DE MACHINE STARTEN
VOOR UW VEILIGHEID: Zet de stoel in de
juiste stand en maak de veiligheidsriem
(indien aanwezig) vast voordat u de machine
start.
1. Neem plaats op de bestuurdersstoel.
2. Draai de contactsleutel helemaal voorbij de
Aan−stand en laat de sleutel los. De sleutel
draait automatisch terug naar de Aan−stand.
3. Zet de lampen aan (indien deze erop zitten).
4. Zet de schakelaar rijrichting in de stand voor
de richting waarin u wilt rijden.
5. Druk het rijpedaal in om de machine te laten
rijden.
OPMERKING: De machine gaat pas rijden nadat
de bestuurder op de bestuurdersstoel heeft
plaatsgenomen.
T12 9009921 (6−2016)
SCHOONWATERTANK VULLEN
ec−H2O−SCHROBBEN (ec−H2O−MODUS)
VOOR UW VEILIGHEID: Parkeer de machine
op een vlakke ondergrond, zet de motor af en
trek de sleutel uit het contact voordat u de
machine achterlaat of er onderhoud aan
verricht.
1. Verwijder de dop van de schoonwatertank.
2. Vul de schoonwatertank uitsluitend met
KOUD WATER (minder dan 21 °C / 70 _F).
Gebruik GEEN WARM water of gewone
vloerreinigingsmiddelen, aangezien deze een
storing kunnen veroorzaken in het ec−H2O−
systeem. Vul de schoonwatertank met water tot
ongeveer 50 mm (2 in.) onder de dop.
WAARSCHUWING: Ontvlambare stoffen
kunnen een explosie of brand
veroorzaken. Doe geen ontvlambare
stoffen in de tank(s).
OPMERKING: Schakel het ec−H2O−systeem
nooit in wanneer de schoonwatertank gewone
reinigingsmiddelen bevat. Voordat u het
ec−H2O−systeem gaat gebruiken, dient u de
schoonwatertank te legen en schoon te spoelen.
Vul de tank vervolgens met schoon, koud water.
Gewone reinigingsmiddelen kunnen een storing
veroorzaken in het ec−H2O−systeem.
3. Plaats de dop weer op de schoonwatertank.
BEDIENING
21