Inhoudsopgave
Advertenties
nl
7.6
Gedrag na het inschakelen
38
Inbedrijfname
Als alle voorbereidende werkzaamheden volgens de voorschriften zijn uitgevoerd en al-
le vereiste voorzorgsmaatregelen zijn getroffen, is de pomp gereed voor de start.
Voor de start de pomp controleren:
ƒ
Bijvul- en ontluchtingsleidingen zijn gesloten.
ƒ
De lagers zijn gevuld met de juiste hoeveelheid smeermiddel van het juiste type (in-
dien van toepassing).
ƒ
Alle beveiligingsinrichtingen (koppelingsbeveiliging, moduledeksel etc.) zijn correct
aangebracht en vastgeschroefd.
ƒ
Aan de zuig- en perszijde van de pomp zijn manometers met een geschikt meetbe-
reik gemonteerd. Monteer de manometers niet op de krommingen in de leidingen.
Op deze plekken kan de kinetische energie van de vloeistof de meetwaarden beïn-
vloeden.
ƒ
Alle blindflenzen zijn verwijderd.
ƒ
De afsluiter aan de zuigzijde van de pomp is helemaal geopend.
ƒ
De afsluiter in de persleiding van de pomp is helemaal gesloten of slechts een beetje
geopend.
WAARSCHUWING
Gevaar voor persoonlijk letsel door hoge systeemdruk!
Het vermogen en de toestand van de geïnstalleerde centrifugaalpompen moet per-
manent worden bewaakt.
• Sluit manometers niet op een onder druk staande pomp aan.
• Installeer manometers aan de zuig- en perszijde.
LET OP
Om het pompdebiet exact te bepalen, wordt aangeraden een stromingsmeter aan te
brengen.
ƒ
Pomp inschakelen: Breng de spanningsvoorziening tot stand.
ƒ
Open de afsluiter in de persleiding langzaam en stel de pomp op het bedrijfspunt af
als het toerental is bereikt.
ƒ
Ontlucht de pomp tijdens het aanlopen volledig met behulp van de ontluchtings-
schroef.
VOORZICHTIG
Gevaar voor materiële schade!
Als tijdens het aanlopen ongebruikelijke geluiden, trillingen, temperaturen of lekka-
ges optreden:
• Schakel de pomp onmiddellijk uit en verhelp de oorzaak.
Bij de eerste inbedrijfname werkt de pomp met de fabrieksinstellingen.
ƒ
Het servicemenu dient voor de individuele in- en omstelling van de pomp; zie
hoofdstuk "Bediening".
ƒ
Voor het verhelpen van storingen zie ook hoofdstuk "Storingen, oorzaken en oplos-
singen" .
ƒ
Voor meer informatie over de fabrieksinstelling zie hoofdstuk "Fabrieksinstellingen".
VOORZICHTIG
Gevaar voor materiële schade! Onjuiste instellingen voor de verschil-
druksensor kunnen storingen veroorzaken!
Neem de aanbevolen instelwaarde van de gebruikte DDG in acht (voor ingang In1).
WILO SE 2020-10
Advertenties
Inhoudsopgave
