1 - BINNENUNIT(S) (EXPAIR Voor alle werkzaamheden op de apparaten is passende PBU (persoonlijke beschermingsuitrusting) noodzakelijk Waarschuwing De installatie en onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door gekwalificeerd en ervaren personeel. Houd u bij alle werkzaamheden stipt aan alle voorzorgen voor het gebruik. Stickers op het apparaat maken u attent op de veiligheidsvoorschriften. Als algemene regel geldt dat u zich moet houden aan alle geldende veiligheidsvoorschriften en -normen.
2 - ONTVANGST Elk apparaat heeft een typeplaat met identificatienummer dat bij alle correspondentie moet worden vermeld. Overeenkomstig artikel 133-3 van de Franse wet op de koophandel is de controle van de staat van de goederen bij ontvangst van de pakketten voor verantwoordelijkheid van de ontvanger. Indien delen ontbreken, moet de klant het exacte aantal ontvangen pakketten vermelden.
3 - VERPLAATSEN De unit moet worden verplaatst door middel van singels, een juk of een palletwagen, op voorwaarde dat de vier hoeken van het apparaat op houtblokken rusten. In alle gevallen moet het optillen aangrijpen aan de onderkant van de unit. Dit moet worden gedaan door gekwalificeerd personeel: raadpleeg de aanwijzingen op de sticker op het apparaat.
4 - MARKERING VAN DE COMPONENTEN 4.1 - CW 5/8/12/16/27: model met koelwater 1- Filter 2- Schakelaar 3- Schakelkast 4- Afvoer van het condenswater 5- Koelbatterij 6- Verwarmingsbatterij (als optie) 7- Bevochtiger (optie) 8- Ventilatormotor 9- Zone voor de waterdoorvoeren (onderkant of zijkant rechts) 10- Regelventiel 4.2 - DXA 5/8/10/12/15/19/24/31/36/38/48: Model met directe expansie...
4 - MARKERING VAN DE COMPONENTEN 4.3 - Montage / richting van de luchtstroom ONDER 1 BOVEN 3 BOVEN 4 BOVEN 5 5 - INSTALLATIE: APPARAAT / FRAME / PLENUM 5.1 - Plaatsen van de unit - De unit moet rusten op een gladde en vlakke vloer, die zo horizontaal mogelijk moet zijn, in de orde van een op duizend. - Er moet een afdichting zijn tussen de unit en de vloer in geval van uitblazing van de lucht in een verhoogde vloer.
6 - AANSLUITINGEN 6.1 - Luchtaansluitingen ► Binnenunit De luchtaansluiting gebeurt met starre plaatstalen kanalen of soortgelijk met een aansluitflens met gaten. het vastzetten gebeurt met parkerschroeven. Tussen de flens en de unit moet een afdichting worden gemonteerd. Voor units met een ONDER-montage (uitblazing naar de vloer) is als optie een steunsokkel leverbaar om deze installatie mogelijk te maken.
Pagina 10
Elektrische voeding driefasen 400V-50Hz-N+A N.B.: - Voor alle elektrische verbindingen raadpleegt u het elektrisch schema dat is gevoegd bij de binnenunit en de buitenunit. - Elektrische verbinding niet door CIAT geleverd - Koelleidingen niet door CIAT geleverd De EXPAIR modellen (DXA 31, DXA 36, DXA 38, DXA 48) hebben 2 buitenunits.
Pagina 11
6 - AANSLUITINGEN ► Tabellen van de maximale lengtes van de koudemiddelleidingen In de tabellen hieronder staan de toegelaten leidinglengtes en de bijbehorende maximum hoogteverschillen. De waarden in de tabellen geven de procentuele afname van het koelvermogen ten opzichte van het nominale vermogen. DXA 5 + CL2 28 / vloeistofleiding 3/8", gasleiding 5/8"...
6 - AANSLUITINGEN 6.4 - Elektrische aansluiting - De bekabeling moet worden beschermd door een kabeldoorvoer. - De elektrische aansluitingen en de bekabeling moeten worden uitgevoerd volgens het bij het apparaat gevoegde elektrische schema en de geldende normen en wettelijke voorschriften. - Controleer of de gegevens van de elektrische voeding overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje.
7 - TECHNISCHE KENMERKEN 7.1 - Filters Efficiëntie EN 779-2012 : M5 Efficiëntie EN 779-2012 : F7 Efficiëntie ISO16890 : ePM10 50% Efficiëntie ISO16890 : ePM1 : 60% Dikte: 48 mm Dikte: 48 mm Effectiviteit: 90 % gravimetrisch Rendement: 85% opacimetrisch Filteroppervlak: 2 x de frontale oppervlakte Filteroppervlakte: 17 x de frontale oppervlakte bij dikte 48 mm Brandklasse: M1...
