Stijlen (automatische begeleiding)
Dit instrument bevat een automatische begeleidingsfunctie die geschikte 'stij-
len' (ritme- + bas- + akkoordbegeleiding) speelt, terwijl u akkoorden in de linker-
hand speelt. 135 verschillende stijlen, die een uitgebreide reeks muziekgenres
beslaan, zijn voorhanden (zie blz. 102 voor een compleet stijloverzicht).
Zo kunt u de automatische begeleidingsfunctie gebruiken.
Speel mee met de automatische begeleiding
1
Druk op de knop [STYLE].
De huidige stijlnummer en de naam zullen worden gemarkeerd. U kunt nu de
draaischijf gebruiken om de gewenste stijl te selecteren.
2
Selecteer een stijl.
Gebruik de draaischijf om een stijl te selecteren.
Probeer voor dit voorbeeld de stijl '080 PopBossa' te selecteren.
3
Druk op de knop [START/STOP].
Alleen het afspelen van het ritme van de geselecteerde stijl zal beginnen.
4
Druk nogmaals op de knop [START/STOP].
Het stijlritme zal stoppen.
5
Druk op de knop [ACMP ON/OFF].
Dit zet de automatische begeleiding aan. Controleer of 'ACMP ' in de display
verschijnt.
– STYLE
Het stijlritme start!
Er verschijnt 'ACMP' als de
automatische begeleiding
aan staat.
Het momenteel geselec-
teerde stijlnummer en de
stijlnaam worden hier
weergegeven.
OPMERKING
• Aangezien stijlnummer 112 en de
categoriestijlen 'Pianist' (124 – 135)
niet over ritmeparts beschikken, zal
er geen geluid worden geprodu-
ceerd als u alleen het afspelen van
het ritme start. Zet de automatische
begeleiding aan om deze stijlen te
gebruiken, en speel op het toetsen-
bord zoals beschreven staat op blz.
33 (de bas- en akkoordbegelei-
dingsparts zullen klinken).
OPMERKING
• Als 'ACMP' niet in de display wordt
aangegeven, druk dan op de knop
[ACMP ON/OFF] zodat het ver-
schijnt. De knop [ACMP ON/OFF]
zet beurtelings de automatische
begeleiding aan en uit.
DGX-505/305 Gebruikershandleiding
29