Inbedrijstelling
4.2.2 Bij apparaten met passieve vochtregeling: Waterbak plaatsen
Bevestig de meegeleverde afdichtlip aan de smalle kant van de waterbak (afb. 10) en vul
de waterbak vervolgens met 1,5 cm tot 2 cm water (voor specificatie zie segment 4.2.1)
Plaats de gevulde waterbak met gemonteerde afdichtlip in het midden van de onderkant
van het apparaat en druk deze voorzichtig tegen de achterwand totdat de afdichtlip
onder het ventilatiekanaal volledig tegen de achterwand aansluit (afb. 11). De afdichtlip
wordt magnetisch tegen de achterwand gezogen en leidt het op de vochtigheidsbegren-
zing condenserende water terug naar de waterbak.
LET OP
Belangrijk: Er mag geen water worden gemorst en er mag geen water langs de waterbak
op de bodem terecht komen, anders zal de vochtigheid tot een ongeoorloofd niveau
stijgen.
afb. 11
Waterbak tegen de achterwand
schuiven
4.2.3 Bij apparaten met actieve vochtregeling: Waterreservoir vullen en aansluiten
Vul het bijgeleverde waterreservoir met water en sluit het met de meegeleverde slang
aan op de aansluiting "H
4.3 CO
- en N
2
WAARSCHUWING
Explosiegevaar en gevaar voor vergiftiging als er andere gassen/stof-
fen als CO
sluitingen aan de achterkant van het apparaat mogen uitsluitend
kooldioxide (CO
voerd.
WAARSCHUWING
Gasfl essen kunnen bij een hoge temperatuur ontploffen of barsten.
Gebruik geen vuur in de buurt van gasfl essen. Sla gasfl essen op in
een goed geventileerde ruimte bij een temperatuur onder 50 °C. Ver-
mijd binnendringend water en terugstroming van gas in de gashou-
der. Neem de veiligheidsinformatie en voorschriften van de gasleve-
rancier strikt in acht.
24
O" aan de achterkant van de kast (afb. 12).
2
-aansluiting.
2
en N
naar het apparaat worden geleid. Via de gasaan-
2
2
) en stikstof (N
2
) aan het apparaat worden toege-
2
D39699 | Stand 01/2020