Pagina 1
MODEL: MX-C310 MX-C380 MX-C400 DIGITAAL KLEUREN MULTIFUNCTIONEEL SUSTEEM Verkorte installatiehandleiding Verkorte installatiehandleiding Verkorte installatiehandleiding Voordat u de machine gebruikt Functies van de machine en procedures voor het plaatsen van originelen en het laden van papier. Kopiëren De kopieerfunctie gebruiken. Afdrukken De afdrukfunctie gebruiken.
Pagina 2
BEDIENINGSHANDLEIDINGEN EN HOE U ZE MOET GEBRUIKEN 3 gedrukte handleidingen en een handleiding in PDF-formaat worden meegeleverd met de machine. Gedrukte handleidingen De onderdelen van de machine leren kennen en hoe u ze moet gebruiken. Papier laden Voordat u de machine gebruikt (pagina 9) Verkorte installatiehandleiding (deze handleiding) Een kopie maken...
Pagina 3
Handleidingen als PDF-bestand Gedetailleerde uitleg van de functies die op de machine gebruikt kunnen worden staan in de bedieningshandleiding in PDF-formaat. De bedieningshandleiding kan worden gedownload van de webpagina's in de machine. Download de bedienings-hand- leiding van de webpagina;’s op de machine.
HET IP-ADRES CONTROLEREN Om het IP-adres van het apparaat te controleren drukt u de lijst met alle gebruikersinstellingen in de systeeminstellingen. Druk op de toets SYSTEEM INSTELLINGEN [SYSTEEMINSTELLINGEN]. Selecteer de lijst met alle Systeeminstellingen Verlaten Beheerderswachtw gebruikersinstellingen. VORIGE Display- Totaal Aantal Contrast Kopieën Standaard-...
TOEGANG KRIJGEN TOT DE WEBSERVER IN DE MACHINE Als het apparaat is aangesloten op het netwerk, kunt u vanaf een webbrowser op uw computer toegang krijgen tot de ingebouwde webserver van het apparaat. De webpagina's openen Open de webserver in de machine om de webpagina's te openen.
Pagina 6
Downloaden van de bediengshandleiding De bedieningshandleiding, een gedetailleerdere handleiding, kan van de webpagina's van de machine worden gedownload. Downloaden van de bediengshandleiding. (1) Klik op [Bedieningshandleiding downloaden] in het menu van de webpagina. (2) Selecteer de gewenste taal. (3) Klik op de knop [Ophalen]. De bedieningshandleiding wordt gedownload.
INHOUDSOPGAVE HET IP-ADRES CONTROLEREN ....... . 2 TOEGANG KRIJGEN TOT DE WEBSERVER IN DE MACHINE ..3 Voordat u de machine gebruikt ONDERDEELBENAMINGEN EN FUNCTIES .
Pagina 8
Afdrukken AFDRUKKEN ..........60 HET AFDRUKKEN ANNULEREN (OP DE MACHINE) .
Pagina 9
Scannen NETWERKSCANNERFUNCTIE ....... . 98 BASISSCHERM VAN SCANFUNCTIE ......99 EEN ORIGINEEL SCANNEN .
Pagina 11
Voordat u de machine gebruikt Voordat u de machine gebruikt Deze paragraaf bevat algemene informatie over de machine, inclusief de namen en functies van onderdelen van de machine en de bijbehorende randapparatuur en de procedures voor het plaatsen en bijvullen van papier. ONDERDEELBENAMINGEN EN FUNCTIES .
ONDERDEELBENAMINGEN EN FUNCTIES (2) (3) (10) (1) Automatische origineelinvoer (7) Uitvoerlade (middelste lade) Voert automatisch meerdere originelen Kopieeropdrachten en in en scant deze. Beide zijden van afdrukopdrachten worden 2-zijdige originelen kunnen tegelijk in deze lade afgeleverd. worden gescand. (Wanneer een afwerkeenheid is geïnstalleerd, kan de uitvoerlade (2) Documentinvoerlade (middelste lade) niet worden gebruikt.)
(14) (11) (12) (13) (11) Klep (13) USB-aansluiting (B-type) Open deze klep om een Ondersteunt USB 2.0 (Hi-Speed). tonercartridge te vervangen. U kunt een computer aansluiten op deze aansluiting om het apparaat (12) Handinvoerlade te gebruiken als printer. Speciale papiersoorten en enveloppen kunnen via de (14) LAN-aansluiting handinvoerlade worden ingevoerd.
Sneltoets Sharp OSA Druk hierop om een snelkoppeling naar de functie [OPDRACHT STATUS]-toets Sharp OSA weer te geven (wanneer de applicatie-integratiemodule is geïnstalleerd). De Druk op deze toets om het opdrachtstatusscherm te gebruikerstoetsen worden ook in dit scherm zien.
Pagina 15
Numeric keys Numerieke toetsen Netstroom-indicator [WISSEN]-toets Druk op deze toets om Deze indicator brandt als de Deze worden gebruikt om het aantal kopieën, instellingen, zoals het aantal netstroom aan staat. faxnummers en andere nummers in te voeren. kopieën, terug te zetten op. "0". De hoofdschakelaar bevindt zich aan de linkerkant van [LOGOUT]-toets (...
GEBRUIK VAN HET BEDIENINGSPANEEL In dit gedeelte worden de procedures uitgelegd voor het selecteren van instellingitems in het scherm. Het basisscherm van de kopieerfunctie wordt als voorbeeld gebruikt. INSTELLINGITEMS SELECTEREN [VORIGE] Toets Selectieframe VORIGE [OK] Toets Pijltoetsen Basisscherm van de kopieerfunctie Het frame dat in het scherm verschijnt, is het selectieframe.
ITEMS IN HET SCHERM Hieronder worden handige items in het scherm uitgelegd. Hier worden instellingen Hier worden berichten weergegeven. weergegeven. Als u drukt op de toets terwijl het selectieframe op de onderste instelling staat, wordt het volgende scherm weergegeven. Cijfers met de indeling "1/2" Hier worden tips over de geven aan dat er meer items bediening weergegeven.
Pagina 18
Algemene bewerkingen voor alle schermen (1)Wanneer u een keuzevakje selecteert, verschijnt een vinkje om aan te geven dat de instelling is ingeschakeld. kunnen worden gebruikt om een waarde te verhogen of te verlagen. Als u een waarde snel wilt veranderen, houdt u de toets [OK] ingedrukt.
GEBRUIKERSAUTHENTICATIE Wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, moet u inloggen voordat u het apparaat gebruikt. Aanvankelijk is de gebruikersauthenticatie uitgeschakeld. Log uit wanneer u klaar bent met het apparaat. Methoden van gebruikersauthenticatie Er zijn twee manieren om gebruikersauthenticatie uit te voeren: inloggen door middel van gebruikersnummer en inloggen door middel van loginnaam en wachtwoord.
Pagina 20
Uitloggen Log uit wanneer u klaar bent met het apparaat. Door uit te loggen voorkomt u dat onbevoegden het apparaat gebruiken. Hoe u uitlogt U kunt uit elke modus van de machine uitloggen door op de toets [LOGOUT] te ( ) drukken.
BEELDCONTROLEFUNCTIE (VOORBEELD) De beeldcontrolefunctie wordt gebruikt om de inhoud weer te geven van een ontvangen fax of andere gegevens in het scherm. Handig gebruik van beeldcontrole "Alleen noodzakelijke faxen afdrukken" U kunt een ontvangen fax controleren voordat u hem afdrukt. Als u de fax niet nodig hebt, kunt u hem verwijderen zonder hem af te drukken, wat u papier en toner bespaart.
ORIGINELEN PLAATSEN Met de automatische origineelinvoer kunt u automatisch een groot aantal originelen tegelijk scannen. Hiermee bespaart u zich de moeite elk origineel handmatig te moeten invoeren. Voor originelen die niet kunnen worden gescand met de automatische origineelinvoer, zoals een boek of een document met memovelletjes, gebruikt u de glasplaat. Gebruik van de automatische origineelinvoer Wanneer u de automatische origineelinvoer gebruikt, plaatst u de originelen in de origineelinvoerlade.
Plaats het origineel in de horizontale afdrukstand volgens de schaalaanduiding van de glasplaat. Originelen Staand origineel Liggend origineel Schaalaanduiding van de glasplaat Merkteken A5 (5-1/2" x 8-1/2") A4 (8-1/2" x 11") Staande originelen Wanneer u de onderstaande functies in de Bovenkant kopieermodus gebruikt, plaatst u het origineel van afbeelding...
PAPIER IN EEN LADE VERWISSELEN Namen van de papierladen De namen van de laden worden hieronder weergegeven. Voor het aantal vellen papier dat in elke lade kan worden geladen, verwijzen we naar de volgende handleidingen: • Bedieningshandleiding, "Papierlade-instellingen" in "6. SYSTEEMINSTELLINGEN"...
Papier in een lade leggen Om het papier in een lade te veranderen, laadt u het gewenste papier in de lade en vervolgens wijzigt u de lade-instellingen in de machine om aan te geven welk papier u geladen hebt. De procedure om het papierformaat voor de lade te wijzigen, wordt hieronder uitgelegd.
De papierlade-instellingen wijzigen Wanneer u het papier in een papierlade verwisselt, moet u ook de papierlade-instellingen in de systeeminstellingen wijzigen. Druk op de toets SYSTEEM INSTELLINGEN [SYSTEEMINSTELLINGEN]. Configureer de Verlaten Systeeminstellingen Beheerderswachtw papierlade-instellingen. VORIGE Display- Totaal Aantal Contrast Kopieën (1) Selecteer de toets Standaard- Lijst afdrukken Instellingen...
Pagina 27
Configureer de papierlade-instellingen. Papierlade-Instellingen (Vervolg) Annuleren VORIGE Papiercassette Papiercassette 1 (4) Selecteer [Recycled] uit het Type Recycled selectievakje "Type". Formaat Auto-AB Selecteer met en druk op [OK]. Bezig met Afdrukken invoeren van (5) Zorg dat [Auto-AB] Kopieren geselecteerd is in het selectievakje "Formaat".
Papier in een handinvoerlade plaatsen De kant waarop de kopie moet komen, moet omlaag liggen! Plaats het papier in horizontale richting. Trek de ladeverlenging uit om papier van het formaat A4 te laden. In de handinvoer kunt u maximaal 100 vellen normaal papier of maximaal 20 enveloppen laden.
Pagina 29
Kopiëren Kopiëren Deze sectie legt de basisprocedures uit voor het gebruik van de kopieerfunctie. Hier worden ook de verschillende manieren van kopiëren uitgelegd die mogelijk zijn met de speciale functies. . . 28 BASISSCHERM VAN KOPIEERFUNCTIE ....
BASISSCHERM VAN KOPIEERFUNCTIE Druk op de toets [KOPIE] op het bedieningspaneel om het basisscherm van de kopieerfunctie te openen. Selecteer de kopieerinstellingen in het basisscherm. (11) (10) (12) (1) [Origineel]-toets (3) [Belichting]-toets Selecteer deze toets om het Hier ziet u de huidige kopieerbelichting origineelformaat handmatig in te voeren.
Pagina 31
(6) [Dubbelz. Kopie]-toets (10) Origineeltoevoerdisplay Selecteer deze toets om de 2-zijdige Verschijnt als een origineel in kopieerfunctie te selecteren. de automatische origineelinvoer wordt gelegd. (7) [Uitvoer]-toets Selecteer deze toets om een (11) Papierselectiedisplay uitvoerfunctie te selecteren zoals Toont het formaat van het papier sorteren, groeperen, staffel of sorteren dat in elke lade werd gelegd en de en nieten.
KOPIEËN MAKEN Dit is de eenvoudigste procedure om kopieën te maken. Eenzijdige kopie Eenzijdig origineel Plaats de originelen. De te scannen kan moet omhoog liggen! Wanneer u de glasplaat gebruikt, plaats het origineel dan met de zijde die gescand moet worden naar beneden.
Pagina 33
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (3) Zorg dat het gewenste papierformaat is geselecteerd. Stel het aantal kopieën in en druk vervolgens op de toets [KLEUREN START] of [ZWART-WIT START]. Scannen annuleren Kopiëren annuleren Corrigeer sets...
TWEEZIJDIG KOPIËREN (Automatische origineelinvoer) Met de automatische origineelinvoer kunt u handig automatisch tweezijdige kopieën maken zonder de originelen handmatig te draaien en opnieuw in te voeren. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u eenzijdige originelen kopieert op beide Tweezijdige kopie Eenzijdig origineel zijden van het papier.
