Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Beschrijving Van De Koelcyclus Met Gedeeltelijke Warmteterugwinning; Besturing Van Het Circuit Voor Gedeeltelijke Warmteterugwinning En Aanbevelingen Voor De Installatie - Daikin EWYD 260-380 AJYNN Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

Beschrijving van de koelcyclus met gedeeltelijke warmteterugwinning

De compressor zuigt het koelmiddelgas met lage temperatuur uit de verdamper door de elektrische motor, die door het
koelmiddel wordt gekoeld. Vervolgens wordt het gecomprimeerd en tegelijk gemengd met de olie van de olie-afscheider.
Het mengsel van olie en koelmiddel onder hoge druk komt in de olie-afscheider van het centrifugale type met hoog
rendement, waar de olie van het koelmiddel wordt gescheiden. Door het drukverschil wordt de olie die zich heeft
verzameld op de bodem van de afscheider weer in de compressor gestuurd, terwijl het koelmiddel (dat geen olie meer
bevat) naar de warmtewisselaar voor gedeeltelijke warmteterugwinning gaat, waar het afkoelt van de oververhittings-
temperatuur en het water dat door de warmtewisselaar loopt, opwarmt. Van de uitlaat van de warmtewisselaar stroomt
het koelmiddel in vloeibare vorm eerst door de 4-wegsklep, waarna het in de luchtwarmtewisselaar (in de koelerstand) of
de waterwarmtewisselaar (in de warmtepompstand) terechtkomt, waar het condenseert en onderkoelt terwijl het
respectievelijk de buitenlucht (gedwongen ventilatie) of het water verwarmt.
De onderkoelde vloeistof stroomt doorheen de filterdroger met hoog rendement en bereikt uiteindelijk het expansie-
element, wat een drukval veroorzaakt en een deel van het vloeibare koelmiddel verdampt.
Het resultaat op dit punt is een mengsel van vloeistof en gas met lage temperatuur onder lage druk dat in de
waterwarmtewisselaar (koelerstand) of de luchtwarmtewisselaar (warmtepompstand) komt, waar het de voor de
verdamping vereiste warmte opneemt.
Nadat het koelmiddel in vloeibare vorm en dampvorm gelijkmatig in de buizen van de warmtewisselaar is verdeeld,
neemt het warmte op van het af te koelen water (in de koelerstand), waardoor de watertemperatuur daalt, of van de
buitenlucht (in de warmtepompstand) terwijl het koelmiddel geleidelijk volledig wordt verdampt en dan oververhit.
Zodra het in oververhitte damp is omgezet, verlaat het koelmiddel de warmtewisselaar en wordt nu weer naar de
compressor geleid, waar de cyclus herbegint.
Besturing van het circuit voor gedeeltelijke warmteterugwinning en aanbevelingen
voor de installatie
Het systeem voor gedeeltelijke warmteterugwinning is zowel in de koeler- als de warmtepompstand beschikbaar en
wordt niet beheerd en/of bestuurd door de machine. De installateur moet de onderstaande suggesties opvolgen voor
optimale systeemprestaties en betrouwbaarheid:
16. Installeer een mechanisch filter op de inlaatleiding van de warmtewisselaar.
17. Installeer afsluitkranen om de warmtewisselaar te isoleren van het watersysteem wanneer het systeem lange tijd
niet wordt gebruikt of tijdens het onderhoud van het systeem.
18. Installeer een aftapkraan om de warmtewisselaar te laten leeglopen wanneer de kans groot is dat de
luchttemperatuur onder 0° C daalt in een periode dat de machine niet wordt gebruikt.
19. Installeer flexibele koppelstukken tegen trillingen op de waterinlaat- en uitlaatleidingen van de warmte-
terugwinning, zodat trillingen, en dus ook geluid, zo weinig mogelijk worden overgedragen op het watersysteem.
20. Laat het gewicht van de warmteterugwinningsleidingen niet rusten op de koppelstukken van de warmtewisselaar.
De koppelstukken van de waterleidingen van de warmtewisselaar zijn niet ontworpen om het gewicht van de
leiding te dragen.
21. Als de watertemperatuur van de warmteterugwinning lager is dan de omgevingstemperatuur, schakelt u de
waterpomp van de waterterugwinning best 3 minuten na het uitschakelen van de laatste compressor uit.
D – 504 C – 07/05 A – NL pag 31/56

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave