Inhoudsopgave
Advertenties
9.3.1 Parameters en sensoren bewerken en selecteren
Er zijn enkele basismethoden om parameters te bewerken, sensoren te selecteren en andere
activiteiten uit te voeren in de MultiRAE. De acties die worden uitgevoerd door op toetsen te
drukken komen altijd overeen met de vakjes aan de onderkant van het display en de drie toetsen.
Bepaalde parameters worden bewerkt door doorbladeren en afzonderlijke items te selecteren
(zwarte balken achter witte tekst worden als markering gebruikt). Bepaalde parameters omvatten
een keuze met keuzerondjes, waarbij slechts één item in de lijst kan worden geselecteerd.
Andere menu's gebruiken vakjes die u kunt aanvinken met een "X", waarbij meerdere items in
een lijst kunnen worden geselecteerd. Tijdens het bewerken kunt u uw keuze altijd opslaan of
ongedaan maken.
9.3.2 Calibration (Kalibratie)
Via dit menu kunt u een bumptest of nulkalibratie of spankalibratie voor een of meer sensoren
uitvoeren, en de gasconcentratiewaarde wijzigen die bij bumptests en spankalibraties worden
gebruikt, en kiezen welke sensoren tegelijk worden gekalibreerd.
9.3.3 Voorspanning en evenwicht voor vloeibaar zuurstof en andere sensoren
met voorspanning
Bepaalde elektrochemische sensoren (NO, NH
, vloeibare O
) hebben een voorspanning nodig
3
2
om het gas te detecteren, terwijl dit voor de meeste sensoren niet nodig is. Sensoren zonder
voorspanning worden mogelijk met een kortsluitingspin over de elektroden verzonden om
onbedoelde voorspanning te vermijden. De pin moet voorafgaand aan installatie worden
verwijderd. Voor sensoren met een voorspanning is evenwichtstijd vereist (ook bekend als
opwarmtijd) van minimaal 6 uur, en soms meer, na installatie voordat de basislijn stabiel genoeg
is om de sensor te kalibreren. Voor sensoren zonder voorspanning is minimaal 10 minuten aan
stabilisatietijd nodig. Na installatie blijft sensorvoorspanning aan staan, zelfs wanneer de meter
is uitgeschakeld. Daarom zijn zelfs sensoren zonder voorspanning direct klaar voor gebruik
wanneer het instrument weer wordt ingeschakeld, en de evenwichtstijd is alleen nodig bij de
eerste installatie of als de batterij helemaal leeg is geweest. De SensorRAE 4R+ kan worden
gebruikt om voorspanning te handhaven bij NO- en andere sensoren met voorspanning, zolang
evenwichtstijden kunnen worden voorkomen wanneer dergelijke sensoren in een instrument voor
meerdere gassen wordt geïnstalleerd.
VOORZICHTIG
Als een instrument meteen na sensorinstallatie wordt gekalibreerd (geen evenwichtstijd, geen
gebruik van SensorRAE 4R+), zullen metingen afnemen tot de voorspanning van de sensor
stabiel is. Hierdoor kan een alarm worden afgegeven, zelfs als kalibratie is gelukt.
Raadpleeg RAE Systems Technical Note TN-114 voor een lijst met sensoren met voorspanning.
9.3.3.1
Fresh Air (Zuivere lucht)
Deze procedure bepaalt het nulpunt van de sensorkalibratiecurve voor alle sensoren die een nulkalibratie
vereisen. Bij een kalibratie met zuivere lucht wordt voor de zuurstofsensor het punt ingesteld dat gelijk is
aan de zuurstofconcentratie in omgevingslucht (circa 20,9% volume).
Opmerking: kalibratie met zuivere lucht wordt uitgevoerd op alle ingeschakelde gassensoren tegelijk.
Zo voert u een kalibratie met zuivere lucht op meerdere sensoren uit:
1. Als u droge lucht gebruikt, installeer de kalibratieadapter dan en sluit deze aan op een bron met droge
lucht. Gebruik anders de kalibratieadapter niet om een kalibratie met zuivere lucht uit te voeren.
55
Advertenties
Inhoudsopgave