Pagina 35
Stel het aantal kopieën in en druk vervolgens op de toets [KLEUREN START] of [ZWART-WIT START]. Scannen annuleren Kopiëren annuleren Corrigeer sets...
KOPIËREN OP SPECIAAL PAPIER (Handinvoerkopie) Gebruik de handinvoerlade voor speciale papiersoorten zoals zwaar papier en enveloppen. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u zwaar A4 papier laadt in de handinvoer. Origineel Kopie op zwaar papier Plaats de originelen. De te scannen kan moet omhoog liggen! Wanneer u de glasplaat gebruikt, plaats het origineel dan met de zijde die gescand moet worden naar...
Pagina 37
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (4) Selecteer de toets [Zwaar Papier]. Selecteer met en druk op [OK]. (5) Selecteer de toets VORIGE [Auto-AB]. Selecteer met en druk op [OK]. (6) Selecteer de VORIGE handinvoertoets. Selecteer met en druk op [OK]. Stel het aantal kopieën in en druk vervolgens op de toets [KLEUREN START]...
Papierlade selecteren Selecteer de toets [Papierformaat] en druk op de toets [OK] om de VORIGE papierlade te selecteren die wordt gebruikt. (A) Selecteer een van de laden 1 tot 4. VORIGE (B) Selecteer de handinvoerlade. (C) Stel het papiertype in de handinvoerlade in.
KLEURENKOPIEËN MAKEN (kleurmodus) Als kleurenoriginelen en zwart/wit-originelen door elkaar zitten, kunt u de machine automatisch laten detecteren of elk origineel in kleur of zwart/wit is en afhankelijk daarvan de kopie laten maken. De procedure om te kopiëren met de kleurmodus ingesteld op "Auto" voor Origineel Kopie automatische detectie van kleur...
DE BELICHTING EN HET AFBEELDINGSTYPE SELECTEREN U kunt het afbeeldingstype van het origineel aangeven om een duidelijker kopie te krijgen. In onderstaand voorbeeld wordt beschreven hoe u een origineel met lichte kleuren, bijvoorbeeld met potlood beschreven, kopieert. Belichting aanpassen Licht origineel Plaats de originelen.
Pagina 42
Stel het aantal kopieën in en druk vervolgens op de toets [KLEUREN START] of [ZWART-WIT START]. Scannen annuleren Kopiëren annuleren Corrigeer sets...
DE KOPIE AANPASSEN AAN HET PAPIER (Kopieerfactor automatisch selecteren) Met de functie automatisch vergroten/verkleinen kunt u een origineel kopiëren naar papier van elk formaat. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een A5-origineel kopieert op A4-papier. Plaats de originelen. De te scannen kant moet omhoog liggen! Wanneer u de glasplaat gebruikt, plaats het origineel dan met de zijde die gescand moet worden naar...
Pagina 44
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (4) Selecteer de lade waarin het gewenste papierformaat zit. Selecteer met en druk op [OK]. (5) Selecteer de toets VORIGE [Kopieerfactor]. Selecteer met en druk op [OK]. (6) Selecteer de toets VORIGE [Auto Image]. Selecteer met en druk op [OK].
VERGROTEN/VERKLEINEN (Vaste kopieerfactoren / Zoom) Voor een nauwkeurige bijstelling van het kopieformaat kunt u een vooraf ingegeven ratio selecteren en/of de ratio in stappen van 1% bijstellen. Deze sectie legt als voorbeeld uit hoe een Kopie met gespecificeerde Origineel afbeelding tot 55% wordt gereduceerd. kopieerfactor Plaats de originelen.
Pagina 46
Stel het aantal kopieën in. Corrigeer sets Druk op de toets [KLEUREN START] of de toets [ZWART-WIT START]. Scannen annuleren Kopiëren annuleren...
EEN KOPIEERSESSIE ONDERBREKEN (Kopiëren onderbreken) Als de machine aan het afdrukken is, kunt u de opdracht tijdelijk onderbreken en een kopieeropdracht uitvoeren waaraan u prioriteit wilt verlenen. Origineel Dit is een handige functie wanneer u dringend een kopie moet maken tijdens een lange Onderbreken Afdrukken kopieersessie.
KOPIEERHANDELINGEN OPSLAAN (Werkprogramma's) U kunt een groep kopieerinstellingen opslaan. Die instellingen kunnen dan worden opgehaald en gebruikt telkens wanneer u ze nodig hebt. Wanneer u dezelfde groep instellingen vaak gebruikt, hoeft u niet steeds opnieuw handmatig deze instellingen te selecteren. Een werkprogramma opslaan Druk op de toets [#/P] ( Selecteer de instellingen.
Selecteer de instellingen. (Vervolg) (4) Selecteer de kopieerinstellingen die u wilt opslaan. Selecteer met druk op [OK]. De instellingitems bevinden zich op verschillende pagina's. (5) Selecteer de toets [Programmanaam]. Selecteer met VORIGE druk op [OK]. Een tekstinvoerscherm verschijnt. Voer een naam voor het programa in. (6) Selecteer de toets [OK].
Een werkprogramma wissen Druk op de toets [#/P] ( Selecteer de instellingen. VORIGE (1) Selecteer de toets [Opslaan/Wissen]. Selecteer met en druk op [OK]. (2) Selecteer de toets van het werkprogramma dat u wilt VORIGE verwijderen. Selecteer met en druk op [OK].
SPECIALE FUNCTIES Met de speciale functies kunt u allerlei speciale kopieertaken uitvoeren. In dit gedeelte laten we zien welke soorten kopieën u kunt maken met de speciale functies. (De procedures voor het gebruik van elke functie worden niet uitgelegd.) Elke speciale functie heeft zijn eigen instellingen en stappen, maar de basisprocedure is voor alle functies gelijk.
Pagina 52
4e scherm Menuscherm voor beeldbewerking Menuscherm voor beeldbewerking Menuscherm voor kleurbijstellingen Menuscherm voor kleurbijstellingen Wanneer u een speciale functie selecteert met een keuzevakje ( verandert het keuzevakje in en is de instelling voltooid. Als u een andere speciale functietoets selecteert, verschijnt een instellingenscherm waarin u de instellingen voor die functie kunt selecteren.
