Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gedrag In Dubbelpompbedrijf - Wilo Yonos GIGA-N Inbouw- En Bedieningsvoorschriften

Inhoudsopgave

Advertenties

4.3.2

Gedrag in dubbelpompbedrijf

Δp
Pomp 1
Pomp 2
Fig. 6: Pompwisseling, schematisch
[%]
[m]
[1/min]
100
Δp max
n max
0
Δp min
n min
off
0
0
0
1,0 1,5
4,0
2
2,8 3,2
5,2
0 2,0 3,0
8,0
4 5,6 6,4
10,4
Fig. 7: Gedrag van de in- en uitgangen
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Yonos GIGA-N
Productomschrijving
Pompwisseling
In dubbelpompbedrijf vindt op bepaalde tijdsintervallen een pompwisseling plaats
(tijdsintervallen instelbaar: fabrieksinstelling: 24 u).
De pompwisseling kan worden geactiveerd:
ƒ
Intern tijdgestuurd (menu's <5.1.3.2> + <5.1.3.3>)
ƒ
Extern (menu <5.1.3.2>) door een positieve flank op het contact "AUX"
ƒ
Handmatig (menu <5.1.3.1>)
Een handmatige of externe pompwisseling is ten vroegste 5 seconden na de laatste
t
pompwisseling mogelijk.
Het activeren van de externe pompwisseling deactiveert gelijktijdig de interne tijdge-
stuurde pompwisseling.
Schematische beschrijving van een pompwisseling:
ƒ
Pomp 1 draait (zwarte lijn)
ƒ
Pomp 2 wordt met een minimumtoerental ingeschakeld en loopt kort daarna tot aan
de gewenste waarde (grijze lijn)
ƒ
Pomp 1 wordt uitgeschakeld
ƒ
Pomp 2 draait verder tot de volgende pompwisseling
LET OP
Bij het regelbedrijf moet rekening worden gehouden met een iets hogere doorstro-
ming. De pompwisseling hangt af van de acceleratietijd en duurt over het algemeen
2 s. In het regelbedrijf kan de opvoerhoogte lichtjes schommelen. Pomp 1 past zich
hoe dan ook aan de gewijzigde voorwaarden aan. De pompwisseling hangt af van de
acceleratietijd en duurt over het algemeen 4 s.
Gedrag van de in- en uitgangen
Ingang actuele waarde In1, ingang gewenste waarde In2.
ƒ
Op de master: Geldt voor het gehele aggregaat
"Extern off"
ƒ
Op de master ingesteld (menu <5.1.7.0>): Geldt afhankelijk van de instelling in het
menu <5.1.7.0> alleen op de master of op de master en de slave
ƒ
Op de slave ingesteld: Geldt alleen op de slave
10
[V]
10
20
[mA]
20
Storings-/bedrijfsmeldingen
Enkel- (ESM) of verzamelstoringsmelding (SSM):
Voor een centrale besturingsplaats kan er een verzamelstoringsmelding (SSM) op de
master worden aangesloten. Daarbij mag het contact alleen op de master worden toe-
gewezen. De weergave geldt voor het gehele aggregaat.
Voor de enkelstoringsmelding moet het contact op iedere pomp worden toegewezen.
Op de master (of via de IR-monitor/IR-stick) kan deze melding als enkel- (ESM) of ver-
zamelstoringsmelding (SSM) in het menu <5.1.5.0> worden geprogrammeerd.
De functies – "Stand-by", "Bedrijf" en "Net-aan" – van EBM/SBM kunnen onder
<5.7.6.0> op de master worden ingesteld.
LET OP
"Stand-by" betekent: De pomp kan draaien, er is geen fout opgetreden.
"Bedrijf" betekent: Motor draait.
"Net-aan" betekent: Netspanning is aanwezig.
nl
13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave