Pagina 1
Bedieningshandleiding ZA-M ultra ZA-M ultra profiS Kunstmeststrooier Lees deze bedieningshandleiding voor gebruik door en volg de MG 2107 aanwijzingen zorgvuldig op! BAG0057.0 09.07 Bewaar de Printed in Germany bedieningshandleiding voor toekomstig gebruik!
Pagina 2
Het mag niet onbelangrijk of overbodig voorkomen, deze gebruiksaanwijzing te lezen en zich aan de aanwijzingen te houden; het volstaat niet van anderen te horen, dat de machine goed is, ze daarom te kopen en te denken dat alles vanzelf gaat.
Pagina 3
Identificatiegegevens Identificatiegegevens Vul hier de identificatiegegevens van de machine in. U vindt de identificatiegegevens op het typeplaatje. Identificatienummer machine: (tien cijfers) Type: ZA-M ultra Bouwjaar: Basisgewicht kg: Toelaatbaar totaalgewicht kg: Maximale belading kg: Adres fabrikant AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG...
Pagina 4
U kunt uw suggesties per fax aan ons doorgeven. AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG Postfach 51 D-49202 Hasbergen Tel.: + 49 (0) 5405 50 1-0 Fax.: + 49 (0) 5405 501-234 E-mail: amazone@amazone.de ZA-M BAG0057.0 09.07...
Tips voor de gebruiker Tips voor de gebruiker ................8 Doel van het document ......................8 Plaatsaanduidingen in de bedieningshandleiding..............8 Gebruikte beschrijvingen ......................8 Algemene veiligheidsinstructies ..............9 Verplichtingen en aansprakelijkheid ..................9 Beschrijving van veiligheidssymbolen..................11 Organisatorische maatregelen....................12 Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen .................12 Vrijblijvende veiligheidsmaatregelen..................12 Scholing van de personen .....................13 Veiligheidsmaatregelen voor normaal gebruik...............14 Gevaren door resterende energie..................14 Onderhoud, service en oplossen van storingen ..............14...
Pagina 6
Tips voor de gebruiker Grens-/kantstrooien....................... 42 Weegtechniek (alleen voor Z A - M u l t r a p r o f i S ) ............43 5.10 Cardanas ..........................44 5.10.1 Cardanas aankoppelen ......................47 5.10.2 Cardanas loskoppelen......................48 5.11 Hydraulische aansluitingen ....................
Pagina 7
Tips voor de gebruiker 11.1 Verhelpen van storingen in de agitator ................102 11.2 Storing in de elektronica ......................102 11.3 Storingen, oorzaken en oplossingen..................103 11.4 Storingen, oorzaken en oplossingen bij Comfort-uitrusting ..........104 Reinigen, service en onderhoud.............105 12.1 Reinigen ..........................105 12.2 Smeervoorschrift ........................106 12.2.1 Cardanas smeren.........................106 12.3...
Tips voor de gebruiker Tips voor de gebruiker Het hoofdstuk Tips voor de gebruiker bevat informatie over het omgaan met de bedieningshandleiding. Doel van het document Deze bedieningshandleiding • beschrijft de bediening en het onderhoud van de machine. • voorziet u van belangrijke informatie om veilig en efficiënt met de machine te werken.
Algemene veiligheidsinstructies Algemene veiligheidsinstructies Dit hoofdstuk bevat belangrijke instructies om veilig met de machine te werken. Verplichtingen en aansprakelijkheid Instructies in de bedieningshandleiding opvolgen Kennis van de basisveiligheidsinstructies en veiligheidsvoorschriften is de eerste voorwaarde om veilig en zonder storingen met de machine te kunnen werken.
Pagina 10
Algemene veiligheidsinstructies Gevaren bij het werken met de machine De machine is gebouwd volgens de allernieuwste techniek en de erkende veiligheidstechnische regels. Toch kunnen er zich bij het gebruik van de machine gevaren en beschadigingen voordoen • voor het leven van de gebruiker of derden, •...
Algemene veiligheidsinstructies Beschrijving van veiligheidssymbolen Veiligheidsinstructies worden aangegeven met een driehoekig veiligheidssymbool en een signaalwoord. Het signaalwoord (GEVAAR, WAARSCHUWING, VOORZICHTIG) beschrijft de ernst van het dreigende gevaar en heeft de volgende betekenis: GEVAAR verwijst naar een direct gevaar met een hoog risico dat de dood of zwaar lichamelijk letsel (verlies van lichaamsdelen of langdurig letsel) ten gevolge kan hebben als het gevaar niet wordt vermeden.
Algemene veiligheidsinstructies Organisatorische maatregelen De eigenaar dient de benodigde persoonlijke veiligheidsuitrustingen ter beschikking te stellen, zoals: • Veiligheidsbril • Veiligheidsschoenen • Beschermende kleding • Beschermingsmiddelen voor de huid, enz. De bedieningshandleiding • altijd daar bewaren waar de machine wordt gebruikt! •...
Algemene veiligheidsinstructies Scholing van de personen Alleen geschoolde en geïnstrueerde personen mogen met/aan de machine werken. De eigenaar dient de bevoegdheden voor het bedienen en onderhouden duidelijk vastleggen. Personen die nog moeten worden opgeleid, mogen alleen onder toezicht van een ervaren persoon met/aan de machine werken. Personen Voor de Geïnstrueerd...
Algemene veiligheidsinstructies Veiligheidsmaatregelen voor normaal gebruik Gebruik de machine alleen als alle veiligheids- en beschermingsvoorzieningen volledig functioneren. Controleer de machine tenminste een keer per dag op waarneembare schade en het correct functioneren van de veiligheids- en beschermingsvoorzieningen. Gevaren door resterende energie Houd rekening met mechanische, hydraulische, pneumatische en elektrische/elektronische resterende energie in de machine.
Algemene veiligheidsinstructies WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten door breuk van dragende onderdelen. Het is verboden • om te boren in frame of onderstel. • om bestaande gaten in frame of onderstel op te boren. •...
Algemene veiligheidsinstructies 2.13 Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machine Houd alle waarschuwingsstickers op de machine altijd schoon en goed leesbaar! Vervang onleesbare waarschuwingsstickers. Bestel de waarschuwingsstickers aan de hand van het bestelnummer (bijv. MD 075) bij uw dealer. Opbouw waarschuwingssticker Waarschuwingsstickers geven gevaarlijke plaatsen op de machine aan en waarschuwen voor restgevaren.
Pagina 17
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 075 Gevaar als gevolg van snijden of amputatie van vingers en handen als gevolg van bewegende machinedelen! Deze gevaren kunnen zwaar letsel met verlies van delen van vingers of handen veroorzaken. Reik nooit met uw handen of armen in de gevaarlijke plaats zolang de tractormotor met aangesloten cardanas / hydraulisch systeem loopt.
Pagina 18
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 082 Gevaar voor personen voor het vallen van treeplanken en platforms bij het meerijden op de machine resp. bij het beklimmen van aangedreven machines! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken.
Pagina 19
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 093 Gevaar voor vastgrijpen of opwikkelen door toegankelijke aangedreven elementen van de machine! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken. Open of verwijder nooit de beschermingsvoorzieningen van de aangedreven elementen van de machine, •...
Pagina 20
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 097 Gevaar als gevolg van bekneld raken of zich stoten tussen de achterzijde van de tractor en de machine bij het aan- en afkoppelen van de machine! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken.
Pagina 21
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 115 De maximaal toelaatbare hydraulische bedrijfsdruk bedraagt 200 bar. MD 117 Nominaal toerental (720 1/min) en draairichting van de aandrijfas aan machinezijde MD 145 De CE-markering op de machine geeft aan dat de machine voldoet aan de bepalingen van de EU-richtlijnen die van kracht zijn.
Algemene veiligheidsinstructies 2.13.1 Plaats van de waarschuwingsstickers en overige aanduidingen Waarschuwingssticker De volgende afbeeldingen geven aan waar de waarschuwingsstickers op de machine zijn aangebracht. Afb. 1 Afb. 2 Afb. 3 Afb. 4 Afb. 5 ZA-M BAG0057.0 09.07...
Algemene veiligheidsinstructies 2.14 Gevaren bij het negeren van de veiligheidsinstructies Het negeren van de veiligheidsinstructies • kan personen in gevaar brengen, schadelijk zijn voor het milieu en beschadigingen aan de machine veroorzaken. • kan leiden tot het verlies van alle aanspraken op schadevergoeding.
Algemene veiligheidsinstructies 2.16 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten vanwege het ontbreken van verkeers- en gebruiksveiligheid! De machine en tractor voor gebruik altijd controleren op verkeers- en gebruiksveiligheid! 2.16.1 Algemene veiligheidsinstructies en voorschriften ter voorkoming van ongevallen •...
Pagina 25
Algemene veiligheidsinstructies aan- of loskoppelt, dient u de bedieningshendel van het hydraulisch systeem van de tractor te blokkeren in een positie waarin onbedoeld heffen of zakken wordt uitgesloten! • Zet de steunelementen (indien aanwezig) bij het aan- en afkoppelen van machines in de juiste stand (stabiliteit bij stilstand)! •...
Pagina 26
Algemene veiligheidsinstructies ο verwijdert u de contactsleutel. Transport van de machine • Bij het rijden op de openbare weg dient u zich aan de geldende verkeersregels te houden! • Controleer voor transport ο of voedingskabels correct zijn aangebracht; ο of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is; ο...
Algemene veiligheidsinstructies • Controleer vóór transport door middel van een visuele controle of de bouten van de topstang en trekstang met de lunspen zijn geborgd. • Pas uw rijsnelheid aan de omstandigheden ter plaatse aan! • Schakel bij bergaf rijden een lagere versnelling in! •...
Algemene veiligheidsinstructies Infectiegevaar. • Door de mogelijk grote kans op infectie, dient u bij het opsporen van lekkages gebruik te maken van passende hulpmiddelen. 2.16.3 Elektrisch systeem • Bij werkzaamheden aan het elektrische systeem dient u altijd de accu (minpool) los te koppelen! •...
Pagina 29
Algemene veiligheidsinstructies • Zet de aandrijfasbescherming vast door de ketting(en) tegen meedraaien te bevestigen! • Let bij de aandrijfassen op de voorgeschreven buisafdekkingen in transport- en werkstand! (Lees ook de bedieningshandleiding van de cardanasfabrikant!) • Let in bochten op de toelaatbare hoek en de schuifafstand van de aandrijfas! •...
Algemene veiligheidsinstructies 2.16.5 Kunstmeststrooier • Er mag zich niemand in het werkbereik bevinden! Gevaar voor weggeslingerde mestdeeltjes. Stuur iedereen weg uit de strooizone van de kunstmeststrooier voordat u de strooischijven inschakelt. Blijf uit de buurt van roterende strooischijven. • Vul de kunstmeststrooier alleen bij uitgeschakelde tractormotor, verwijderde contactsleutel en gesloten schuiven.
Op- en afladen Op- en afladen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken en/of zich stoten door het onbedoeld vallen van de omhoog gebrachte machine! • Gebruik beslist de aangegeven sjorpunten voor het bevestigen van bevestigingsmiddelen, wanneer u de machine met behulp van een hefwerktuig op- en aflaadt.