7 - TECHNISCHE KENMERKEN 7.5 - Luchtdebietregelaar (binnenunit) De luchthoeveelheid kan ter plaatse direct op de regelaar worden ingesteld: - Parameter P155 (regelaar µAir CONNECT 2) - Zonder regeling, in de schakelkast. ► Minimum luchtdebiet (m /u) voor EXPAIR CW met elektrische batterij en/of bevochtiger CW-unit CW 5 CW 8...
7 - TECHNISCHE KENMERKEN 7.7 - Bevochtiger (optie) De bevochtiger met dompelelektroden heeft een microprocessor gestuurde controleur die zich aanpast aan de chemische en fysische eigenschappen van het water binnen de toegelaten functioneringsgrenzen. Door een spanning te zetten op de dompelelektroden in het water, ontstaat er een elektrische stroom tussen de elektroden, waardoor de temperatuur van het water stijgt tot het kookpunt.
3 x 1 3 x 2 3 x 4 x Vermogen Totale stroomsterkte 17,3 34,6 7.9 - Regeling Instelbare regeling CIAT µAir Connect 2. Voor het regelen en instellen raadpleegt u de bijbehorende handleiding CIAT µAIR CONNECT 2 EXPAIR NL-18...
8 - INBEDRIJFSTELLING Houd u bij alle werkzaamheden aan het koudemiddel circuit aan de geldende milieuvoorschriften. Na het aansluiten van de elektrische en hydraulische leidingen, stelt u de unit in bedrijf met controle van de volgende stappen: - Controleer het vastzitten van de elektrische aansluitingen; - Controleer de wateraansluitingen (aansluitrichting intrede/uittrede);...
9 - ONDERHOUD De deuren kunnen worden gedemonteerd om beter toegang te hebben tot de verschillende componenten. Voor dubbele deuren: Open de linkerdeur met de centrale handgreep en zet de 2 grijpers van de rechterdeur omlaag (bij dubbele deuren). Verwijder de pen om het scharnier los te maken (detail A en B) Verwijder de deur (detail C) DETAIL A DETAIL B...
9 - ONDERHOUD 9.1 - Filters Inspecteer tijdens de inbedrijfstelling regelmatig de filters, want de zorg die wordt besteed aan het schoonmaken van de ventilatiecircuits is bepalend voor de snelheid waarmee de filters zullen vervuilen. ► Onderhoudsinterval De levensduur van een filter is hoofdzakelijk afhankelijk van de hoeveelheid stof in de lucht en aan het rendement van het filtratiesysteem.
9 - ONDERHOUD ► Reinigingswerkzaamheden Om bij de elektrische weerstanden te kunnen komen, verwijdert u het afneembare zijpaneel door de handgreep ¼ slag te draaien De verwarmingselementen bevinden zich achter de waterbatterij. Blaas schoon met perslucht. Om de verwarmingselementen te verwijderen: - - draai de bout los en verwijder de ring, duw de veer naar achteren om hem vrij te maken uit zijn houder.
9 - ONDERHOUD Procedure: Demonteer of was de watertoevoerkraan en controleer daarbij de hygiëne/zuiverheid van het ingangsfilter, Als de pomp niet goed werkt of slijtage vertoont moet u deze vervangen. Inspecteer de leidingen van de watertoevoer, de damp en de afvoer van het condenswater, en vervang deze indien nodig. VULUNIT Bereikregelaar Als de bevochtiger niet goed werkt (geen productie van damp), controleert u het geleidend vermogen van het water:...
10 - OVERZICHT VAN DE ONDERHOUDSINTERVALLEN Een systematisch onderhoud van de unit zorgt voor een optimale werking. De onderstaande waarden zijn gemiddelden en worden ter indicatie gegeven. Zij houden geen rekening met alle bijzondere factoren die van invloed kunnen zijn op de levensduur. ORGAAN/ONDERDEEL BIJ DE INBEDRIJFSTELLING 2 tot 3 MAANDEN...
12 - REGELGEVING Conformiteitsverklaring UE Deze eenheid voldoet aan de voorwaarden van de Europese richtlijnen: - 2006/42/EG (machines) - 2014/30/EU (EMC) - 2011/65/EU (RoHS) - 2009/125/EG (Eco-ontwerp) en verordening 1253/2014/EU - VERORDENING (EG) nr. 1907/2006 (REACH) UK Declaration of Conformity This unit complies with the requirements of: - Supply of Machinery (Safety) Regulations 2008 - Electromagnetic Compatibility Regulations 2016...
In alle andere gevallen is de termijn 15 maanden vanaf de facturatiedatum van het apparaat. OPMERKING:neem voor meer informatie contact op met de garantieafdeling van CIAT. 17 - VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Om elk ongevalsgevaar tijdens de installatie, inbedrijfstelling en afstelling te voorkomen, moet u...
