het filter vervolgens nog eens een 2/3 tot 1/ slag
(Figuur 35).
2
1
G005177
1. Oliefilter
2. Pakking
14. Giet ca. 80 % van de gespecificeerde hoeveelheid
olie langzaam in de vulbuis (Figuur 32).
15. Plaats de vuldop/peilstok weer stevig op zijn plaats
(Figuur 32).
16. Controleer het oliepeil (Figuur 32); zie Oliepeil
controleren.
17. Giet langzaam olie bij totdat het oliepeil de
VOL-markering bereikt.
18. Plaats de vuldop/peilstok weer stevig op zijn plaats
(Figuur 32).
Onderhoud van de bougie
Onderhoudsinterval: Om de 200
bedrijfsuren—Conditie van bougie en
elektrodenafstand controleren.
Om de 500 bedrijfsuren—Bougie
vervangen.
De bougie voldoet aan de eisen met betrekking tot
elektromagnetische interferentie. Gelijkwaardige bougies
van een ander merk kunnen ook worden gebruikt. Het
verdient aanbeveling de bougie om de 500 bedrijfsuren
te vervangen.
Type: Champion XC12YC (of equivalent type)
Elektrodenafstand: 0,76 mm
Bougie verwijderen
1. Schakel de aftakas uit, zet de rijhendels naar buiten
in de parkeerstand, zet de motor af en verwijder het
contactsleuteltje.
2. Trek de kabel van de bougie (Figuur 36). Maak de
omgeving van de bougie schoon om te voorkomen
3
Figuur 35
3. Tussenstuk
dat er vuil in de motor komt, wat beschadiging kan
veroorzaken.
Opmerking: Door de diepe uitsparing rond de
bougie is doorblazen met perslucht gewoonlijk de
meest effectieve manier om de holte te reinigen. De
bougie is heel goed bereikbaar als het ventilatorhuis
wordt verwijderd voor reinigingswerkzaamheden.
3. Verwijder de bougie en de metalen afdichtring.
1
1. Plaats van bougie en kabel
Bougie controleren
1. Bekijk de binnenkant van de bougie (Figuur 37).
Als de isolator lichtbruin of grijs is, werkt de motor
naar behoren. Een zwarte laag op de isolator duidt
meestal op een vuil luchtfilter.
Belangrijk: Bougie nooit schoonmaken.
Bougie altijd vervangen bij zwarte laag op de
bougie, versleten elektroden, vettige laag op de
bougie of scheuren.
2. Controleer de afstand tussen de centrale elektrode
en de massa-elektrode (Figuur 37). Verbuig de
massa-elektrode (Figuur 37) om de juiste afstand in
te stellen indien dit nodig is.
1. Centrale elektrode met
isolator
2. Massa-elektrode
31
G005070
Figuur 36
Figuur 37
3. Elektrodenafstand (niet op
schaal weergegeven)