Beschrijving van het product Beschrijving van het product Dit hoofdstuk • geeft een uitgebreid overzicht van de opbouw van de machine. • geeft de namen van de afzonderlijke bedieningshendels. Lees dit hoofdstuk bij voorkeur bij de machine. Zo raakt u optimaal vertrouwd met de machine.
Beschrijving van het product (1) Frame (8) Afdekking voor machinecomputer en kabelboom. (2) Bak (9) Stelhendel voor manuele (3) Weegframe voor p r o f i S hoeveelheidsinstelling (4) Omnia-Set strooischijven (10) Opvangbak voor controle strooihoeveelheid zonder weegtechniek L i m i t e r X L (5) Grensstrooier (optie) (11) Spatlap...
Beschrijving van het product Gebruik volgens voorschriften A M A Z O N E Z A - M u l t r a - meststrooier • is uitsluitend bedoeld voor het normale gebruik bij landbouwkundige werkzaamheden en geschikt voor het strooien van droge, gegranuleerde, korrelvormige en kristallijne meststoffen, zaden alsmede slakkenkorrels;...
Beschrijving van het product In de gevarenzone van de machine mogen geen personen aanwezig zijn • zolang de tractormotor met aangesloten cardanas / hydraulisch systeem loopt. • zolang tractor en machine niet tegen onbedoeld starten en wegrollen zijn beveiligd. De bedieningspersoon mag de machine alleen bewegen of werkgereedschappen van transport- in arbeidsstand en van arbeidsstand in transportstand zetten of in beweging brengen wanneer er geen personen in de gevarenzone van de machine...
Beschrijving van het product Technische gegevens Z A - M Bakinhoud Laadvermog Gewicht Vulhoogte Vulbreedte Totale Totale (liter) en (kg) (kg) breedte (m) lengte (m) u l t r a 3000 3600 1,43 2,70 2,95 1,75 +S600 3600 3600 1,57 2,70 2,95 1,75...
Beschrijving van het product 4.10 Benodigde tractoruitrusting Om de machine in overeenstemming met de voorschriften te gebruiken, dient de tractor te voldoen aan de volgende voorwaarden. Motorvermogen van de tractor vanaf 112 kW (150 pk) Elektrisch systeem • Accuspanning: 12 V (volt) •...
Opbouw en werking Opbouw en werking Dit hoofdstuk informeert u over de opbouw van de machine en de werking van de afzonderlijke componenten. Werking Afb. 11 A M A Z O N E Z A - M u l t r a is voorzien van twee trechterpunten en verwisselbare strooischijven (Afb.
Opbouw en werking Afscherm- en functierooster in de bak (beveiligingsvoorziening) Het uitklapbare afscherm- en functierooster dekken de complete bak af en dienen • als bescherming tegen het per ongeluk aanraken van de draaiende roerspiraal. • bij het vullen als bescherming tegen verontreinigingen en kunstmestklonters.
Opbouw en werking Beschermbeugel (beveiligingsvoorziening) Z A - M u l t r a is standaard met een beschermbeugel (Afb. 17/1) uitgerust. Die dient als rambeveiliging, als ongevallenpreventie bij draaiende strooischijven. Afb. 17 Strooischijven In rijrichting gezien: • linker strooischijf (Afb. 18/1) met markering •...
Opbouw en werking Agitator Spiraalvormige roerassen in de trechterpunten (Afb. 20/1) zorgen voor een gelijkmatige stroom mestkorrels op de strooischijven. De langzaam roterende, spiraalvormige segmenten van de agitator transporteren de mestkorrels gelijkmatig naar de betreffende uitwerpopening. Afb. 20 Sluitschuiven en doseerschuiven Afb.
Opbouw en werking Bij uitgeschoven schuifstang (Afb. 22/1) is de schuif geopend. Afb. 22 Trimmer De trimmer (Afb. 23/1) zorgt voor een begrenzing van het strooibeeld naar voren en verhindert zo het werpen van de mest voor de tractor. Afb. 23 Grens-/kantstrooien L i m i t e r X L (optie)
Opbouw en werking Weegtechniek (alleen voor ZA-M ultra profiS) Afb. 26/... (1) Weegframe (2) Weegcel (3) Bladveer (4) Lagerlus (5) Meetschroef Z A - M u l t r a Bij de kunstmeststrooier dankzij de weegtechniek nauwkeurig worden bepaald hoeveel kunstmest is gestrooid.
Opbouw en werking 5.10 Cardanas De cardanas (Afb. 27) • zorgt voor de krachtoverbrenging tussen tractor en machine. • bezit een wrijvingskoppeling als overbelastingsbeveiliging. De wrijvingskoppeling altijd aan de machine aanbouwen! Afb. 27 Kortstondig optredende momentpieken vanaf ca. 400 Nm, zoals ze bijv.
Pagina 45
Opbouw en werking WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen door niet-beveiligde cardanas of beschadigde beschermingsvoorzieningen! • Gebruik de aandrijfas nooit zonder veiligheidsvoorziening of met beschadigde veiligheidsvoorziening of zonder correct gebruik van de ketting. • Controleer voor de toepassing of ο alle beschermingsvoorzieningen van de cardanas gemonteerd en gebruiksgereed zijn.
Pagina 46
Opbouw en werking • Gebruik alleen de bijgeleverde aandrijfas resp. het bijgeleverde aandrijfastype. • Lees de meegeleverde bedieningshandleiding van de cardanas en neem de instructies in acht. Door het juiste gebruik van de cardanas kunnen zware ongevallen worden voorkomen. • Let bij het aankoppelen van de cardanas op het volgende ο...
