Verhoog deze waarde tot boven de 100% als het schoepenwiel een
te lage meting geeft en verlaag deze waarde als de meting te hoog
is. Als de gemiddelde watersnelheid bijvoorbeeld 8,5 knopen is (9,8
mijl per uur/15,7 km per uur) en SOG registreert 10 knopen (11,5
mijl per uur/18,5 km per uur), moet de kalibratiewaarde worden
verhoogd tot 117 %. U kunt de aanpassing berekenen door de SOG
te delen door de snelheid van het schoepenwiel en de uitkomst te
vermenigvuldigen met 100.
Kalibratiebereik: 50-200 %. De standaardwaarde is 100 %.
Berekenen gemiddelde watersnelheid
Berekent de gemiddelde watersnelheid door met een
geselecteerde interval uw snelheid te meten. De intervallen voor de
watersnelheid zijn in te stellen van 1 tot 30 seconden. Als u
bijvoorbeeld de waarde vijf seconden hebt geselecteerd, wordt de
weergegeven watersnelheid gebaseerd op gemiddelden over 5
seconden.
Kalibratiebereik: 1-30 seconden. De standaardwaarde is 1 seconde.
Kalibratie watertemperatuur
Temperatuurkalibraties worden gebruikt voor het aanpassen van de
temperaturwaarde van de sonartransducer om overeen te komen
met de gegevens van een andere temperatuursensor. Het kan
nodig zijn lokale invloeden op de gemeten temperatuur te
corrigeren.
Kalibratiebereik: -9,9° tot +9,9°. 0° is standaard.
Ú Notitie:
Kalibratie van de watertemperatuur verschijnt alleen als
de transducer temperatuur kan meten. Controleer de selectie
van het transducertype als deze optie beschikbaar moet zijn.
Transducertype
Onder Type transducer type selecteert u het model van de
transducer die met de sonarmodule is verbonden. De geselecteerde
transducer bepaalt welke frequenties u kunt kiezen bij gebruik van
de sonar. Sommige transducers met ingebouwde
temperatuursensoren geven de temperatuur niet nauwkeurig weer,
en bij selectie van de verkeerde transducer wordt de temperatuur
helemaal niet weergegeven. Temperatuursensoren hebben een
impedantie van 5k of 10k. Wanneer beide opties worden gegeven
Software installeren
| GO XSE Installatiehandleiding
43