3
. . Bediening
3.1
Algemeen
3.2
Starten en stoppen
Handleiding versie 3.0 (21-11-2017)
Alle functies voor het dagelijkse gebruik worden bediend met
het bedieningspaneel. Hiermee kunt u:
•
het luchtgordijn in- en uitschakelen
•
de gewenste verwarmingscapaciteit regelen
•
de gewenste ruimtetemperatuur regelen
•
de verwarming in- en uitschakelen
•
de sterkte van het luchtgordijn regelen
Indien meerdere toestellen zijn aangesloten op één
bedieningspaneel:
De instellingen op het paneel zijn voor alle toestellen gelijk.
Druk herhaaldelijk op toets 1 om het luchtgordijn te starten
en te stoppen, en de gewenste temperatuurregeling te kiezen:
•
Het luchtgordijn werkt in de handmatige stand: de LED
is aan.
MANUAL
•
Het luchtgordijn werkt in de automatische stand: de LED
is aan.
AUTO
•
Het luchtgordijn is gestopt: alle LED's zijn uit.
Opmerking:
n
Het toestel zal na het stoppen nog enige tijd op een
laag toerental blijven werken om af te koelen.
Zie ook:
3.4.1 "Handmatige temperatuurregeling", pagina 30
3.4.2 "Automatische temperatuurregeling", pagina 31
nl
nl-29