Opbouw en werking 5.10.1 Cardanas aankoppelen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken of zich stoten door te weinig vrije ruimte bij het aankoppelen van de cardanas! Koppel de cardanas aan de tractor, voordat u de machine aan de tractor koppelt. Zo zorgt u voor de benodigde ruimte voor het veilig aankoppelen van de cardanas.
Opbouw en werking 5.10.2 Cardanas loskoppelen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken of zich stoten door te weinig vrije ruimte bij het afkoppelen van de cardanas! Koppel de machine van de tractor af, voordat u de cardanas van de tractor afkoppelt.
Opbouw en werking 5.11 Hydraulische aansluitingen WAARSCHUWING Infectiegevaar door hydraulische olie die onder hoge druk naar buiten stroomt! Bij het aansluiten en loskoppelen van de hydraulische slangen moet het hydraulische systeem van zowel de tractor als de machine drukloos zijn! Raadpleeg bij letsel door hydraulische olie direct een arts.
Opbouw en werking 5.11.1 Hydraulische slangen aansluiten WAARSCHUWING Gevaar door onjuist aangesloten hydraulische slangen! Let bij het aansluiten van de hydraulische slangen op de kleurcodering op de hydraulische stekers. Zie hiertoe "Hydraulische aansluitingen", blz. 49. • Neem de maximaal toelaatbare bedrijfsdruk van 200 bar in acht. •...
Opbouw en werking 5.12 Driepunts-aanbouwframe Z A - M u l t r a Het frame van de is zodanig uitgevoerd, dat het voldoet aan de eisen en afmetingen van de driepuntsaanbouw categorie (1) Trekstangpen met handgreep (2) Topstangpen (3) Lunspen voor het borgen van trekstang- en topstangpennen Afb.
Opbouw en werking 5.14 Transport- en parkeerinrichting (afneembaar, optioneel) Met de afneembare transport- en parkeerinrichting is aankoppelen aan de driepuntshydraulica van de tractor en manoeuvreren op het erf en in gebouwen makkelijk. Om wegrijden van de kunstmeststrooier te voorkomen, zijn de 2 rollen voorzien van een vastzetsysteem.
Opbouw en werking 5.15 Opklapbaar afdekzeil (optie) Het opklapbare afdekzeil (Afb. 34/1) garandeert ook bij nat weer droog strooigoed. Bij het vullen wordt het opklapbare afdekzeil door middel van een met de hand bediende hendel naar voren geklapt. Opklapbaar afdekzeil hydraulisch bediend (optie) •...
Opbouw en werking 5.18 2-weg-eenheid (optioneel) De 2-weg-eenheid is nodig voor de hydraulische enkelschuifbediening bij ● tractoren met slechts één dubbelwerkende tractorregeleenheid. A – Kogelkraan gesloten B – Kogelkraan geopend Strooien aan één kant met 2-weg-eenheid 1. Houd de bedieningshendel voor sluitschuiven van de zijde waar niet wordt gestrooid, gesloten.
Pagina 55
Opbouw en werking Strooien aan beide kanten met de 3-weg-eenheid 1. Bedieningshendel voor L i m i t e r X L (Afb. 36/3) gesloten houden. 2. Open beide bedieningshendels voor sluitschuiven (Afb. 36/1,2). 3. Bedien de tractorregeleenheid. → Openen / sluiten van de sluitschuiven. Grensstrooien met 3-weg-eenheid 1.
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Dit hoofdstuk voorziet u van informatie over • het inbedrijfstellen van uw machine; • de wijze waarop u kunt controleren of u de machine aan uw tractor kunt aansluiten/aankoppelen. • Voor het inbedrijfstellen van de machine moet de gebruiker deze handleiding hebben gelezen en begrepen.
Inbedrijfstelling Controleren of de tractor geschikt is WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar als gevolg van breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! • Controleer of uw tractor geschikt is voordat u de machine aan de tractor koppelt.
Inbedrijfstelling 6.1.1.1 Benodigde gegevens voor de berekening Afb. 37 [kg] Eigen gewicht van tractor zie bedieningshandleiding van tractor of [kg] Voorasbelasting van de lege tractor kentekenbewijs [kg] Achterasbelasting van de lege tractor [kg] Totaalgewicht van aan achterzijde zie technische gegevens van machine of het aangekoppelde machine of gewicht aan gewicht aan de achterzijde achterzijde...
Inbedrijfstelling 6.1.1.2 Berekening van het minimaal noodzakelijke ballastgewicht voor G om de V min bestuurbaarheid van de tractor te waarborgen • − • • • Voer de waarde van het berekende minimale ballastgewicht G V min dat aan de voorzijde van de tractor nodig is, in de tabel (hoofdstuk 6.1.1.7) in.
Pagina 60
Inbedrijfstelling 6.1.1.7 Tabel Daadwerkelijke waarde Toelaatbare waarde Dubbel toelaatbaar volgens berekening volgens draagvermogen bedieningshandleiding (twee banden) van tractor Minimaal ballastgewicht voor/achter ≤ Totaalgewicht ≤ ≤ Voorasbelasting ≤ ≤ Achterasbelasting • Raadpleeg het kentekenbewijs van uw tractor voor de toelaatbare waarden voor het totaalgewicht van de tractor, de asbelastingen en het draagvermogen van de banden.
Inbedrijfstelling Montage van de bijgeleverde modules Voor de ingebruikneming de volgende modules in de beschreven Z A - M u l t r a volgorde aan de monteren: • Strooischijven (Afb. 38/1), • Opzetrand (Afb. 38/2), • u l t r a Bouwset ο...
