De laadbak laden
De inhoud van de laadbak is 0,37 m
(het volume) van het materiaal dat in de bak kan
worden geladen zonder dat het draagvermogen van
het voertuig wordt overschreden, kan sterk variëren,
afhankelijk van de volumieke massa van het
materiaal. Bijvoorbeeld, een tot de rand gevulde bak
met vochtig zand weegt 680 kg. Dit is 295 kg boven
het draagvermogen. Maar een tot de rand gevulde bak
met hout weegt 295 kg. Dit is minder dan het
draagvermogen.
Raadpleeg onderstaande tabel voor het maximale
ruimtegewicht van verschillende materialen.
Volumieke
massa
Materiaal
(kg/m
Grind
Droog
1521
Vochtig
1922
Zand
Droog
1441
Vochtig
1922
Hout
720
Schors
<720
Aarde,
samengedrukt
1601
Transport van het voertuig
Om het voertuig over grote afstanden te verplaatsen,
moet u een oplegger gebruiken. Zorg ervoor dat het
voertuig stevig is bevestigd aan de oplegger. Zie Figuren
12 en 13 voor de plaats van de bevestigingspunten.
VOORZICHTIG
Losse stoelen kunnen van het voertuig en de
oplegger vallen tijdens het transport en terechtkomen
op een ander voertuig of de weg versperren.
Verwijder de stoelen of zet de stoelen stevig vast in
de vergrendelingen.
3
. De hoeveelheid
Maximaal
laadvermogen (op
een horizontaal
3
)
oppervlak)
3/4 vol (ongeveer)
1/2 vol (ongeveer)
3/4 vol
1/2 vol
Vol
Vol
3/4 vol (ongeveer)
1. Bevestigingspunten
Het voertuig slepen
In noodgevallen kan het voertuig over een korte
afstand worden gesleept. Toro adviseert echter hiervan
geen standaard procedure te maken.
WAARSCHUWING
Als u het voertuig bij een te hoge snelheid sleept,
kunt u de macht over het stuur verliezen. Dit kan
lichamelijk letsel veroorzaken.
Sleep het voertuig nooit sneller dan 8 km per uur.
Het slepen van het voertuig moet worden uitgevoerd
door twee personen. Als het voertuig over een grote
afstand moet worden getransporteerd, dient dit te
gebeuren op een truck of een oplegger. Zie Transport
van het voertuig.
1.
Verwijder de aandrijfriem; zie De Aandrijfriem
vervangen, stappen 1 en 2.
2.
Bevestig een sleepkabel aan de lip op de
voorzijde van het frame (Fig. 13).
3.
Zet het voertuig in de neutraalstand en stel de
parkeerrem buiten werking.
1. Sleeplip en bevestigingspunt
20
Figuur 12
Figuur 13