kers uitsluitend gevoed door de accu via de omvormer (zie paragraaf 5.10.6, pagina 21). Dit gebeurt
automatisch. De aanwezigheid van dynamische verbruikers (zoals pneumatische hoekslijpmachines)
kan ertoe leiden dat het omschakelrelais onbedoeld geopend wordt door de zwakte van de bron. Om
dit te voorkomen kunt u in configuratie {1198} een vertraging voor het openen van de omschakelre-
lais instellen.
Deze omschakeling vindt normaal gesproken plaats zonder onderbrekingen als de generator stopge-
zet wordt. De omschakeling duurt 40ms als de ingangsspanning bij "AC-In" wordt onderbroken.
6.4.4 Snelle detectiemodus voor spanningsval (snelle omschakeling):
Als de Xtender is aangesloten op het lichtnet of op een generator die stabiele AC-spanning levert, kan
de snelle detectiemodus voor spanningsval {1435} gebruikt worden. In deze modus kunnen afwijkin-
gen of spanningsval gedurende minder dan 1 milliseconde waargenomen worden, waarna de unit
meteen omschakelt naar de omvormermodus. De detectiegevoeligheid kan ingesteld worden met
parameter {1510}. Deze modus garandeert een omschakeltijd van 0 of max. 15 ms.
Gebruik deze modus niet bij een lichtnet waarin vaak storingen optreden, bij een generator met laag
vermogen of bij een generator die spanning van slechte kwaliteit levert.
6.4.5 Acculader
De Xtender beschikt over een volautomatische acculader die geschikt is voor optimale lading van de
meest voorkomende lood- of gelaccu's. Zodra de
omschakelrelais is geactiveerd, treedt de acculader
in werking en gaat het laadlampje (44) branden.
De acculader is ontworpen om accu's zo volledig
mogelijk te laden. Het laadproces bestaat uit vier
standaardniveaus en garandeert een optimale la-
ding van de accu's. U kunt de laadstroom instellen
bij configuratie {1138} en deze m.b.v. RCC-
afstandsbediening voortdurend aanpassen van 0 tot
aan de nominale waarde.
De standaard geprogrammeerde laadcyclus, zoals te zien in de afbeelding hiernaast, wordt automa-
tisch uitgevoerd.
-
Lijn (28) geeft de ontwikkeling van de accuspanning aan;
-
Lijn (29) geeft de stroomsterkte van de accu (in- en uitgangsstroom) aan;
-
De cyclus begint met een constante laadstroom (a) die standaard ingesteld is volgens confi-
guratie {1138}.
-
Is de omgevingstemperatuur hoog of is het ventilatiesysteem geblokkeerd is, dan kan de
stroomsterkte verlaagd worden en onder de geselecteerde stroomsterkte dalen.
-
Zodra de absorptiespanning {1156) is bereikt, schakelt de cyclus over naar de instelmodus
van de spanning (d), ook wel de absorptiefase genoemd. De tijdsduur van deze fase is vastge-
legd in configuratie {1157}. Het minimale interval tussen twee absorptiecycli wordt begrensd
door de configuratie {1161}.
-
Is de absorptieduur verstreken is of is de absorptiestroom lager is dan configuratie {1159},
dan wordt de spanning ingesteld op een lagere waarde {1140}. Deze fase (e) wordt de on-
derhouds- of druppellaadfase genoemd.
Is de accuspanning lager dan de kritieke uitschakeldrempel {1488}, dan wordt de lader
automatisch geblokkeerd. In dit geval mag alleen het omschakelrelais geactiveerd wor-
den. De accu dient vervolgens opnieuw geladen te worden door een externe bron.
Installatie- en bedieningshandleiding voor Xtender
Samlex Europe BV
30