Vóór Ingebruikneming
AAN. LOODVRIJE BENZINE VERBRANDT
SCHONER, VERLENGT DE LEVENSDUUR VAN DE
MOTOR EN BEVORDERT GOED STARTEN DOOR
DE VERMINDERING VAN NEERSLAG-
ACCUMULATIE IN DE VERBRANDINGSKAMER.
WAAR LOODVRIJE BENZINE NIET
VERKRIJGBAAR IS KAN EVENTUEEL LOOD-
HOUDENDE BENZINE WORDEN GEBRUIKT. HET
MINIMUM OCTAALGETAL IS 87.
ATTENTIE
GEBRUIK NOOIT METHANOL,
BENZINE DIE METHANOL BEVAT,
BENZINE DIE MEER DAN 10%
ETHANOL BEVAT, BENZINE
ADDITIEVEN OF "WHITE GAS"
OMDAT BESCHADIGING VAN HET
BRANDSTOFSYSTEEM HIERVAN
HET RESULTAAT KAN ZIJN.
1.
Maak het gedeelte rond de vuldop van de
brandstoftank schoon.
1.
Vuldop
2.
Vul de tank tot op ongeveer 2,5 cm vanaf de
bovenrand (onderkant vulpijp). NOOIT
OVERVULLEN. Plaats de dop weer terug.
3.
Veeg eventueel gemorste brandstof weg om
brandrisico te vermijden.
14
Afbeelding 5
VOORZICHTIG
Omdat brandstof ontvlambaar is moet voorzichtigheid
worden betracht tijdens opslag en hantering ERVAN. Vul
de tank niet met lopende of hete motor, of wanneer het
voertuig in een besloten ruimte staat. Er kunnen zich
dampen ontwikkelen die zelfs op ruime afstand door een
vonk of vlam kunnen worden ontstoken. ROOK NIET
tijdens het vullen van de brandstoftank met het oog op
explosiegevaar. Vul de tank altijd in de buitenlucht en
veeg eventueel gemorste brandstof weg vóór u de motor
start. Gebruik een trechter of tuit om morsen te
voorkomen, en vul de tank niet hoger dan 2,5 cm onder
de bovenrand (onderkant vulpijp). NOOIT
OVERVULLEN.
Bewaar brandstof in een schone, goedgekeurde container
met gesloten dop op een koele, goed-geventileerde
plaats; nooit in een dichte ruimte zoals een warme
bergschuur. Met het oog op vluchtigheid dient niet meer
dan een 30-daagse voorraad benzine of meer dan zes
maanden voorraad dieselolie te worden ingeslagen.
Omdat veel kinderen van de geur van benzine houden
moet men er goed op letten dat het buiten hun bereik
blijft aangezien de afgegeven dampen explosief zijn en
gevaarlijk om te inhaleren.
CONTROLE VAN HET KOEL-
SYSTEEM
De inhoud van het koelsysteem bedraagt ongeveer 3,8
liter.
Het koelsysteem is gevuld met een 50/50 mengsel van
water en permanente etheenglycol antivries. Controleer
het koelvloeistofpeil dagelijks voordat de motor wordt
gestart.
1.
Parkeer het voertuig op een horizontaal vlak.
2.
Controleer het koelvloeistofpeil, dat het COLD
streepje op de reservetank moet bereiken wanneer de
motor koud is.