BIJLAGE
De draadspanning controleren
U kunt de bovendraadspanning afstellen met de
draadspanningsknop of met de spanningsknop op de
bovendraadgeleider.
1 Spanningsknop bovendraadgeleider
2 Draadspanningsknop
Bovendraad is te strak
1 Bovenkant
2 Achterkant
De spanning van de bovendraad is te strak, zodat de
onderdraad zichtbaar wordt aan de bovenkant van de stof.
• Verlaag de spanning door tegen de klok in te draaien.
36
1
2
Correcte draadspanning
Aan de achterkant van de stof moet over de breedte van de
steek, ongeveer één derde van de onderdraad zichtbaar
zijn.
1 Bovenkant
2 Achterkant
Bovendraad is te los
1 Bovenkant
2 Achterkant
De spanning van de bovendraad is te los, zodat de te losse
bovendraad in lussen en plukken aan de bovenkant van de
stof te zien is.
• Verhoog de spanning door met de klok mee te draaien.