9 Onderhoud
9.2
Onderhoudswerkzaamheden
9.2.1
Apparaat reinigen
WAARSCHUWING
Brand- en explosiegevaar bij het gebruik van niet-geschikte reinigingsmiddelen.
9.2.2
Luchtfilteronderhoudsindicatie controleren
40
Delen niet met benzine of andere oplosmiddelen schoonmaken.
Apparaat na elk gebruik reinigen met water.
Hogedrukreiniger of chem. middelen mogen niet gebruikt worden.
De motor kort op maximaal toerental brengen. Als de rubberen balg hierbij
samentrekt en het groene veld "2" bedekt, moet de luchtfilterinstallatie onder-
houden worden. Onder stoffige omstandigheden de rubberen balg meerdere
keren per dag controleren.