DF H
ANDLEIDING
2.4
Het toestel aansluiten op de CV-installatie
Handleiding versie 3.0 (21-11-2017)
Alleen bij modellen met waterverwarming (type W)
Zie ook:
6.1.2 "Het toestel openen", pagina 39
2.4.1 Bijzonderheden
Let op:
c
De aanvoer- en retourleiding van de CV-installatie
moeten worden aangesloten op de juiste bijbeho-
rende aansluitingen 1. Op het toestel zijn de richtin-
gen aangegeven met pijlen.
•
Houdt de aansluitingen 1 bij het aansluiten van de leidin-
gen tegen met een tang.
•
Neem, vlakbij het toestel, in beide leidingen een afsluiter
en een ontluchting op.
Toepassingsgrenzen bij toestellen met waterverwarming
Verwarmingsmedium
Maximale
W2
watertraject
W4
Maximale
typen S/M
luchtuitblaas-
typen L
temperatuur
Maximale werkdruk
2.4.2 Vorstbeveiliging
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen indien u het toestel
installeert in een ruimte waar vorst kan optreden:
•
Zorg voor een constante circulatie van het water op de
juiste temperatuur;
•
Voeg bij stilstand in de winterperiode maximaal 20% glycol
aan het water toe;
•
Of tap het systeem en het toestel af.
I
NSTALLATIE
water met maximaal
20% glycol
90/70 °C
70/50 °C
55°C
45°C
8 bar
nl-15
nl