- DHCP gebruiken indien door router gevraagd: DHCPv6 is ingeschakeld wanneer een router
adverteert om DHCPv6 te gebruiken.
- DHCP altijd inschakelen: gebruik ongeacht de router-advertisement DHCPv6 om een
IPv6-adres te verkrijgen.
- Nooit DHCP gebruiken: schakelt DHCPv6 uit.
• Unieke DHCP-id: Clients gebruiken een unieke DHCP-id (DUID) om een IP-adres te verkrijgen
van de DHCPv6-server. De server zoekt de DUID op in de database en levert de correcte
configuratiegegevens (adres, leasetijden, DNS-servers, etc.) aan de client.
• DHCP Identity Association-id: Elke interface heeft een id, ook wel een Identity Association-id
genoemd (IAID), waarmee de interface wordt gekoppeld aan één of meer IP-adressen. Elke
toewijzing in de DHCPv6-server omvat zowel een DUID als een IAID.
802.1x
U kunt de poortgebaseerde 802.1x-verificatie inschakelen. Als deze verificatie is ingeschakeld,
heeft het apparaat geen toegang tot het beschermde gedeelte van het netwerk tot het apparaat
daartoe gemachtigd wordt. Gebruik deze functie om uw netwerk te beveiligen.
Tik op Instellingen > Netwerkinstellingen > Ethernet > 802.1x vanaf het startscherm of tik op
Apps.
• 802.1x: Markeer om deze optie in te schakelen.
• 802.1x Authentication Method: Selecteer het te gebruiken verificatiealgoritme.
- EAP-MD5: biedt minimale veiligheid. De MD5 hash-functie is kwetsbaar voor
dictionary-aanvallen en ondersteunt geen key generation.
- PEAP: aanbevolen voor gebruikers die gebruikmaken van Microsoft desktop clients en
servers. Voor andere gebruikers is dit niet aangeraden.
- EAP-MS-CHAPv2: MS-CHAPv2 biedt verificatie in twee richtingen tussen peers door de
combinatie van een peer Challenge-bericht met het Response-pakket en een authenticator
Response-bericht op het Success-pakket.
- TLS: Dit wordt gebruikt voor veilige communicatie over het internet tussen een client en een
server.
Netwerkinstellingen (TCP/IP configureren) | 143