2
Selecteer een optie:
• Als u de naam van de lay-out wilt wijzigen, selecteert u
Naam en symbool > Naam, voert u een nieuwe naam in
en selecteert u OK.
• Als u het SmartMode symbool wilt wijzigen, selecteert u
Naam en symbool > Symbool en kiest u vervolgens een
nieuw symbool.
• Als u het aantal getoonde functies en de lay-out van het
scherm wilt wijzigen, selecteert u Lay-out en vervolgens
een optie.
• Als u de functie van een gedeelte van het scherm wilt
wijzigen, selecteert u het te wijzigen venster en kiest u
vervolgens een functie in de rechts weergegeven lijst.
• Sleep de pijlen naar een nieuwe locatie om te wijzigen
hoe de schermen worden gesplitst.
• Als u de gegevens wilt veranderen die op de pagina en in
de extra gegevensbalken worden weergegeven, selecteert
u Overlays en selecteert u een optie.
• Als u een gedeelte van het SmartMode scherm aan een
voorinstelling wilt toewijzen, selecteert u Voorinstel. >
Voeg toe en selecteert u een voorinstelling in de lijst aan
de rechterkant.
Een nieuwe combinatiepagina maken
U kunt naar wens een aangepaste combinatiepagina maken.
1
Selecteer Combinaties > Menu > Voeg combo toe.
2
Selecteer een venster.
3
Selecteer een functie voor het venster.
4
Herhaal deze stappen voor elk venster op de pagina.
5
Sleep de pijlen om de venstergrootte aan te passen.
6
Houd een venster vast om het te rangschikken.
7
Houd een gegevensveld vast om nieuwe gegevens te
selecteren.
8
Selecteer Lay-out en selecteer een lay-out.
9
Selecteer Naam, voer een naam voor de pagina in en
selecteer OK.
10
Selecteer eerst Overlays en vervolgens de gegevens die u
wilt weergeven.
11
Selecteer OK als u klaar bent met het aanpassen van de
pagina.
Een combinatiepagina verwijderen
1
Selecteer Combinaties > Menu > Verwijder combo.
2
Selecteer een combinatie.
De gegevensoverlays aanpassen
Hiermee kunt u de gegevens aanpassen in de
gegevensoverlays die op het scherm worden weergegeven.
4
1
Selecteer een optie op basis van het type scherm dat u
bekijkt:
• In een volledige schermweergave selecteert u Menu >
Wijzig overlays.
• In een combinatiescherm selecteert u Menu > Wijzig
combo > Overlays.
• In een SmartMode scherm selecteert u Menu > Wijzig
lay-out > Overlays.
TIP: Als u snel gegevens in een overlayvak wilt wijzigen,
houdt u het overlayvak ingedrukt.
2
Selecteer een item waarvan u de gegevens en de
gegevensbalk wilt aanpassen:
• Als u de getoonde gegevens in een overlayvak wilt
wijzigen, selecteert u het overlayvak en de nieuwe
gegevens die u wilt weergeven. Selecteer vervolgens
Terug.
• Als u de locatie en de lay-out van de gegevensoverlaybalk
wilt selecteren, selecteert u Gegevens en selecteert u een
optie.
• Als u tijdens het navigeren getoonde informatie wilt
aanpassen, selecteert u Navigatie en selecteert u een
optie.
• Als u andere gegevensbalken, zoals de mediabediening,
wilt inschakelen, selecteert u Bovenstang of Onderste
balk en selecteert u de benodigde opties.
3
Selecteer OK.
Een lay-out koppelen aan de bedienings- of joystick-
knoppen
U kunt lay-outs koppelen aan de bedienings- of joystickknoppen.
Wanneer u op een knop drukt, wordt de daaraan gekoppelde
lay-out op de stationsschermen geopend.
1
Selecteer in het startscherm Menu > Koppel lay-out.
2
Selecteer de naam van een item of knop.
3
Selecteer Selecteer lay-out.
4
Selecteer een lay-out om aan het item of de knop te
koppelen.
5
Indien nodig herhaalt u stap 2 t/m 4 voor de resterende
knoppen.
Wanneer u op de toegewezen bedienings- of joystickknop drukt,
wordt de daaraan gekoppelde lay-out geopend op de
stationsschermen.
Lay-out van stations resetten
U kunt de lay-out van dit station herstellen naar de
fabrieksinstellingen.
Selecteer Instellingen > Systeem > Stationsgegevens >
Reset lay-outs.
Voorinstellingen
Een voorinstelling is een verzameling instellingen waarmee u
het scherm of de weergave kunt optimaliseren. U kunt
De kaartplotter aanpassen