Druk op [STARTEN KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT] om de eerste set
originelen te scannen.
Het scannen begint.
3
Om het scannen te annuleren...
Druk op de toets [STOP] (
Plaats de volgende set originelen en druk op de toets [STARTEN KLEUR] of
[STARTEN ZWART-WIT].
Herhaal deze stap totdat u alle originelen hebt gescand.
4
De kopieerinstellingen (alleen Belichting, Papierformaat en Kopieerfactor) kunnen voor iedere set originelen worden gewijzigd.
Als u het kopieformaat wilt aanpassen, volg dan de stappen bij "De kopieerinstellingen wijzigen voor elke set originelen".
Om het scannen te annuleren...
Druk op de toets [STOP] (
Plaats volgend origineel en druk op
[Start]. Druk op [Wijzigen] voor
voor wijzigen kopieerinstellingen.
5
Als u het kopiëren wilt annuleren...
Druk op de toets [STOP] (
Indien de Snelmap van de modus documentarchivering vol is, wordt de functie opdracht samenstellen belemmerd. Verwijder
onnodige bestanden uit de Snelmap.
Als u de functie opdracht samenstel. wilt annuleren...
Druk op [Opdracht Samenstel.] in het scherm van stap 2 zodat de toets niet wordt gemarkeerd.
).
). Alle gescande data wordt gewist.
Wijzigen
Lezen Klaar
).
2-47
Druk op [Lezen Klaar].
KOPIEERMACHINE
Inhoudsopgave