Inbedrijfstelling Montage van de cardanas VOORZICHTIG • Gebruik alleen de door A M A Z O N E voorgeschreven aandrijfas! • Monteer de aandrijfas alleen bij niet-aangebouwde strooier en in onbeladen toestand. 1. Ingaande as van de aandrijving (Afb. 39/1) reinigen en insmeren.
Inbedrijfstelling Lengte van de aandrijfas aan de tractor aanpassen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van beschadigde en/of vernielde, rondgeslingerde onderdelen, wanneer de cardanas bij het omhoog/omlaag brengen van de op de tractor aangekoppelde machine wordt samengedrukt of uit elkaar wordt getrokken, omdat de lengte van de cardanas niet goed is aangepast! Laat de lengte van de cardanas in alle bedrijfsstanden door een vakwerkplaats controleren en zo nodig aanpassen, voordat u de...
Pagina 64
Inbedrijfstelling WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken door onbedoeld • wegrollen van de tractor en de aangekoppelde machine! • zakken van de opgelichte machine! Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en wegrollen, en de opgelichte machine tegen onbedoeld zakken voordat u de gevarenzone tussen tractor en opgelichte machine betreedt voor het aanpassen van de cardanas.
Inbedrijfstelling Afstellen van de systeemomschakelbout op het strooiventielblok Alleen voor Comfort-uitrusting! Afb. 41/... (1) Systeemomschakelbout (2) Aansluiting LS voor Load-Sensing- regelleiding Afb. 42/... (1) Tractor-aansluiting Load-Sensing- regelleiding (2) Tractor-aansluiting Load-Sensing- drukleiding (3) Tractor-aansluiting drukloze retourleiding De afstelling van de systeemomschakelbout op het strooiventielblok is afhankelijk van het hydraulische systeem van de tractor.
Inbedrijfstelling Beveilig de tractor/machine tegen onbedoeld starten en wegrollen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, ingesloten raken of stoten bij handelingen aan de machine • als gevolg van aangedreven machinedelen. • als gevolg van het onbedoeld aandrijven van machinedelen resp.
Machine aan- en afkoppelen Machine aan- en afkoppelen Raadpleeg bij het aan- en afkoppelen van machines het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", blz. 24. WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, vastgrijpen, opwikkelen en/of stoten als gevolg van het onbedoeld starten en wegrollen van de tractor bij het aan- of afkoppelen van de cardanas en de voedingskabels! Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en...
Machine aan- en afkoppelen Machine aankoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten bij het aankoppelen van de machine tussen tractor en machine! Stuur personen weg uit de gevarenzone tussen tractor en machine voordat u naar de machine rijdt. Aanwezige personen mogen alleen aanwijzingen naast de tractor en de machine aanwijzingen geven en pas na stilstand tussen tractor en machine gaan staan.
Pagina 69
Machine aan- en afkoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor uitval van de energietoevoer tussen tractor en machine als gevolg van beschadigde voedingskabels! Let bij het aansluiten van de voedingskabels op het verloop van de voedingskabels. De voedingskabels • moeten bij alle bewegingen van de aangekoppelde machine soepel meedraaien zonder spanning, knikken of wrijving.
Machine aan- en afkoppelen topstang aan het bovenste koppelingspunt van het driepunts- aanbouwframe. → De haak van de topstang vergrendelt automatisch. 10. Controleer voordat u gaat rijden visueel of de haken van de topstang en de trekstang correct zijn vergrendeld. Machine afkoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten...
Pagina 71
Machine aan- en afkoppelen hoofdstuk "Hydraulische slangen loskoppelen", vanaf blz. 3.10 Koppel het verlichtingssysteem los, zie hiertoe het hoofdstuk "Verkeerstechnische uitrustingen", blz. 33. 3.11 Maak de boordcomputer los (indien aanwezig); zie hiervoor A M A T R O N de separate bedieningshandleiding resp.
Instellingen Instellingen Neem bij alle werkzaamheden ten behoeve van het afstellen van de machine de aanwijzingen in de volgende hoofdstukken in acht • "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machine", vanaf blz. 16 en • "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 24. Het opvolgen van deze aanwijzingen is voor uw eigen veiligheid.
Pagina 73
Instellingen We willen benadrukken, dat we niet aansprakelijk kunnen worden gesteld voor gevolgschade door strooifouten. Voer alle instellingen zorgvuldig uit. Afwijkingen van de optimale instelling kunnen het strooibeeld negatief veranderen! De instelwaarden uit de strooitabel moeten als richtwaarden worden beschouwd, omdat de strooi-eigenschappen van de mestkorrels kunnen veranderen waardoor andere instellingen noodzakelijk zijn.
Instellingen Instelling van de montagehoogte WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten voor personen achter/onder de kunstmeststrooiers als gevolg van het onbedoeld wegvallen van de machine, wanneer de topstanghelften per ongeluk uit elkaar worden gedraaid of getrokken! Stuur personen weg uit de gevarenzone achter resp. onder de machine, voordat u de montagehoogte van de topstang instelt.
Instellingen Montagehoogte bij extra bemesting: De strooischijven zijn standaard voorzien van strooiplaten, waarmee behalve een normale bemesting ook een nabemesting in graangewassen met een hoogte tot maximaal 1 m kan worden uitgevoerd. Stel de montagehoogte van de strooier met behulp van de tractor-driepuntshydraulica zo hoog in, dat de afstand tussen graantoppen en strooischijven ca.
Instellingen 8.2.1 Schuifstand via de stelhefbomen instellen 1. Sluit de sluit-schuif hydraulisch. 2. Vleugelmoer (Afb. 46/2) losdraaien. 3. Zoek de vereiste schuifstand op in de schaalverdeling (Afb. 46/3). 4. Stel de afleeszijde (Afb. 46/4) van de stelhefboomwijzer (Afb. 46/5) op de schaalwaarde in.
Instellingen 8.2.3 Schuifstand met behulp van de rekenschijf bepalen De rekenschijf bestaat uit: • De buitenste, witte schaal met strooihoeveelheden [kg/ha] (strooihoeveelheid) (Afb. 48/1). • De binnenste, witte schaal voor de bij de kwantiteitscontrole opgevangen hoeveelheid mestkorrels [kg] (opgevangen hoeveelheid) (Afb. 48/2). •...
Instellingen 3. Meet de meetafstand op het veld nauwkeurig af. Markeer het begin- en eindpunt. 4. Bouw de strooier om naar kwantiteitscontrole. 5. Voer de kwantiteitscontrole uit. 5.1 Rijd de meetafstand nauwkeurig van begin- tot eindpunt onder veldomstandigheden, d.w.z. met de vooraf bepaalde, constante werksnelheid van 10 km/uur en een aftakastoerental van 720 min (tenzij voor de werkbreedte-...
Instellingen • De vermenigvuldiger voor de totale hoeveelheid houdt slechts rekening met een eenzijdige uitvoer van de kwantiteitscontrole. • Halveer de meetafstand en verdubbel de vermenigvuldiger bij een hoge mestdosis per ha, omdat de capaciteit van de opvangbak begrensd is. •...
Instellingen 8.3.2 Kwantiteitscontrole door het afrijden van een meetafstand Voorbeeld: Mestsoort: KAS 27 % BASF (wit) Werkbreedte: 24 m Werksnelheid: 10 km/uur Strooihoeveelheid: 350 kg/ha Schuifstand volgens strooitabel: 1. Lees in de tabel hiernaast voor een werkbreedte van 24 m de noodzakelijk meetafstand 41,6 m en de vermenigvuldiger 20 voor de omrekening van de strooihoeveelheid af.
Pagina 81
Instellingen 1. Meet de meetafstand op het veld nauwkeurig af. Markeer het begin- en eindpunt van de meetafstand. 2. Stel de schuifstand 43 in. 3. Hang de opvangbak aan het chassis. 4. Stel het aftakastoerental 720 min in (tenzij voor de werkbreedte-instelling in de strooitabel anders is aangegeven).
Instellingen 8.3.2.1 Omrekening van de noodzakelijke meetafstand voor niet in de tabel opgenomen werkbreedten Werkbreedten tot 21 m - vermenigvuldiger 40 Noodzakelijke meetafstand bij gewenste werkbreedte [m] = Werkbreedte [m] Werkbreedten vanaf 24 m - vermenigvuldiger 1000 Noodzakelijke meetafstand bij gewenste werkbreedte [m] = Werkbreedte [m] 8.3.3 Kwantiteitscontrole op de standplaats...
Pagina 83
Instellingen 2. Stel de schuifstand 43 in. 3. Hang de opvangbak aan het chassis. 4. Stel het aftakastoerental 720 min in (tenzij voor de werkbreedte-instelling in de strooitabel anders is aangegeven). 5. Open de linkerschuif precies 14,98 sec. 6. De opgevangen hoeveelheid mestkorrels [kg] weegt bijv. 17,5 7.
Instellingen Instellen van de werkbreedte • Voor de verschillende werkbreedten zijn er verschillende strooischijvenparen. • Het bestaande rijpadensysteem (afstand tussen de rijsporen) bepaalt de keuze van het benodigde strooischijvenpaar. • De werkbreedten zijn instelbaar in de werkbereiken van de betreffende Omnia-Set (OM) strooischijvenparen (bij het uitstrooien van ureum kunnen er echter afwijkingen ontstaan).
Instellingen 8.4.1 Vervangen van de strooischijven WAARSCHUWING Gevaar voor scharen, snijden, amputatie, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, ingesloten raken of stoten bij alle afstelwerkzaamheden aan de machine • als gevolg van het onbedoeld aanraken van bewegende machinedelen (strooiplaten, roterende strooischijven). •...
Instellingen 8.4.2 Instellen van de strooiplaatstanden De strooiplaatstand is afhankelijk van: • de werkbreedte en • de mestsoort. Voor een exacte instelling van de afzonderlijke strooiplaatstanden zonder gereedschap is elke strooischijf voorzien van twee verschillende, unieke schalen (Afb. 53/1 en Afb. 53/2). Afb.
Instellingen Grensstrooien, grens-/slootstrooien en kantstrooien 1. Grensstrooien volgens de mestrichtlijnen (Afb. 55): Aan de veldgrens ligt een straat, een veldweg of een akker van iemand anders. Volgens de mestrichtlijnen mag er geen mest Afb. 55 over de grens vallen. 2. Grens-/slootstrooien volgens de mestrichtlijnen (Afb.
Instellingen L i m i t e r X L 8.5.1 Grens- en kantstrooien met grensstrooischerm L i m i t e r X L De instelling van de is afhankelijk van • kantafstand, • mestsoort, • toestand van de veldgrens. De in te stellen waarde kan in de strooitabel (Afb.
Pagina 90
Instellingen In te stellen zijn: • Schaalwaarde ( 0-15 ) • Symbool " " of " " (Afb. 59/3) • Extra scherm gemonteerd/gedemonteerd. L i m i t e r hydraulisch neerlaten. L i m i t e r Voor het instellen van de op de schaalwaarde (0-15): 2.
Transport Transport • Raadpleeg bij transportritten het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", blz. 26. • Controleer voor transport ο of voedingskabels correct zijn aangebracht. ο of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is. ο het hydraulische systeem op zichtbare gebreken. WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten als gevolg van het onbedoeld losraken van de...
Pagina 92
Transport • Breng de centrifugaalstrooier bij vervoer over de openbare weg slechts zo ver omhoog dat de bovenzijde van de reflectoren zich maximaal 900 mm boven het wegdek bevindt! • Beveilig de machine tegen plotseling zakken, voordat u zich op de openbare weg begeeft! ZA-M BAG0057.0 09.07...
Werken met de machine Werken met de machine Houd u bij het werken met de machine aan de aanwijzingen van hoofdstukken • "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machine" en • "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 24 Het opvolgen van deze aanwijzingen is voor uw eigen veiligheid. WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken of ingesloten raken als gevolg van toegankelijk bewegende...
Pagina 94
Werken met de machine WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen en gevaar voor het wegslingeren van vastgegrepen voorwerpen in de gevarenzone van de aangedreven cardanas! • Controleer voor elk gebruik van de machine of de veiligheids- en beschermingsvoorzieningen van de aandrijfas goed werken en intact zijn.
Werken met de machine 10.1 Centrifugaalstrooier vullen WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar als gevolg van breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! Houd rekening met de maximale belading van de aangebouwde/aangekoppelde machine en de toelaatbare asbelasting en oplegdruk van de tractor! Rijd indien nodig met een gedeeltelijk gevulde bak.
Werken met de machine 10.2 Strooien • De strooiplaten zijn vervaardigd van zeer slijtvast en roestvrij staal. Toch zijn strooiplaten slijtdelen. • Mestsoort, strooitijden en strooihoeveelheden beïnvloeden de levensduur van strooiplaten en zwenkvleugels. • Bei sommige strooistoffen zoals kieseriet, Excello-granulaat en magnesiumsulfaat treedt verhoogde slijtage aan de strooiplaten op.
Pagina 97
Werken met de machine VOORZICHTIG Gevaar als gevolg van breuk bij de bediening/het aanspreken van de overbelastingskoppeling van de cardanas (indien aanwezig)! Schakel de aftakas van de tractor onmiddellijk uit, wanneer de overbelastingskoppeling van de cardanas wordt aangesproken. Zo wordt beschadiging van de overbelastingskoppeling voorkomen. VOORZICHTIG Gevaar als gevolg van breuk van de cardanas bij ontoelaatbare hoek van de aangedreven cardanas!
Pagina 98
Werken met de machine • De kunstmeststrooier is aan de tractor gekoppeld en de hydraulische slangen zijn aangesloten. • De instellingen zijn uitgevoerd. 1. Koppel de aftakas bij laag tractormotortoerental aan. • Open Beide sluitschuiven pas bij het voorgeschreven aftakastoerental! •...
Werken met de machine 10.2.1 Aanbevelingen voor werkzaamheden op de wendakker Om nauwkeurig aan veldgrenzen en -randen te kunnen werken, is het belangrijk dat de rijpaden correct worden aangelegd. Bij toepassing van de grensstrooier L i m i t e r resp.
Werken met de machine 10.3 Aanwijzingen voor het strooien van slakkenkorrels (bijv. Mesurol) VOORZICHTIG Het verspreiden van slakkenkorrels met de kunstmeststrooier Z A - M en boorcomputer A M A D O S is niet conform de voorschriften en daarom verboden! Zie bedieningshandleiding van A M A T R O N , hoofdstuk over het...
Pagina 101
Werken met de machine Combinatiematrix voor kunstmeststrooiers geschikt voor het verspreiden van slakkenkorrels Type Strooischijven Hulpuitrusting A M A Z O N E S 6 0 0 Z A - M u l t r a 1 5 - 2 4 2 4 - 4 8 A M A Z O N E S 5 0 0...
Storingen Storingen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, amputatie, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, ingesloten raken en stoten als gevolg van het • onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine. • onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen van de machine.
Storingen 11.3 Storingen, oorzaken en oplossingen Storing Oorzaak Oplossing Ongelijkmatige dwarsverdeling Vastgekoekte mestkorrels aan de Strooiplaten en strooischijven van de mest strooischijven en de strooiplaten. reinigen. Schuiven openen niet helemaal. Te veel mest in het tractorspoor Voorgeschreven Tractormotortoerental verhogen. strooischijftoerental wordt niet bereikt.
Storingen 11.4 Storingen, oorzaken en oplossingen bij Comfort-uitrusting Storing Oorzaak Oplossing Hydraulische cilinders openen en Olietoevoer van de tractor niet Olietoevoer van de tractor sluiten niet ingeschakeld. inschakelen. Stroomtoevoer naar het Kabel, steker en contacten ventielblok onderbroken. controleren. Oliefilter verontreinigd. Oliefilter vervangen / reinigen.
Reinigen, service en onderhoud Reinigen, service en onderhoud WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, amputatie, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, ingesloten raken en stoten als gevolg van het • onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine. •...
Reinigen, service en onderhoud Reinigen met hogedrukreiniger/stoomstraal • U dient de volgende aanwijzingen bij het reinigen met een hogedrukreiniger/stoomstraal beslist op te volgen: ο Reinig geen elektrische onderdelen. ο Reinig geen verchroomde onderdelen. ο Richt de straal van de hogedrukreiniger of de stoomstraal nooit rechtstreeks op smeerpunten en lagers.
Reinigen, service en onderhoud 12.3 Onderhoudsschema – overzicht • Voer de onderhoudswerkzaamheden uit zodra de eerste termijn is bereikt. • Tijdsintervallen, draai-uren van de motor of service-intervallen van de eventueel bijgeleverde documenten van derden hebben voorrang. Na de eerste gebruiksuren Onderhoudswerkzaamheden Zie blz.