EEN SPECIALE FUNCTIE SELECTEREN De procedure om instellingen te selecteren voor "Marges toevoegen (Kantlijn Verschuiving)" wordt hieronder als voorbeeld uitgelegd. Hoewel de specifieke instellingen voor elke speciale functie anders kunnen zijn, is de algemene procedure dezelfde. Plaats de originelen. De te scannen kan moet omhoog liggen! Wanneer u de glasplaat gebruikt, plaats het origineel dan met de zijde die gescand moet...
Pagina 54
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (5) Stel de voorzijde in op 15 mm met de numerieke toetsen. (6) Selecteer de toets [OK]. Selecteer met en druk op [OK]. VORIGE (7) Stel de achterzijde (zijde 2) in op 15 mm op dezelfde manier als de voorzijde.
HANDIGE KOPIEERFUNCTIES Marges toevoegen (Kantlijn Verschuiving) Met deze functie verschuift u de afbeelding op de kopie, zodat u bindmarges creëert. Deze functie is handig wanneer u de kopieën wilt perforeren. Wissen schaduwen rondom kantlijnen (wissen) Met deze functie wist u randschaduw die optreedt wanneer u kopieën maakt van boeken of andere dikke...
Een groot aantal originelen tegelijk kopiëren (Opdracht Samenstel.) Een stapel originelen die boven de indicatiestreep van de automatische origineelinvoer uitkomt, kan niet in een keer door de invoer worden gehaald. De functie opdracht samenstelling stelt u in staat de stapel originelen in kleinere sets te verdelen, elke set apart in te voeren en de sets te kopiëren als een enkele...
Beide zijden van een kaart kopiëren op één vel papier (Kaart Formaat) Gebruik deze functie om de Voorkant voorzijde en de achterzijde van een kaart op één vel papier te kopiëren. Achterkant De datum of een stempel afdrukken op kopieën (Stempel) Met deze functie drukt u de datum, een stempel, het Datum afdrukeen...
Kopiëren in het midden van het papier (Centreren) Met deze functie plaatst u de kopie in het midden van het papier. Dit is handig wanneer u de afbeelding verkleint of kopieert op groter papier dan het origineel. Zwart en wit omkeren in een kopie (Z/W Omgekeerd) Met deze functie keert u zwart en wit om op de kopie, zodat...
Vage kleuren in kopieën wit maken (Achtergrond-Onderdrukking) Met deze functie onderdrukt u lichte achtergrondvlakken op de kopie. Als u een kopie maakt van een origineel met een lichtgekleurde achtergrond, kunt u dit gebruiken om de achtergrond wit te maken. Een afbeelding van deze functie wordt weergegeven achterin deze handleiding. De kleur aanpassen (Kleurbalans Instellen) Met deze functie past u de kleurbalans in een kleurenkopie aan.
Dunne originelen kopiëren (Langzame scanfunctie) Met deze functie kunt u dunne originelen, die normaal gezien moeilijk te verwerken zijn, in de automatische origineelinvoer scannen. Meerdere adreskaarten scannen kopiëren (Scannen adreskaart) U kunt maximaal acht adreskaarten kopiëren op één vel papier. U kunt deze functie gebruiken om een lijst van adreskaarten te maken of meerdere adreskaarten samen...
Afdrukken Afdrukken In dit gedeelte wordt de basisprocedure voor het afdrukken behandeld met behulp van de printerdriver van het apparaat. Ook wordt behandeld welke instellingen u kunt selecteren in de printerdriver. De uitleg van schermen en procedures is in de eerste plaats ®...
AFDRUKKEN In dit onderdeel worden de basisprocedures voor het afdrukken uitgelegd. Windows In het volgende voorbeeld wordt uitgelegd hoe u een document van A4-formaat afdrukt uit WordPad, een standaardprogramma dat met Windows wordt meegeleverd. Om het printerstuurprogramma te installeren en de instellingen te configureren in een Windows-omgeving, verwijzen we naar "2.
Pagina 63
Selecteer de afdrukinstellingen. (1) Klik op het tabblad [Papier]. (2) Selecteer [A4]. (3) Klik op [OK]. Klik op de knop [Afdrukken]. Het afdrukken begint. Klik in Windows 98/Me/NT 4.0 op [OK].
Pagina 64
De helpfunctie van de printerdriver gebruiken Wanneer u de instellingen selecteert in het instelvenster van de printerdriver, kunt u Help weergeven voor uitleg over de verschillende opties. (Alleen in Windows) Open het instelvenster van de printerdriver. (1) Selecteer de printerdriver van het apparaat.
Pagina 65
Om Help voor een specifieke instelling te zien Klik op de instelling waarovert u iets wilt weten en druk op [F1]. Help voor die instelling verschijnt. * Help bekijken voor een speciale instelling in Windows 98/Me/NT 4.0/2000/XP/ Server 2003, klik op de knop in de rechterbovenhoek van het printerdrivervenster en klik daarna op de instelling.
Macintosh In het volgende voorbeeld wordt uitgelegd hoe u een document van Letter-formaat afdrukt vanuit "TextEdit" ("SimpleText" in Mac OS 9), een standaardprogramma dat met Macintosh-computers wordt meegeleverd. In een Macintosh-omgeving kan de PS3-uitbreidingskit worden geïnstalleerd om de machine als netwerkprinter te gebruiken. Om het printerstuurprogramma te installeren en de instellingen te configureren in een Macintosh-omgeving, verwijzen we naar "3.
Een bestand afdrukken Printen uitvoeren vanuit TextEdit. (1) Open het menu [Archief]. (2) Selecteer [Druk af]. In Mac OS 9, selecteert u [Druk af] van het [Bestand]-menu van SimpleText. Selecteer de afdrukinstellingen en klik op de knop [Druk af]. (1) Controleer of de juiste printer is geselecteerd. De naam van het apparaat dat verschijnt in het menu "Printer"...
HET AFDRUKKEN ANNULEREN (OP DE MACHINE) U kunt een afdruktaak annuleren, als u annuleert voordat het afdrukken is gestart. OPDRACHTSTATUS Druk op de toets [OPDRACHTSTATUS]. Selecteer de instellingen. VORIGE (1) Wijzig de status User_1 User_2 van de afdruktaak in [Afdrukopdracht]. Selecteer een van de toetsen met de toetsen en druk op de toets [OK].
