2.2
Batterijen/accu's en laadapparaat
BENNING IT 115
Het apparaat kan met zes alkalinebatterijen (type AA) of met oplaadbare NiMh-batterijen (accu's)
worden gebruikt. De opgegeven werkingstijd geldt voor accu's met een nominaal vermogen van
2100 mAh. De laadtoestand van de batterijen wordt permanent rechtsonder op het LCD-display
aangegeven. Wanneer de batterijspanning te zwak is, wordt dit aangegeven zoals geïllustreerd
in afbeelding 2.1. De indicator verschijnt enkele seconden voor het apparaat wordt uitgeschakeld.
De oplaadbare NiMh-accu's worden automatisch opgeladen zodra het laadapparaat wordt
verbonden met de laadbus van het testapparaat. De polariteit van de laadbus wordt
aangegeven in afbeelding 2.2. Een geïntegreerde veiligheidsschakeling stuurt het laadproces
en verzekert een optimale levensduur van de batterijen.
Symbool:
Indicator van het acculaadproces
Algemene waarschuwingen:
Wanneer het testapparaat aangesloten is op een installatie, kan er in het batterijvak
levensgevaarlijke spanning aanwezig zijn! Bij het vervangen van batterijen/accu's of voor
de
afdekking
testdraden/toebehoren van het testapparaat worden losgekoppeld en moet het
testapparaat worden uitgeschakeld.
De batterijen/accu's moeten in elk geval correct worden geplaatst, anders kan het
testapparaat niet werken en worden de accu's ontladen.
Laad nooit alkalinebatterijen op!
Gebruik uitsluitend het meegeleverde laadapparaat!
Opmerkingen:
Voor het eerste gebruik! Plaats de batterijen in het batterijenvak en laad de batterijen
minstens 16 uur op.
Het laadapparaat in het testapparaat is een celpakket-laadapparaat. Dit betekent dat de
accu's tijdens het laden in serie worden geschakeld. De accu's moeten bijgevolg
equivalent zijn (gelijke lading, gelijke toestand, gelijk type en gelijke ouderdom).
Als het testapparaat gedurende lange tijd niet wordt gebruikt, moeten alle accu's uit het
batterijvak worden gehaald.
Er mogen alleen alkalinebatterijen of oplaadbare NiMh-batterijen van het type AA worden
gebruikt. Het is aan te bevelen accu's te gebruiken met een vermogen van minstens
2100 mAh.
Afbeelding 2.1: Indicator voor ontladen batterijen
Afbeelding 2.2: Polariteit van de laadbus
van
het
batterij-/zekeringvak
Veiligheids- en bedieningsaanwijzingen
-
+
Afbeelding 2.3: Lading wordt
wordt
- 10 -
uitgevoerd
geopend,
moeten
alle