3.
Controleer de conditie van de massa-elektrode,
de centrale elektrode en de isolator van de
centrale elektrode op beschadigingen.
Belangrijk
een gebarsten, aangetaste, vuile of
andere gebreken vertonende bougie moet worden
vervangen. U mag de elektroden niet zandstralen,
afkrabben of reinigen met een staalborstel omdat
hierdoor gruis kan losraken en in de cilinder
terechtkomen. Dit leidt meestal tot beschadiging
van de motor.
4.
Zorg ervoor dat de elektrodenafstand tussen de
centrale elektrode en de massa-elektrode
0,76 mm bedraagt (Fig. 29). Plaats een bougie
met de juiste elektrodenafstand en draai deze vast
met een torsie van 20 Nm.
5.
Druk de bougiekabels op de bougie.
Figuur 29
3.
Vul het reservoir (Fig. 31) met ongeveer 1,4 liter
SAE 10W30-motorolie of totdat het oliepeil de
onderkant van de opening van de niveau-
aanwijzer bereikt.
Transaxle-vloeistof verversen
Ververs de transaxle-vloeistof om de 800 bedrijfsuren
of jaarlijks, waarbij de kortste periode moet worden
aangehouden.
1.
Parkeer het voertuig op een horizontaal
oppervlak, stel de parkeerrem in werking, draai
het contactsleuteltje op Uit en verwijder het
sleuteltje uit het contact.
2.
Verwijder de aftapplug uit de rechterkant van het
reservoir (Fig. 30) en laat de vloeistof in een
opvangbak lopen. Plaats de aftapplug terug
wanneer er geen vloeistof meer naar buiten
stroomt, en zet deze goed vast.
Opmerking: De oude olie afgeven bij een erkende
inzamelplaats.
0,76 mm
4.
Zekeringen vervangen
Er zijn drie zekeringen in het elektrische systeem.
Deze bevinden zich onder de bak in een kast aan de
rechterkant van het chassis (Fig. 32).
Ontstekingsinstallatie
Lichten
Aansluitpunt
32
Figuur 30
1. Aftapplug
2. Opening van niveau-aanwijzer
Figuur 31
1. Vulbuis
Start de motor en laat deze draaien zodat de
vloeistof zich verspreidt door het hele systeem.
Controleer nogmaals het oliepeil en vul indien
nodig olie bij.
1
10 A
10 A
10 A
(15 A max.)