AFDRUKINSTELLINGEN SELECTEREN Om de afdrukfunctie van de machine te wijzigen, moeten de instellingen in het eigenschappenvenster van de printerdriver worden geconfigureerd. Zie "AFDRUKKEN" (pagina 60) voor de procedure om het eigenschappenvenster van de printerdriver te openen en voor de basisprocedure om af te drukken. Windows Hieronder wordt uitgelegd hoe u instellingen selecteert in de printerdriver aan de hand "Aanpassen aan pagina".
Pagina 70
Macintosh De procedure om de printerdriverinstellingen te selecteren, wordt hieronder uitgelegd aan de hand van het voorbeeld "Meerdere afbeeldingen afdrukken op één vel papier (X pagina's-op-1vel afdr)". Met deze functie wordt het formaat van elke pagina gereduceerd, zodat u meerdere pagina's op één vel papier kunt afdrukken. Als voorbeeld wordt uitgelegd hoe u twee pagina's op één vel papier met scheidingslijnen afdrukt.
HANDIGE PRINTERFUNCTIES Afdrukken op beide zijden van het papier (2-zijdig afdrukken) Met deze functie drukt u af op beide zijden van het papier. U kunt 2-zijdig afdrukken gebruiken om het aantal afgedrukte vellen te beperken als u een groot aantal pagina's afdrukt of als u papier wilt besparen.
Meerdere afbeeldingen op één pagina afdrukken (X pagina's op 1vel afdr.) Gebruik deze functie om meerdere pagina's op één vel papier af te drukken door de grootte van de afgedrukte afbeeldingen te verkleinen. Dit is handig wanneer u een algemeen overzicht van meerdere pagina's wenst of om papier te besparen.
De machine heeft ook de volgende functies Voor informatie over elk van deze functies verwijzen we naar "HANDIGE AFDRUKFUNCTIES" en "VASTHOUDFUNCTIE (AFDRUK ACHTERHOUDEN)" in "3. PRINTER" in de bedieningshandleiding. Handige functies om folders en affiches te maken • Een boekje maken (Inbindkopie) •...
Pagina 75
Faxen Faxen Deze sectie legt de basisprocedures uit voor het gebruik van de faxfunctie van de machine. Bovendien worden de speciale functies uitgelegd die met de faxfunctie kunnen worden gebruikt. De faxuitbreidingskit is noodzakelijk om de faxfunctie te kunnen gebruiken. BASISSCHERM VAN FAXFUNCTIE .
BASISSCHERM VAN FAXFUNCTIE Druk op de toets [BEELD VERZENDEN] op het bedieningspaneel om het basisscherm van de faxfunctie te openen. Als het scherm niet verschijnt, selecteert u de toets [Modus Wijzigen] en vervolgens de toets [Fax]. Selecteer de faxinstellingen in het basisscherm. (10) (14) (11)
Pagina 77
toets / toets/ toets (10) Dit laat de huidige geselecteerde Als "Instellingen vasthouden faxontvangstfunctie zien en de ontvangen afdrukgegevens" hoeveelheid vrij geheugen dat nog of "Ontvangen gegevens over is. Beeldcontrole-instelling" (11) [Belichting]-toets is geactiveerd in de Selecteer deze toets om de systeeminstellingen (beheerder), belichting voor scannen op te geven.
FAXBERICHT VERZENDEN Hieronder wordt de basisprocedure voor het verzenden van faxen uitgelegd. In de faxfunctie worden originelen in kleur verzonden als zwart-wit beelden. Verzending Resultaat van de Origineel verzending Druk op de toets BEELD VERZENDEN [BEELD VERZENDEN]. Het basisscherm van de faxfunctie verschijnt.
HET FORMAAT VAN EEN FAX WIJZIGEN Het formaat van het origineel en het verzendformaat kunnen voor de verzending worden opgegeven. Dat is handig als u een origineel faxt dat klein is en moeilijk te lezen. De procedure om beide zijden van een A4-origineel op A3-formaat te faxen, wordt hieronder uitgelegd.
Pagina 80
Druk op de toets [VORIGE]. VORIGE Het scherm voor het volgende, hogere niveau verschijnt. Selecteer de instellingen VORIGE (Verzendformaat) (1) Selecteer de toets [Verzendformaat]. Selecteer met en druk op [OK]. (2) Ga naar de volgende pagina met de toets VORIGE (3) Selecteer de toets [A3].
DE BELICHTING AANPASSEN De belichting kan worden gewijzigd tot die geschikt is voor de donkerheid of lichtheid van het origineel. Het volgende voorbeeld laat zien hoe u lichte kleuren in een origineel donkerder kunt maken om zo het beeld helderder te krijgen. Plaats de originelen.
Pagina 82
Voer het faxnummer van de ontvangende faxmachine in en druk op de [ZWART-WIT START]-toets. Corrigeer een fout Scannen annuleren...
DE RESOLUTIE AANPASSEN De resolutie kan zo gekozen worden dat deze overeenkomt met de eigenschappen van het origineel, zoals tekst of foto, het formaat van de tekst en de lichtsterkte van de afbeelding. Het volgende voorbeeld laat zien hoe u de resolutie kan instellen op [Fijn] en [Halftoon] wanneer u een origineel verzendt met kleine letters.
EEN FAXNUMMER OPSLAAN U kunt faxnummers opslaan onder sneltoetsen. Opgeslagen nummers kunnen snel en gemakkelijk opgeroepen worden. One-touch-toetsen Groepstoets Als u regelmatig faxen verzendt naar dezelfde A Corp. groep faxmachines, kunnen nummers van die faxmachines als een groep worden opgeslagen (meerdere faxnummers kunnen worden opgeslagen onder één toets).
Pagina 85
Adresregistratie Voer de benodigde informatie in. (1) Selecteer [Fax] in "Adrestype". (2) Voer de "Adresnaam" in. (3) Voer een "Voorletter" in. (4) Voer het "Faxnummer" in. (5) Selecteer "Indienen". Als u nog een adres wilt opslaan, selecteert u [Versturen en volgende registreren]. De items in de stap hierboven moeten worden ingevoerd.
