14. Antwoord / foutmelding
a) Antwoord
De GSM-module kan een antwoord-SMS verzenden, waarin de status
van alle in- en uitgangen wordt vermeld.
Hiervoor wordt een SMS naar de module verstuurd met de ingevoerde
meldtekst. Het antwoord wordt verstuurd naar het nummer waarvan de
SMS is verstuurd.
De meldtekst mag maximaal 8 tekens bedragen. Let hierbij ook beslist
op hoofd- en kleine letters.
•
Voer in de besturingssoftware onder „Antwoord / Foutmelding" bij
SMS-Meldtekst „Antwoord" in.
Selecteer het telefoonnummer van uw gsm.
Stuur de nieuwe configuratie opnieuw naar de GSM-module door op
"Verzenden" te klikken. Het bericht "Alle gegevens verzonden" moet
verschijnen.
Stuur na een uitgevoerde statusbericht een SMS met de tekst „Antwoord" naar de GSM-module.
Op het statusvenster moet een binnenkomende SMS met de tekst en het telefoonnummer weergegeven
worden.
Bovendien moet als antwoord door de GSM-module een SMS op uw mobiele telefoon binnenkomen, in
welke de status van alle in- en uitgangen worden weergegeven.
Voorbeeld:
U stuurt een SMS naar de GSM-module met de tekst welke in de GSM-module onder „Antwoord /
Foutmelding" opgeslagen is (bijv. „Antwoord"). Hierop antwoord de GSM-module bijv. met:
CONRAD GX110 T1=23C, T2=27C, TMP1-4=L,L,L,L, IN1-2=L,L, ADC=0mV, INCALL=L, SMS1-4=H,L,L,L,
LOG=L, DEL=L, INV=L, ALARM=H,BILDER=0, PEGEL=60% -ENDE
Dit bericht betekent dat de temperatuursensor op aansluiting „T1" 23 °C en de sensor op aansluiting „T2"
een temperatuur van 27 °C heeft gemeten en geen van de vier temperatuuruitgangen „TMP1" tot „TMP4"
heeft ingeschakeld.
Beide Optokoppleringangen „IN1" en „IN2" zijn „Low", de ingang „ADC" meet 0 mV, de uitgang „INCALL"
werd niet geactiveerd, de uitgang „SMS1" is ingeschakeld en de uitgangen „SMS2" tot „SMS4" zijn inactief.
De uitgang „LOG" is "Low", de vertragingsuitgang „DEL" is „Low", de uitgang „INV" is „Low", de uitgang „ALA"
is geactiveerd, er zijn nog geen beelden opgeslagen („BILDER =0") en het ontvangstniveau staat op 60%
(d.w.z..de ontvangst is goed).
De in dit hoofdstuk aangegeven waarden van een status opvraag zijn slechts een symbolische
vertoning voor een weergave van de waarden en kunnen afhankelijk van de voortgang van uw
configuratie of de meetwaarden van de aangesloten sensoren afwijkend uitzien.
b) Foutmelding
De GSM-module kan bij ontvangst van een onbekende of onjuiste opdracht een foutmelding met de
ingevoerde meldtekst terugsturen (bijv. ERROR). Dit is handig voor een snelle herkenning van verkeerd
ingevoerde gegevens (bijv. een tikfout). Het antwoord wordt verstuurd naar het nummer waarvan de SMS is
verstuurd
Voorbeeld:
U stuurt een SMS naar de GSM-module met een onbekende opdracht (bijv. RRRR). De GSM-module
antwoordt hierop met: ERROR.
19