19 - GEWICHT EN HANTERING Als u de opstellingsplaats voor het aggregaat gekozen heeft, mag u het apparaat ter plaatse installeren. Houd rekening met het gewicht de afmetingen van het aggregaat (zie tabel Technische kenmerken "Afmetingen"). til het apparaat voorzichtig en alleen in verticale positie op. 20 - GRENZEN VAN DE WERKING De CL2 moet worden gebruikt binnen onderstaande bedrijfsbereiken: Minimum...
23 - AFMETINGEN 23.1 - Modellen CL2 28 en 35 Afstand trillingdempers Afstand trillingdempers = 410 = 602 1035 2 gaten Ø 8,2 voor het bevestigen van de dempers aan de vloer 4 bevestigingspunten Schroef HM8 x 55 Detail A P l a a t s v a n bevestigingsgaten van de...
23 - AFMETINGEN 23.2 - Modellen CL2 50, 65 en 75 Afstand trillingdempers Afstand trillingdempers = 410 = 602 1035 2 gaten Ø 8,2 voor het bevestigen van de dempers aan de 4 bevestigingspunten vloer Schroef HM8 x 55 Detail A Plaats van de bevestigingsgaten van de trillingdemper op de vloer.
24 - INSTALLATIE 1035 1000 Minimum 4 bevestigingspunten M8-bouten Min. Installatie op onstabiel terrein Installatie op betonnen vloer Betonnen sokkels Betonnen sokkels Geen enkel obstakel mag de vrije circulatie van de lucht over de luchtwisselaar belemmeren. Houd u aan onderstaande minimale afstanden. Vermijd de dominante windrichting EXPAIR NL-32...
25 - ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN Het ontwerp van de CL2 voldoet aan de vereisten in de laagspanningsrichtlijn en meer bepaald aan de internationale normen EN 60335-1, EN 60335-2-40, EN 61000-6-1, EN 61000-6-2, EN 61000-6-3 en EN 61000-6-4. Voor alle werkzaamheden aan de elektrische aansluitingen moet de spanning zijn uitgeschakeld. Open het dak volgens de afbeeldingen hieronder en voer de elektrische aansluitingen uit volgens het bij het apparaat gevoegde elektrische schema, en zet de klemmen goed vast.
27 - KOUDEMIDDELAANSLUITINGEN Wanneer de buiten- en binnenunits op hun plaats zijn, moeten de koelaansluitingen worden uitgevoerd om de units met elkaar te verbinden. Hierbij moeten de installatienormen worden toegepast en moeten het tracé van de leidingen zorgvuldig worden bestudeerd om een zo kort mogelijk afstand met zo weinig mogelijk bochten te komen.
(sluit het contact op de externe regeling): CL2 verbonden met CIAT luchtbehandelingskasten: De CL2's worden niet vooraf geladen. Voeg aan de in de handleiding vermelde voorvulling van de CIAT luchtbehandelingskast de onderstaande extra vulling toe afhankelijk van de lengte van uw leidingen hieronder.
28 - INBEDRIJFSTELLING - U kunt nu de apparatuur opnieuw starten en de goede werking controleren. - Controleer de veiligheidsvoorzieningen. het wordt aanbevolen de inbedrijfstellingsgegevens van de apparatuur in te vullen (tabel hieronder). Noteer daarbij het serienummer en alle andere vereiste gegevens die op het identificatieplaatje staan. Hiermee kunt u de rendementen van de installatie controleren en storingen zien aankomen.
3 kg koudemiddel (2 kg in Frankrijk, decreet en arrest van 7 mei 2007). Ongeacht de koudemiddelvulling schrijft CIAT deze controle voor, voor een goede werking van de installatie . - Voor alle installaties met een koudemiddelinhoud van meer dan 3 kg (2 kg in Frankrijk), is de exploitant verplicht een logboek bij te houden waarin melding wordt gemaakt van de bijgevulde en teruggewonnen koudemiddelhoeveelheden/-typen, de datum en resultaten van de controles op lekdichtheid.
30 - STORINGSCONTROLE EN -ANALYSE BELANGRIJK: let op dat voor de reparaties originele onderdelen worden gebruikt, en let in het bijzonder op hun plaatsing. Alle onderdelen moet op hun originele positie blijven. Symptoom Oorzaak Oplossing a) Te weinig gas a) Zoek de lekkage, vul vloeistof bij Condensatiedruk te laag b) Verstopping in het expansieventiel b) Controleer het expansieventiel...
Pagina 40
Geproduceerd door: Carrier S.C.S, Rte de Thil - 01122 Montluel, Frankrijk. Gedrukt in de Europese Unie. De fabrikant behoudt zich het recht voor om de specificaties van het product zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen.