▶ Niet roken.
▶ Bedien geen elektrische schakelaars, geen
stekkers, geen deurbellen, geen telefoons
en andere communicatiesystemen in het
gebouw.
▶ Sluit de gasmeter-afsluitkraan of de hoofd-
kraan.
▶ Sluit, indien mogelijk, de gaskraan op het
product.
▶ Waarschuw de huisbewoners door te roe-
pen of aan te kloppen.
▶ Verlaat onmiddellijk het gebouw en verhin-
der het betreden door derden.
▶ Alarmeer politie, brandweer en informeer
het gasbedrijf zodra u buiten het gebouw
bent.
1.3.2 Vloeibaar gas
In meervoudig bezette VLT/VGA-installaties
bestaat het risico dat vloeibaar gas zich in het
onderste gedeelte op de grond verzamelt.
Als het product onder maaiveldhoogte geïn-
stalleerd wordt, kan bij lekkage een ophoping
van gas ontstaan.
Om explosies en brand te vermijden:
▶ Gebruik warmteopwekkers aan een meer-
voudig bezette VLT/VGA-installatie in
overdruk niet met vloeibaar gas.
▶ Zorg ervoor dat vloeibaar gas in geen ge-
val uit het product en de gasleiding kan
ontsnappen.
On ontstekingsproblemen bij slecht ontluchtte
vloeibaar gastanks te vermijden:
▶ Voordat u het product installeert moet u
er zeker van zijn dat de vloeibare gastank
goed ontlucht is.
▶ Neem indien nodig contact op met de vul-
ler of de leverancier van het vloeibare gas.
1.3.3 Verbrandingsgas
Verbrandingsgassen kunnen vergiftiging ver-
oorzaken en hete verbrandingsgassen ook
brandwonden. Daarom mogen verbrandings-
gassen nooit ongecontroleerd ontsnappen.
Bij gaslucht in gebouwen:
▶ Doe alle toegankelijke deuren en ramen
wijd open en zorg voor tocht.
▶ Schakel het product uit.
0020282267_00 Installatie- en onderhoudshandleiding
▶ Controleer de verbrandingsgastrajecten
in het product en de afvoerleidingen voor
verbrandingsgas.
Om ontsnappend verbrandingsgas te vermij-
den:
▶ Gebruik het product alleen met volledig
gemonteerde VLT/VGA.
▶ Gebruik het product, behalve kortstondig
voor testdoeleinden, alleen met gemon-
teerde en gesloten voormantel.
▶ Zorg ervoor dat de condenswatersifon voor
het gebruik van het product altijd gevuld is.
– Sperwaterniveau bij producten met con-
denswatersifon (externe toebehoren):
≥ 200 mm
Om te zorgen dat afdichtingen niet bescha-
digd worden:
▶ Om u te helpen bij het monteren kunt u
water of in de handel verkrijgbare zeep
gebruiken in de plaats van vetten.
1.3.4 Luchttoevoer
Niet geschikte of onvoldoende verbrandings-
en binnenlucht kan materiële schade veroor-
zaken maar ook levensgevaarlijke situaties
tot gevolg hebben.
Omdat bij opstellingslucht afhankelijke wer-
king de toegevoerde verbrandingslucht vol-
doende is:
▶ Zorg voor een permanent ongehinderde
en voldoende luchttoevoer naar de opstel-
ruimte van het product volgens de venti-
latievereisten. Dat geldt met name ook bij
opstelling in een kast.
Om corrosie aan het product en in de ver-
brandingsgasafvoer te verhinderen:
▶ Zorg ervoor, dat de toegevoerde verbran-
dingslucht altijd vrij is van sprays, oplos-
middelen, chloorhoudende reinigingsmid-
delen, verf, lijm, ammoniakverbindingen,
stof e.d.
▶ Zorg ervoor dat er op de opstellingsplaats
geen chemische stoffen opgeslagen wor-
den.
▶ Als u het product in kapsalons, lakkerijen
of schrijnwerkerijen of reinigingsbedrijven
e.d. installeert, dan kiest u een afzonder-
lijke opstelruimte waarin de binnenlucht
technisch vrij is van chemische stoffen.
5