5.2
Justeren met intern gewicht (enkel ABJ)
Verloop:
(1)
Gewogen materiaal van de schaal afnemen, de toets TARE/
aanduiding wordt op nul gezet.
(2)
De toets CAL/MENU zo lang drukken totdat het symbool "I CAL" verschijnt.
Let op: Weegschalen zonder intern systeem van automatisch justeren worden
standaard op "I cal", d.w.z. justeren met intern gewicht, ingesteld. In menu
"Instellingen" – zie hoofdstuk 4.4.4 – kunnen deze instellingen worden
gecontroleerd en, zo nodig, gewijzigd.
(3)
Nu de toets TARE/
(4)
Vervolgens verschijnen op display symbolen "CAL 1" en "CAL 0".
(5)
Op display verschijnt de melding "CAL END" en de weegschaal wordt terug in
weegmodus gezet. Justeren is met succes voltooid.
5.3
Justeercontrole met extern gewicht
Verloop:
(1)
Gewogen materiaal van de schaal afnemen, de toets TARE/
aanduiding wordt op nul gezet.
(2)
De toets CAL/MENU drukken totdat het symbool "FUnC.SEL" verschijnt.
(3)
Vervolgens de toets TARE/
"CAL", de toets TARE/
(4)
De toets CAL/MENU zo lang drukken totdat het symbool "E test" verschijnt,
dan de toets TARE/
(5)
Nulaanduiding blinkt. Vervolgens verschijnt blinkende gewichtswaarde voor
justeerproces.
(6)
Vereist kalibratiegewicht op de schaal leggen.
(7)
Op de weegschaal verschijnt blinkende nulgewichtswaarde.
(8)
Het gewicht van de schaal afnemen.
(9)
Bij foutmelding verschijnt op de weegschaal opnieuw de nulwaarde, controle is
met succes voltooid.
28
drukken. Op display verschijnt het symbool "CAL 2".
drukken. Op display verschijnt het symbool
nog eens drukken (het symbool "E Cal" verschijnt).
drukken en de controle wordt gestart.
drukken, de
drukken, de
ABS/ABJ-BA-nl-1019