Hefinrichting
Onderhoudsinterval/Specificatie
Controleer het oliepeil elke 25 bedrijfsuren of
jaarlijks, waarbij de kortste periode moet worden
aangehouden. Bijvullen met Dexron type II of type III
automatische transmissie-olie.
Oliepeil controleren
1.
Zet de hefinrichting in de hoogste stand
"BOVEN". Zie Hefinrichtingen optillen, pagina.
2.
Maaikoppeling (aftakas) uitschakelen,
parkeerrem in werking stellen en contactsleutel
op "OFF" draaien om de motor te stoppen.
Verwijder de sleutel.
3.
Open de motorkap.
4.
Verwijder de afsluitdop van de hydraulische
hefinrichtingspomp (Fig. 32). Olie moet ter
hoogte van de onderzijde van het gat staan.
5.
Als het peil beneden de onderzijde van dit gat
staat, bijvullen met Dexron type II of type III
automatische transmissie-olie bijvullen.
Figuur 32
1. Hydraulische
hefinrichtingspomp
2
1
2350
2. Afsluitdop
Toesporing van de voorwielen
Onderhoudsinterval/Specificatie
Een correcte toesporing van de voorwielen is
belangrijk. Bij ongelijkmatige bandenslijtage,
beschadiging van de graszode of zwaar sturen kan
afstelling nodig zijn. Controleer de toesporing na elke
100 bedrijfsuren of eenmaal per jaar, waarbij de
kortste periode moet worden aangehouden (Fig. 33).
Specificatie: 3,5–6,5 mm (1/8–1/4") toesporing van
de voorwielen.
Onderhoud
33