ONTVANGEN FAXEN DOORSTUREN (Doorsturen Faxdata) Wanneer de machine niet kan afdrukken om dat er geen papier of toner meer is, kunnen ontvangen faxen worden doorgestuurd naar een andere faxmachine. Om deze functie te gebruiken moet het faxnummer van de bestemmingsmachine opgeslagen zijn in "Telefoonnummer voor doorsturen gegevens instellen"...
Pagina 87
Selecteer de instellingen. (Vervolg) Faxinstellingen Annuleren (4) Selecteer de toets [Ja]. VORIGE Ontvangstinstellingen Automat. Ontvangst Selecteer met en druk Meer sets printen De ontvangen data verzenden naar een ander apparaat? op [OK]. Ontvangen gegevens Uitvoeren doorsturen...
HANDIGE BELMETHODEN Handige sneltoetsen en de functie Opnieuw verzenden kan worden gebruikt om kiesfouten te voorkomen en tijd te besparen. Sneltoetsen Een faxnummer dat onder een sneltoets is opgeslagen, kan met een eenvoudige bediening van de knop worden gebeld. U kunt een sneltoets voor een groep selecteren om automatisch te verzenden naar de bestemmingen die in deze groep liggen opgeslagen.
Opnieuw verzenden De toets [Opn. verzenden] kan worden gebruikt om iets naar een van de acht bestemmingen te verzenden die het meest recent werden gebruikt. In sommige gevallen is het niet mogelijk om een fax opnieuw te verzenden, bijvoorbeeld wanneer een beeld is verzonden met behulp van een sneltoets voor een groep.
Bellen met de luidspreker Wanneer u de luidspreker gebruikt om te bellen, wordt de fax verstuurd nadat het nummer is gebeld en de verbinding is gemaakt. Als iemand antwoordt, zult u zijn of haar stem horen, maar u zult zelf niet kunnen spreken.
DEZELFDE FAX NAAR MEERDERE BESTEMMINGEN VERZENDEN (distributieverzending) Hetzelfde document/beeld kan in één handeling worden verzonden naar bestemmingen in meervoudige faxfunctie, scanfunctie en internetfaxfunctie. Als u regelmatig documenten/beelden naar dezelfde groep bestemmingen verzendt, is het aan te raden deze bestemmingen als een groep op te slaan onder een sneltoets.
Pagina 92
Selecteer de instellingen. VORIGE (1) Selecteer de toets [Adres]. Selecteer met en druk op [OK]. (2) Selecteer de toets VORIGE [Adresboek]. Selecteer met en druk op [OK]. (3) Selecteer de sneltoets VORIGE waaronder de gewenste bestemming is AAA AAA BBB BBB opgeslagen.
SPECIALE FAXFUNCTIES De speciale functies kunnen worden gebruikt voor allerlei verzendtaken met speciale doeleinden. De volgende pagina's laten de soorten faxverzendingen zien die verricht kunnen worden. (De procedures voor het gebruik van elke functie worden niet uitgelegd.) Elke speciale functie heeft zijn eigen instellingen en stappen, maar de basisprocedure is voor alle functies gelijk.
Pagina 94
5e scherm Wanneer u een speciale functie selecteert met een keuzevakje ( verandert het keuzevakje in en is de instelling voltooid. Als u een andere speciale functietoets selecteert, verschijnt een instellingenscherm waarin u de instellingen voor die functie kunt selecteren. Welke toetsen worden weergegeven hangt af van het land/gebied en van de randapparatuur die is geïnstalleerd.
EEN SPECIALE FUNCTIE SELECTEREN Hieronder wordt de procedure voor het selecteren van een speciale functie voor de fax uitgelegd. De instellingen die geselecteerd moeten worden, variëren voor elke speciale functie, maar de algemene procedure is gelijk. De procedure om schaduwen aan de randen van het beeld te wissen als u een fax verstuurt, wordt hieronder uitgelegd als voorbeeld.
Pagina 96
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (6) Selecteer de toets [Basismenu]. Selecteer met en druk op [OK]. Het basisscherm van de faxfunctie verschijnt. Voer het faxnummer van de ontvangende faxmachine in en druk op de [ZWART-WIT START]-toets. Scannen annuleren...
HANDIGE FAXFUNCTIES Wissen schaduwen rondom kantlijnen (wissen) Gebruik deze functie om schaduwen te wissen die ontstaan wanneer u boeken Zonder wissen Verznding of andere dikke originelen faxt. Met wissen Verznding De voorzijde en achterzijde van een kaart versturen als één pagina (Kaart formaat) Gebruik deze functie om de voor- en achterkant van een Voorkant...
Direct vanaf uw computer een fax verzenden (PC-Fax) Een document op een computer kunt u via de machine als een fax verzenden. Selecteer de PC-Fax-driver als de printer Verzending driver op uw computer en kies vervolgens Afdrukken in het softwareprogramma. Beeldgegevens voor de verzending zullen worden aangemaakt en worden...
Pagina 99
Scannen Scannen In dit gedeelte worden de toepassingen van de netwerkscannerfunctie en de basisprocedure voor de scannerfunctie uitgelegd. Bovendien geven we een overzicht van de speciale functies die u kunt gebruiken met de netwerkscannerfunctie. De internetfaxuitbreidingskit is vereist om de internetfaxfunctie te kunnen gebruiken.
NETWERKSCANNERFUNCTIE De netwerkscannerfunctie van de machine kan worden gebruikt om gescande beelden op verschillende manieren te verzenden. De netwerkscannerfunctie heeft de volgende functies. USB-geheugenscanfunctie Scanmodus Als u wilt opslaan op USB-geheugen, Als u wilt verzenden naar een e-mailadres, Scannen naar e-mail Internetfaxfunctie Als u wilt uploaden naar een FTP-server, Het origineel scannen...
BASISSCHERM VAN SCANFUNCTIE Druk op de toets [BEELD VERZENDEN] op het bedieningspaneel om het basisscherm van de scanfunctie te openen. Als het scherm niet verschijnt, selecteert u de toets [Modus Wijzigen] en vervolgens de toets [Scannen]. Selecteer de verschillende scaninstellingen in het basisscherm. (11) (12) (10)
Pagina 102
(7) Toets [Opn. verzenden] / toets (9) Toets [Resolutie] Selecteer deze toets om de resolutie [Volgend adres] De bestemmingen van de meest voor scannen te kiezen. recente acht verzendingen van (10) Toets [Best.Indeling] scannen naar e-mail, fax en/of Selecteer deze toets om de indeling internetfax (inclusief direct (het bestandstype) van het gescande SMTP-adres) worden opgeslagen.
