internetfaxmodus) selecteert u
alleen als het origineel een foto bevat en u prioriteit wilt
geven aan de kwaliteit van de fotoafbeelding. Dan creëert
u wel een groter bestand dan met de standaardinstelling.
Als u iets wilt versturen naar een andere dan de standaard
ingegeven bestemming, toetst u de [Annuleren] toets in.
Als u de beheerder bent en de standaardbestemming
wilt wijzigen of uitschakelen, wijzigt u de instellingen
navenant in "Instelling standaard adres".
➞ Systeeminstellingen (Systeembeheerder) >
"Instellingen Beeld Verz" > "Scaninstellingen" >
"Instelling standaard adres"
Met "USB-apparaatcontrole" in de
systeeminstellingen kunt u controleren of het
apparaat al dan niet kan worden herkend.
➞ Systeeminstellingen > "USB-apparaatcontrole"
Als het niet wordt herkend, sluit u het opnieuw aan.
Stel de scangrootte in op de grootte van het origineel.
Heeft u opzettelijk een kleinere omvang ingesteld dan de
oorspronkelijke grootte zorg dan voor zeer precieze
plaatsing van het origineel voor het scannen. Bijvoorbeeld,
als u een A4-origineel (8-1/2" x 11") scant met de instelling
B5 (5-1/2" x 8-1/2") op de origineelplaat, dan moet u het
origineel juist leggen met behulp van de schaalverdeling
aan de linkerkant van de origineelplaat, om het gebied dat u
wenst in te scannen in het scangebied van het formaat B5
(5-1/2" x 8-1/2") te leggen.
☞
1. VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT
ORIGINEEL OP DE GLASPLAAT
(pagina 1-38)
8-27
Oplossing
Oplossing
"HET
PLAATSEN"
Inhoudsopgave