4. Laat de maaier twee minuten lang draaien.
5. Stop de motor en wacht tot alle bewegende delen tot
stilstand gekomen zijn.
6. Draai de kraan dicht.
7. Laat de maaier 30 minuten inweken.
8. Draai de kraan weer helemaal open.
9. Laat de machine twee minuten lopen.
10. Stop de motor en wacht tot alle bewegende delen tot
stilstand gekomen zijn.
11. Draai de kraan dicht.
12. Start de motor en stel het maaimes een paar minuten in
werking om de onderkant van het maaidek en de
onderdelen te drogen.
13. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende delen
tot stilstand gekomen zijn.
Schrapen
Als u niet alle rommel aan de onderkant van de
maaimachine kunt wegwassen, moet u machine schoon
schrapen.
1. Verwijder de bougiekabel van de bougie (Fig. 8).
2. Tap de benzine af uit de brandstoftank. Zie Benzine
aftappen uit de brandstoftank op blz. 23.
Waarschuwing
Bij kantelen van de maaier kan benzine uit de
carburateur of benzinetank lekken. Benzine is
uitermate ontvlambaar en explosief en kan onder
bepaalde omstandigheden lichamelijk letsel of
schade aan eigendommen veroorzaken.
Voorkom dat er benzine wordt gemorst door de
motor droog te laten lopen of de benzine te
verwijderen met een handpomp. Gebruik
hiervoor nooit een hevel.
3. Kantel de maaimachine op zijn linkerkant (Fig. 19).
4. Verwijder vuil en maaisel met een hardhouten
schraper. Vermijd bramen en scherpe randen.
5. Zet de maaier weer rechtop.
6. Vul de brandstoftank.
7. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
De afvoertunnel en de afsluiter
reinigen
U moet de afsluiter van de afvoertunnel verwijderen en
reinigen telkens nadat u de maaimachine hebt gebruikt.
Het deurtje van de afvoertunnel moet altijd goed gesloten
zijn als de handgreep wordt losgezet. Indien het
afvoerdeurtje niet goed kan worden gesloten als gevolg
van rommel, moet de binnenzijde van de afvoertunnel en
het deurtje grondig worden gereinigd.
Waarschuwing
Maaisel en andere voorwerpen kunnen worden
uitgeworpen uit een geopende afvoertunnel en
ernstig letsel toebrengen aan de bestuurder of de
omstanders.
Start of gebruik de maaier pas nadat één van de
volgende zaken waar is:
De afsluiter van de afvoertunnel zit stevig vast
in de afvoertunnel.
De graszak zit stevig op zijn plaats.
De optionele zijafvoerset zit stevig op zijn
plaats.
Het deurtje van de afvoertunnel is gesloten.
Onderhoud van het luchtfilter
U moet het schuimelement van het luchtfilter om de
25 bedrijfsuren reinigen. Het papierelement moet u elk
seizoen of om de 150 bedrijfsuren vervangen. Dit moet
vaker gebeuren als de maaimachine wordt gebruikt in
stoffige omstandigheden.
Belangrijk
Zet de motor niet aan zonder luchtfilter.
Hierdoor kan ernstige motorschade ontstaan.
1. Stop de motor en wacht tot alle bewegende delen tot
stilstand gekomen zijn.
2. Verwijder de bougiekabel van de bougie (Fig. 8).
3. Draai de bout los waarmee het luchtfilterdeksel vastzit
(Fig. 21).
19