Reinigen, service en onderhoud 12.4 Afbreekbeveiliging voor cardanas- en roerasaandrijving De afbreekbeveiliging van de roeras wordt gerealiseerd via de borgpennen van de roerspiralen (Afb. 66/1) Afb. 66 12.5 Wrijvingskoppeling ventileren "Ventileer" de wrijvingskoppeling na langere tijd van stilstand en vóór het eerste gebruik als volgt: 1.
Reinigen, service en onderhoud 12.6 Ingangs- en haakse overbrenging De ingangs- en haakse overbrenging zijn onder normale werkomstandigheden onderhoudsvrij. De overbrengingen worden door de fabriek met voldoende transmissie-olie geleverd. Bijvullen van olie is doorgaans niet nodig. Uitwendige tekenen, bijv. verse olievlekken op de standplaats of op machineonderdelen en/of harde geluiden duiden op een olielekkage van de tandwielkast.
Pagina 110
Reinigen, service en onderhoud Let beslist op de correcte montage van de strooiplaten! De open zijde van de U-vormige strooiplaat wijst in de draairichting. 1. Draai de fixeerpennen los en verwijder ze (Afb. 69/2). 2. Maak de snelsluiting los en verwijder deze (Afb.
Reinigen, service en onderhoud 12.8 Horizontale stand van de bladveren en de lagerlussen controleren Z A - M u l t r a p r o f i S Alleen voor Afb. 70/... (1) Weegframe (2) Weegcel (3) Bladveer (4) Lagerlus (5) Meetschroef (6) Aanligblok (7) Contramoer...
Reinigen, service en onderhoud 12.9 Begrenzingsschroeven aan het weegframe instellen Z A - M u l t r a p r o f i S Alleen voor De begrenzingsschroeven links en rechts aan het frame van de strooier verhinderen het omhoog komen van de strooier van het weegframe bij bodemoneffenheden.
Reinigen, service en onderhoud 12.12 Hydraulisch systeem WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van onder hoge druk uittredende hydraulische olie wanneer deze door de huid heen dringt en in het lichaam terechtkomt (infectiegevaar)! • Werkzaamheden aan het hydraulische systeem mogen uitsluitend door een vakwerkplaats worden uitgevoerd! •...
Reinigen, service en onderhoud • Zorg bij het aansluiten van de hydraulische slangen op het hydraulische systeem van de tractor dat de hydraulische elementen van zowel de tractor als van de machine drukloos zijn! • Controleer of de hydraulische slangen correct zijn aangesloten. •...
Reinigen, service en onderhoud 12.12.2 Service-intervallen Na de eerste 10 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren 1. Controleer alle componenten van het hydraulische systeem op lekkage. 2. Trek schroefverbindingen eventueel na. Voor elke inbedrijfstelling 1. Controleer de hydraulische slangen op zichtbare gebreken. 2.
Reinigen, service en onderhoud 12.12.4 In- en uitbouwen van hydraulische slangen Neem bij het in- en uitbouwen van hydraulische slangen de volgende aanwijzingen in acht: • Gebruik alleen originele hydraulische slangen van • Zorg voor een schone werkplek. • U dient de hydraulische slangen zodanig in te bouwen dat er onder alle bedrijfsomstandigheden ο...
Reinigen, service en onderhoud 12.13 Controle van het hydraulische oliefilter Voor Z A - M met Comfort-uitrusting: Tijdens bedrijf (oliecirculatie ingeschakeld) kan de werking van het hydraulische oliefilter (Afb. 73/1) op het regelblok worden gecontroleerd. Weergave in het controlevenster (Afb. 73/2): •...
Reinigen, service en onderhoud 12.15 Controleren van de basisafstelling van de schuiven Z A - M met boordcomputer, zie bedieningshandleiding boordcomputer. Z A - M Alleen voor met handmatige instelling strooihoeveelheid: De in schuifstand "8" van de schuiven vrijgegeven doorsnede van de doorlaatopening (Afb.
Reinigen, service en onderhoud 12.16 Demontage van de cardanas 1. Beschermtrechter (Afb. 39/2) lossen en naar achteren toe aftrekken. 2. Contramoer (Afb. 39/3) in aansluitvork losdraaien (tot de schroefdraadpen niet meer naar buiten over de contramoer uitsteekt), zeskantschroefdraadpen (Afb. 39/4) uitdraaien. 3.
Reinigen, service en onderhoud 12.19 Hydraulisch schema Afb. 78/... (1) Aansluiting op regeleenheid 1 (slangmarkering 2x geel) (2) Aansluiting op regeleenheid 1 (slangmarkering 1x geel) (3) Aansluiting op regeleenheid 2 (slangmarkering 1x groen) (4) Aansluiting op regeleenheid 2 (slangmarkering 2x groen) (5) Aansluiting op regeleenheid 3 (slangmarkering 1x blauw) (6) Aansluiting op regeleenheid 3...
Pagina 121
Reinigen, service en onderhoud Hydraulisch systeem comfort-blok Afb. 79 (1) Aansluiting op regeleenheid 1 (slangmarkering 1x rood) (2) Aansluiting op drukloze retourleiding (slangmarkering 2x rood) (3) Oliefilter (4) Comfort-blok (5) Smoorklep voor L i m i t e r X L (LS) Aansluiting voor Load-Sensing-regelleiding (P) Aansluiting - drukleiding (T) Aansluiting voor drukloze retourleiding...
Reinigen, service en onderhoud 12.20 Aanhaalkoppels schroeven Aanhaalkoppels [Nm] Sleutelwijdte Schroefdraad afhankelijk van kwaliteitsklasse van schroeven/moeren [mm] 10.9 12.9 M 8x1 M 10 16 (17) M 10x1 M 12 18 (19) M 12x1,5 M 14 M 14x1,5 M 16 M 16x1,5 M 18 M 18x1,5 M 20...