Maaihoogte instellen
De maaihoogte kan worden ingesteld van ongeveer 19 tot
83 mm in stappen van 13 mm (Fig. 15). Door de
stelschroef voor de maaihoogte naar voren te draaien,
verhoogt u de maaihoogte.
Figuur 15
Gevaar
Bij het afstellen van de maaihoogtehendels
kunnen uw handen in aanraking komen met een
bewegend mes. Dit kan ernstig lichamelijk letsel
veroorzaken.
Zet de motor af en wacht tot alle bewegende
delen stilstaan voordat u de maaihoogte instelt.
Plaats uw vingers niet onder de maaikast als u
de maaihoogtehendels afstelt.
1. Stop de motor en wacht tot alle bewegende delen tot
stilstand gekomen zijn.
2. Til de maaikast op, zodat het wiel vrijkomt van de
grond. Steek uw handen niet onder de maaikast om
deze op te tillen.
3. Druk de afstelhendel naar het wiel toe (Fig. 16) en zet
deze in de gewenste afstelling.
1. Afstelhendel voor
maaihoogte
Opmerking: Zorg ervoor dat de pen op de
afstelhendel vastzit in de uitsparing in de slijtplaat van
de maaikast.
m-976
4. Alle wielen moeten dezelfde maaihoogte-afstelling
krijgen.
De graszak gebruiken
Het kan voorkomen dat u de graszak wilt gebruiken voor
extra lang gras, sappig gras of bladeren.
Montage van de graszak
1. Stop de motor en wacht tot alle bewegende delen tot
stilstand gekomen zijn.
2. Zorg ervoor dat de handgreep van het afvoerdeurtje
geheel naar voren staat en de pen vastzit in de grendel
(Fig. 17).
1
1. Zak-frame op steunstang
2. Pen in grendel
3. Schuif de opening in het zak-frame op de steunstang
op de afvoertunnel (Fig. 17).
13
m-225
Figuur 16
2. Slijtplaat van maaikast
2
m-1912
Figuur 17
3. Handgreep geheel naar
voren. Afvoerdeurtje
gesloten
3