nl
4.4.2
Overbelastingsbeveiliging
4.4.3
Schakelfrequentie
4.5
Varianten
4.6
Type-aanduiding
16
Productomschrijving
De reden van de stilstand is niet van belang. De pomp-kick wordt herhaald zolang de
pomp niet geregeld wordt ingeschakeld.
Dat geldt bij dubbelpompfunctie (bedrijfssituatie "hoofd-/reservebedrijf") ook voor de
reservepomp. Als het in menu <5.8.1.2> ingestelde tijdsinterval vóór een pompwisse-
ling is verstreken, vindt er een pomp-kick op de reservepomp plaats.
De functie "pomp-kick" kan in het menu <5.8.1.1> worden gedeactiveerd. Op het mo-
ment dat de pomp geregeld wordt ingeschakeld, wordt de aftelling voor de volgende
pomp-kick afgebroken.
De duur van een pomp-kick bedraagt 5 s. In deze tijd draait de motor met het ingestel-
de toerental. Het toerental kan worden ingesteld tussen het minimaal en maximaal toe-
laatbare toerental van de pomp in het menu <5.8.1.3> . Fabrieksinstellingen: minimaal
toerental.
LET OP
Wanneer voor EBM/SBM de functie "Bedrijf" is geselecteerd, resulteert elke uitge-
voerde pomp-kick in een melding. De melding is steeds enkele seconden zichtbaar.
LET OP
Ook bij een storing wordt geprobeerd een pomp-kick uit te voeren.
De resterende looptijd tot de volgende pomp-kick kan op het display in het menu
<4.2.4.0> worden afgelezen. Dit menu verschijnt alleen wanneer de motor stilstaat. In
het menu <4.2.6.0> kan het aantal pomp-kicks worden afgelezen. Alle fouten, met uit-
zondering van waarschuwingen die tijdens de pomp-kick worden herkend, schakelen
de motor uit. De betreffende foutcode wordt weergegeven op het display.
De pompen zijn met een elektronische overbelastingsbeveiliging uitgerust die bij over-
belasting de pomp uitschakelt.
Voor de gegevensopslag zijn de elektronicamodules met een niet vluchtig geheugen
uitgerust. Ook bij een lange netonderbreking blijven de gegevens behouden. Na het te-
rugkeren van de spanning loopt de pomp met de instelwaarden van voor de netonder-
breking verder.
De schakelfrequentie kan via het menu <4.1.2.0>, de CAN-bus of de IR-stick worden
gewijzigd.
LET OP
Bij een hoge omgevingstemperatuur kan de thermische belasting van de
elektronicamodule door het verlagen van de schakelfrequentie worden
verminderd. De omschakeling/wijziging alleen bij stilstand van de pomp
(bij niet-draaiende motor) uitvoeren.
Een lagere schakelfrequentie leidt tot een hogere geluidsontwikkeling.
Wanneer bij een pomp het menu < 5.7.2.0 > "Drukwaardecorrectie" niet beschikbaar is,
betreft het een pompvariant.
Dan zijn ook deze functies niet beschikbaar:
ƒ
drukwaardecorrectie (menu <5.7.2.0>)
ƒ
rendementsgeoptimaliseerde bij- en uitschakeling bij een dubbelpomp
ƒ
weergave van de doorstromingstendens
Voorbeeld: Yonos GIGA-N 40/200-15/2-R1-P5
Productfamilie
Yonos
Serie
GIGA
Bouwtype
N
Nominale diameter DN van het drukstuk
40
WILO SE 2020-10