achterklep tegelijkertijd vergrendelen of ont-
grendelen.
Ontgrendelen
Druk op het bovenste gedeelte van de ver-
grendelingsknop
.
Bij lang indrukken (ten minste 4 seconden)
worden ook alle zijruiten tegelijk geopend
– om bijv. bij warm weer snel voor frisse
lucht in de auto te zorgen.
Vergrendelen
Druk op het onderste gedeelte van de ver-
grendelingsknop
.
Wanneer u de knop lang ingedrukt houdt
(ten minste 4 seconden), worden ook alle
ruiten en het schuifdak* tegelijkertijd geslo-
ten.
Portieren openen
Als de portieren van de binnenzijde vergren-
deld zijn:
Trek tweemaal aan de handgreep om het
portier te ontgrendelen, waarna u het kunt
openen.
Automatische vergrendeling
Het is mogelijk om de portieren en de achter-
klep automatisch te laten vergrendelen bij rij-
snelheden hoger dan 7 km/h.
Wanneer deze functie actief is, kunt u vergren-
delde portieren op een van de volgende twee
manieren openen:
•
trek tweemaal aan een van de openings-
handgrepen
•
Druk op de bovenkant van de knop voor
centrale vergrendeling
en trek aan de
openingshandgreep op het portier.
U kunt de functie activeren/deactiveren onder
Persoonlijke instellingen (zie pagina 78).
Safelock-functie*
Bij activering van de zogeheten Safelock-func-
tie zijn de portieren niet meer van de binnen-
zijde te openen, als ze eenmaal vergrendeld
zijn vanaf de transpondersleutel.
Met de transpondersleutel activeert u de Safe-
lock-functie die 25 seconden na vergrendeling
van de portieren in werking treedt.
Bij Safelock is de auto alleen met de transpon-
dersleutel te ontgrendelen. Het bestuurders-
portier is ook te ontgrendelen met het afneem-
bare sleutelblad.
05 Sloten en alarm
Vergrendelen en ontgrendelen
Tijdelijk deactiveren
A
E
D
Geactiveerde menu-opties staan aangekruist.
Display
MENU
EXIT
ENTER
Navigatie
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
B
C
05
131