EEN ORIGINEEL SCANNEN De basisprocedure voor scannen wordt hieronder uitgelegd. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een Scanoverdracht gescand bestand verzendt via e-mail. Origineel Gescande afbeelding Druk op de toets [BEELD BEELD VERZENDEN VERZENDEN]. Het basisscherm van de scanfunctie verschijnt.
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (4) Selecteer de toets [Aan]. Selecteer met en druk op [OK]. Een tekst-invoerscherm verschijnt. Voer het e-mailadres van de ontvanger in en tip op de toets [OK]. Druk op de toets [KLEUREN START] of [ZWART-WIT START]. Scannen annuleren...
DE BELICHTING EN HET AFBEELDINGSTYPE WIJZIGEN De instellingen voor de belichting en het originele bestandstype kunnen worden geselecteerd op basis van het origineel. De procedure om de belichting donkerder te maken en het bestandstype van het origineel op "Tekst/Afged. Foto" in te stellen, wordt hieronder uitgelegd. Plaats de originelen.
Pagina 106
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (4) Selecteer de toets [Tekst/Afged.Foto]. Selecteer met druk op [OK]. (5) Selecteer de toets om het verzendresultaat donkerder te maken. Selecteer met VORIGE druk op [OK]. Er zijn 5 niveaus voor de belichting. Selecteer de toets en stel de gewenste waarde in om het afdrukresultaat lichter te maken.
DE RESOLUTIE AANPASSEN U kunt de resolutie instellen die past bij het type van het origineel. In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u de resolutie op "300X300dpi" instelt, waarmee u een duidelijker beeld krijgt dan met de standaardresolutie. Plaats de originelen. De te scannen kan moet omhoog liggen! Wanneer u de glasplaat gebruikt, plaats het origineel dan met de zijde...
BESTANDSTYPE WIJZIGEN De bestandsindeling (soort bestand en compressiemethode) om een gescande afbeelding te verzenden, wordt opgegeven wanneer u de bestemming opslaat in een sneltoets. Bij het verzenden kunt u de bestandsindeling echter wijzigen. De procedure om een gescand beeld in TIFF-kleurenformaat te verzenden, wordt hieronder uitgelegd.
Pagina 109
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (4) Selecteer de toets [Bestandstype]. Selecteer met en druk op [OK]. (5) Selecteer de toets VORIGE [Bestandstype]. Selecteer met en druk op [OK]. Druk op de toets [VORIGE]. VORIGE Het basisscherm van de scanfunctie verschijnt. Selecteer de instellingen.
Selecteer de bestemming en druk op de toets [KLEUREN START]. Als het bestandstype is ingesteld op [PDF versl.] wordt u geïnstrueerd een wachtwoord te typen wanneer u de verzending start. Scannen annuleren...
EEN BESTEMMING OPSLAAN De procedure om e-mailadressen met sneltoetsen voor Scannen naar E-mail op te slaan wordt hieronder beschreven. Opgeslagen e-mailadressen kunnen snel en gemakkelijk opgeroepen worden. Als u regelmatig afbeeldingen naar dezelfde groep bestemmingen verzendt, kunnen die bestemmingen als groep worden opgeslagen. Om bestemming op te slaan voor de andere functies van de netwerkscannerfunctie, verwijzen we naar "BESTEMMINGEN VOOR ELKE SCANFUNCTIE OPSLAAN IN HET ADRESBOEK"...
Pagina 112
Adresregistratie Voer de benodigde informatie in. (1) Selecteer [E-mail] in "Adrestype". (2) Voer de "Adresnaam" in. (3) Voer een "Voorletter" in. (4) Voer het "E-mailadres" in. (5) Selecteer "Indienen". Als u nog een adres wilt opslaan, selecteert u [Versturen en volgende registreren]. De items in de stap hierboven moeten worden ingevoerd.
HANDIGE MANIEREN OM TE VERZENDEN Sneltoets verzenden, opnieuw verzenden en andere handige verzendfuncties waarmee u gemakkelijk een beeld kunt verzenden, zijn beschikbaar. Sneltoets Een bestemming die onder een sneltoets is opgeslagen, kan met een eenvoudige bediening van de knop worden gebeld. (1) Selecteer de toets [Adres].
Pagina 114
Opnieuw verzenden Met de toets [Opn. verzenden] kunt u een afbeelding naar een van laatste 8 verzendbestemmingen verzenden. In sommige gevallen is het niet mogelijk om een fax opnieuw te verzenden, bijvoorbeeld wanneer een beeld is verzonden met behulp van een sneltoets voor een groep.
Verzenden met sneltoets Wanneer u een afzonderlijke toets of een groeptoets opslaat, wordt er een 3-cijferig zoeknummer aan de toets toegekend. U kunt een bestemming selecteren met de toets [Snel] en het zoeknummer van drie cijfers. Druk de bijhorende lijst in het menu van de lijst van verzendadressen in de systeeminstellingen om een zoeknummer te controleren.
DEZELFDE AFBEELDING NAAR MEERDERE BESTEMMINGEN ZENDEN (Distributie) Hetzelfde beeld kan in één handeling worden verzonden naar bestemmingen in meervoudige scanfunctie, internetfaxfunctie en faxfunctie. Als u regelmatig beelden naar dezelfde groep bestemmingen verzendt, is het aan te raden deze bestemmingen als een groep op te slaan onder een sneltoets. Hieronder wordt uitgelegd hoe u meerdere bestemmingen selecteert die zijn opgeslagen in sneltoetsen en een afbeelding verzendt naar deze bestemmingen.
Pagina 117
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (4) Selecteer de toets [Aan] in het scherm dat verschijnt. Selecteer met en druk op [OK]. (5) Selecteer de sneltoetsen VORIGE van de aanvullende bestemmingen waar u het AAA AAA BBB BBB CCC CCC DDD DDD beeld naartoe wilt sturen.
SPECIALE SCANFUNCTIES De speciale functies kunnen worden gebruikt voor allerlei scanverzendtaken met speciale doeleinden. De volgende pagina's laten de soorten scanverzendingen zien die verricht kunnen worden. (De procedures voor het gebruik van elke functie worden niet uitgelegd.) Elke speciale functie heeft zijn eigen instellingen en stappen, maar de basisprocedure is voor alle functies gelijk.
EEN SPECIALE FUNCTIE SELECTEREN Hieronder wordt behandeld hoe u een speciale functie voor de scannerfunctie selecteert. De instellingen die geselecteerd moeten worden, variëren voor elke speciale functie, maar de algemene procedure is gelijk. De procedure om bleke kleuren in de afbeelding witter te maken (Achtergrond Onderdrukken) wordt hier als voorbeeld uitgelegd.
Pagina 120
Selecteer de instellingen. (Vervolg) VORIGE (4) Stel de donkerheid van de achtergrond die zal behouden blijven in met de toetsen [-][+]. Selecteer met druk op [OK]. Er zijn 3 niveaus beschikbaar. Selecteer de toets [-] voor een lichtere achtergrond. Selecteer de toets [+] voor een donkerder achtergrond.
HANDIGE SCANNERFUNCTIES Schaduwen rond de afbeelding wissen (Wissen) Met deze functie wist u randschaduw die optreedt wanneer u boeken of Scannen Zonder wissen andere dikke originelen scant. Scannen Met wissen Vage kleuren wit maken (Achtergrond-Onderdrukking) Met deze functie onderdrukt u lichte achtergrondvlakken op de gescande afbeelding.
Pagina 122
Meerdere originelen in één keer scannen (Opdr. samenst.) Een stapel originelen die boven de indicatiestreep van de automatische origineelinvoer uitkomt, kan niet in een keer door Scannen de invoer worden gehaald. De functie "opdracht samenstelling" stelt u in staat de stapel originelen in kleinere sets te verdelen, elke set apart in te voeren en de sets te...
Systeeminstellingen Systeeminstellingen Met de systeeminstellingen kunt u de bediening van de machine aanpassen aan de behoeften van uw werkplek. In dit gedeelte wordt een kort overzicht gegeven van de systeeminstellingen. Een uitvoerige uitleg over de systeeminstellingen vindt u in "6. SYSTEEMINSTELLINGEN" in de bedieningshandleiding. SYSTEEMINSTELLINGEN.
SYSTEEMINSTELLINGEN In het scherm voor systeeminstellingen kunt u de datum en tijd instellen, fax- en scanbestemmingen opslaan en diverse andere instellingen configureren met betrekking tot de bediening van het apparaat. Hoe u het scherm van systeeminstellingen opent wordt hieronder behandeld, alsmede de elementen in het scherm.
Instellingen Beschrijving Lijst afdrukken Hiermee kunt u lijsten afdrukken met daarop de status (gebruiker) en instellingen van het apparaat. Papierlade- Hiermee stelt u het type en formaat papier in die in elke instellingen papierlade wordt gebruikt en om nieuwe papiertypen op te slaan.
Het opsporen van fouten Het opsporen van fouten Dit gedeelte bevat antwoorden op veelgestelde vragen en beschrijft hoe u vastgelopen papier moet verwijderen. VEELGESTELDE VRAGEN ..... . . 126 VASTGELOPEN PAPIER VERWIJDEREN .
VEELGESTELDE VRAGEN Een kopie maken van een origineel dat geen standaardformaat heeft De procedure om een kopie te maken van een betaalstrookje of ander origineel dat geen standaardformaat heeft wordt hieronder beschreven. De speciale functie "Centreren" van kopieermodus kan worden geselecteerd om de gekopieerde afbeelding in het midden van het papier te plaatsen.
Pagina 129
3 Plaats papier in de handinvoer. De handinvoerlade wordt hier gebruikt om op papier te kopiëren dat niet in een papierlade van de machine wordt geladen. Type: Recycled Formaat: A4 4 Selecteer de handinvoerlade. Vanuit het basisscherm van de kopieermodus selecteert u [Papierformaat] en daarna "Papiertype handinvoer".
Op enveloppen afdrukken De procedure om op enveloppen af te drukken wordt hieronder besproken. Er kan alleen worden gedrukt op de naam- en adreszijde van een envelop. U wordt aanbevolen eerst een proefafdruk te maken om het afdrukresultaat te controleren voordat u een envelop gebruikt.
Pagina 131
3 Selecteer instellingen in de printerdriver. (1) Selecteer het formaat van de envelop in "Papierformaat". (2) Selecteer "Handinvoer" van "Papierinvoerbron" in "Papierkeuze". (3) Selecteer [Envelop] in "Papiertype". Selecteer zonodig het keuzevakje "180 graden draaien" ) in "Beeldoriëntatie" op tabblad [Algemeen]. (4) Klik op [OK].
Pagina 132
Het papierformaat wijzigen dat wordt gebruikt voor een afdrukopdracht Als het voor een afdrukopdracht vastgestelde papierformaat niet is geladen in een van de papierladen van de machine, Papier Leeg volgt u de stappen hieronder om het papierformaat te wijzigen. 1 Controleer details van de opdracht. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel om het...
Pagina 133
2 Wijzig het voor de opdracht gebruikte papierformaat. Selecteer het papierformaat waarop u de opdracht wilt afdrukken uit de ingestelde papierformaten. Om te voorkomen dat een stuk van de afbeelding wordt afgesneden, selecteert u een papierformaat dat groter is dan het voor de opdracht vastgestelde papierformaat.
Het volume van de beltoon aanpassen Als de beltoon bij de ontvangst van een fax te hard of te zacht is, volgt u de stappen hieronder om het volume aan te passen. Het faxtoonvolume kan worden aangepast in de systeeminstellingen (beheerder). Druk op de toets [SYSTEEMINSTELLINGEN] op het bedieningspaneel, selecteer...
VASTGELOPEN PAPIER VERWIJDEREN Als er papier is vastgelopen, verschijnt het bericht "Er is een foutieve papierinvoer opgetreden" in het scherm en wordt het afdrukken en scannen stopgezet. Selecteer in dit geval de toets [Informatie] op het scherm. Als de toets wordt geselecteerd, verschijnen er instructies voor het verwijderen van vastgelopen papier.
• Behoudens voor zover wettelijk vereist kan SHARP niet aansprakelijk worden gesteld voor defecten die optreden gedurende het gebruik van het product of zijn...