Installatie van de pomp
De pomp starten
Wanneer de pomp wordt gestart, start ook de toediening van de medicatie. Wanneer de pomp
loopt, wordt 'Loopt' groen gemarkeerd weergegeven in de statusbalk en knippert het groene
indicatielampje. Als de pomp niet start, wordt er een bericht weergeven op het scherm. Zie de
tabel Alarmen en berichten, alfabetische lijst op pagina 50.
OPMERKING: Alvorens de pomp op te starten, dient u te controleren of het juiste protocol en
de juiste patiëntspecifieke parameters worden weergegeven (zie Patiëntspecifieke parameters
pagina 39). Controleer of de lijn gevuld en ontlucht is en de pomp aangesloten is op de patiënt,
volgens de richtlijnen van uw instelling.
De pomp starten:
9
1. Druk op stop/start
OPMERKING: Indien de patiëntspecifieke parameters niet zijn
nagekeken en de waarden niet zijn aanvaard, vereist de pomp dat u
dit doet voordat de pomp opstart.
2. Als u 'Pomp starten?' ziet, drukt u op Ja.
De pomp stoppen
Als de pomp stopt, wordt de toediening gestopt. Wanneer de pomp wordt gestopt, wordt 'Gestopt'
rood gemarkeerd weergegeven op de statusbalk en knippert het gele indicatielampje terwijl het
groene indicatielampje uit is.
De pomp stoppen:
9
1. Druk op stop/start
OPMERKING: Indien u probeert te stoppen tijdens de toediening van
een PCA-dosis of klinische bolus, wordt 'PCA-dosis stoppen?' of
'Klinische bolus stoppen?' weergegeven. Selecteer Ja om de dosis te
stoppen.
2. Als u 'Pomp stoppen?' ziet, drukt u op Ja.
24
.
.
Druk hier om te
selecteren
Druk hier om te
selecteren
Druk hier om te
selecteren