Indien het apparaat wordt doorverkocht of verplaatst, moet deze handleiding worden meegeleverd of meegenomen. De actuele versie van deze gebruikershandleiding kunt u in pdf-formaat vinden op: www. memmert.com/de/service/downloads/bedienungsanleitung/. D33346 | Stand 12/2019...
Inhoud Inhoud Voor uw veiligheid Gebruikte begrippen en symbolen ..................6 Productveiligheid en gevaren ....................7 Eisen aan het bedieningspersoneel ..................8 Verantwoordelijkheid van de eigenaar ................8 Toepassing conform het beoogde doel ................8 Wijzigingen en verbouwingen .................... 9 Werkwijze bij storingen en onregelmatigheden ..............
Pagina 5
Inhoud Stroomuitval ........................41 Menumodus Overzicht ..........................42 Basisbediening in menumodus met Taalinstelling als voorbeeld........43 Instellen ..........................44 Datum en tijd ........................48 Kalibreren........................... 49 Programma ........................52 Signaaltonen (Sound) ......................53 Logboek (Protocol) ......................54 USER-ID ..........................55 Instructies voor sterilisatie Contra-indicatie/ongewenste neveneffecten ..............
Voor uw veiligheid Voor uw veiligheid 1.1 Gebruikte begrippen en symbolen In deze handleiding en op het apparaat worden bepaalde, steeds terugkerende begrippen en symbolen gebruikt om te waarschuwen voor gevaren, of om instructies te geven die van be- lang zijn voor het voorkomen van letstel en schade. Let altijd op deze instructies en voorschrif- ten en geef er gevolg aan, zodat ongevallen en schade wordt voorkomen.
Voor uw veiligheid 1.2 Productveiligheid en gevaren De apparaten zijn technisch uitontwikkeld. Ze worden met hoogwaardige materialen gefabri- ceerd en worden gedurende vele uren in de fabriek getest. Ze voldoen aan de laatste stand van de techniek en aan algemeen geaccepteerde veiligheidstechnische regels. Desondanks kunnen ze ook bij een toepassing conform het beoogde doel gevaar opleveren.
Voor uw veiligheid 1.3 Eisen aan het bedieningspersoneel Het apparaat mag alleen worden bediend en onderhouden door personen de de wettelijk bepaalde minimumleeftijd hebben en die hiervoor een instructie hebben ontvangen. Personeel in opleiding mag alleen onder toezicht van een ervaren persoon met het apparaat werken. Reparaties mogen uitsluitend door elektriciens worden uitgevoerd.
Voor uw veiligheid 1.6 Wijzigingen en verbouwingen Het apparaat mag niet eigenmachtig worden omgebouwd of gewijzigd. Er mogen uitsluitend onderdelen worden aan- of ingebouwd die door de fabrikant zijn toegestaan. Eigenmachtige verbouwingen of wijzigingen leiden tot het vervallen van de CE- conformiteit van het apparaat, waardoor het apparaat niet verder meer in bedrijf mag zijn.
(luchtverversing) (5) geregeld. 2.3 Materiaal Voor de buitenbehuizing gebruikt MEMMERT roestvrij staal (materiaalnr. 1.4016 – ASTM 430), voor de binnenzijde wordt roestvrij staal (materiaalnr. 1.4301 – ASTM 304) gebruikt. Dit materiaal onderscheidt zich door een hoge stabiliteit, optimale hygiënische eigenschappen en corrosiebestendigheid tegen vele (niet tegen alle!) chemische verbindingen (voorzichtigheid is bijv.
Constructie en omschrijving 2.5 Aansluitingen en interfaces 2.5.1 Elektrische aansluiting Het apparaat is ontworpen voor de bedrijfsvoering op een elektriciteitsnet met een systeemim- pedantie Z op het overdrachtspunt (huisaansluiting) van maximaal 0,292 Ohm. De exploi- tant moet zich ervan overtuigen, dat het apparaat uitsuitend op een elektriciteitsnet wordt aangesloten dat aan deze eisen voldoet.
Constructie en omschrijving 2.6 Kenmerk ( typeplaatje) Het typeplaatje (afb. 6) geeft informatie over het apparaatmodel, fabrikant en und technische gegevens. Het typeplaatje is aangebracht aan de rechtervoorkant van het apparaat, achter de deur (zie bladzijde 10). Typ: SN260plus F-Nr.:B619.3008 230 V~ 50/60 Hz 14,8 A 3400 W DIN12880-2007-Kl.:3.1...
Afmetingen 2.8 Toegepaste richtlijn Op basis van de hieronder genoemde normen en richtlijnen krijgen de in deze hand- leiding beschreven producten een CE-markering van de firma Memmert: 0197 Richtlijn 93/42/EEG (richtlijn van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgeving van de lidstaten inzake medische producten) 2.9 Conformiteitsverklaring...
Constructie en omschrijving 2.10 Omgevingscondities ► Het apparaat mag uitsluitend in gesloten ruimten en bij de volgende omgevingscondities worden geëxploiteerd: Omgevingstemperatuur +5 ºC t/m +40 ºC Luchtvochtigheid RV max. 80 % niet-condenserend Overspanningscategorie Vervuilingsgraad Opstellingshoogte max. 2000 m boven zeeniveau ►...
Levering, transport en opstelling Levering, transport en opstelling 3.1 Voor uw veiligheid Waarschuwing! Het apparaat is te zwaar om in uw eentje op te tillen, u kunt er gewond door raken. Voor het dragen van apparaten met afmeting 30 en 55 zijn ten minste twee personen nodig, bij apparaten met afmeting 75, 110, 160 en 260 zijn ten minste vier personen nodig.
Levering, transport en opstelling 3.2 Levering Het apparaat is verpakt in karton en wordt op een pallet geleverd. 3.3 Transport Het apparaat kan op drie manieren worden getransporteerd: ► met een vorkheftruck; hiervoor moeten de lepels van de vorkheftruck volledig onder het pallet worden gebracht.
Neem contact op met de service-afdeling van Memmert (zie bladzijde 2). 3.6.1 Voorwaarden De opstelplaats moet vlak en horizontaal zijn, en in staat zijn om het gewicht van het appa- raat (zie hoofdstuk „Technische gegevens“...
Pagina 20
Levering, transport en opstelling 3.6.2 Opstellingsmogelijkheden Opstelling Opmerkingen Toegestaan voor apparaatafmeting Vloer Tafel Controleer eerst het draagvermogen gestapeld maximaal twee apparaten op elkaar; ...
Levering, transport en opstelling 3.6.3 Kantelbeveiliging Bevestig het apparaat met de kantelbeveiliging aan een wand. De kantelbeveiliging wordt meegeleverd. 1. Schroef de kantelbeveili- ging aan de achterzijde vast, zoals is afgebeeld. 2. Buig de kantelbeveiliging op de gewenste wandaf- stand met een hoek van 90°...
Pagina 22
Levering, transport en opstelling 3.6.4 Deuren instellen De deuren van de units kunnen worden versteld als ze bijvoorbeeld vervormd zijn door oneffenheden in de vloer. Elke deur is voor dit doel zowel boven als onder voorzien van twee stelschroeven (afb. 10). Corrigeer eerst de bovenste instelling.
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Let op: Bij de eerste inbedrijfstelling mag het apparaat tot aan het bereiken van de stationaire toestand niet zonder toezicht blijven. 4.1 Het apparaat aansluiten WAARSCHUWING Door condensatie in de elektronica van het apparaat kan er kort- sluiting ontstaan. Laat het apparaat na transport of bij opslag onder vochtige omstandigheden ten minste 24 uur in onverpakte toestand rusten bij normale omgevingsomstandigheden.
Inbedrijfstelling 4.2 Inschakelen Schakel het apparaat in; hiervoor moet de hoofdschakelaar op de voorzijde van het apparaat worden ingedrukt (afb. 14). De startprocedure wordt met drie bewegende witte pun- weergegeven. Als deze punten in een andere kleur worden weergegeven, is er een storing opgetreden (zie bladzijde 40).
Bedrijfsvoering en bediening Bedrijfsvoering en bediening Let op: Let tijdens het beladen en tijdens het bedrijf van de sterilisatoren SNplus/SFplus in elk geval ook op de speciale instructies in hoofdstuk Instructies voor sterilisatie vanaf bladzijde 5.1 Bedieningspersoneel Het apparaat mag alleen worden bediend door personen de de wettelijk bepaalde minimum- leeftijd hebben en die hiervoor een instructie hebben ontvangen.
Bedrijfsvoering en bediening 5.3 Het apparaat beladen Waarschuwing! Als het apparaat met ongeschikte materialen wordt beladen, kunnen er giftige of explosieve dampen of gassen ontstaan. Hierdoor kan het apparaat exploderen waardoor er zwaar letsel of vergiftiging bij per- sonen kan ontstaan. Het apparaat mag alleen met materialen wor- den beladen, die tijdens verhitting geen giftige of explosieve dampen vormen, en niet kunnen ontbranden (zie ook het hoofdstuk 'Toepas- sing conform het beoogde doel' op bladzijde 8).
Pagina 27
Bedrijfsvoering en bediening TEMP LIGHT 12.Sept.2012 Fr 20.10.2010 20:31 13:44 LIGHT LIGHT LIGHT Manual Mode Holz trocknen .4 °C aufheizen 09:12h Set 180 .4 °C TIMER TIMER FLAP FLAP ALARM of °C ALARM GRAPH °C 000°C .0 °C .0 °C auto 000°C auto off...
Bedrijfsvoering en bediening 5.4.2 Basisbediening In het algemeen worden alle instellingen volgens het onderstaande schema uitgevoerd: 1. Activeer de gewenste parameters (bijv. TEMP TEMP de temperatuur). Druk hiertoe op de .4 °C activeringstoets links of rechts naast de °C .5°C overeenkomstige weergave.
Bedrijfsvoering en bediening In de statusweergave wordt weergegeven in welke bedrijfsstand of bedrijfstoestand het appa- raat momenteel functioneert. De betreffende bedrijfstoestand wordt met een kleurcodering en een tekstmelding aangegeven: Het apparaatfunctioneert in programmabedrijf ■ 12.Sept.2012 13:44 Het programma is gestopt Het apparaat functioneert in handbedrijf Manual Mode In het voorbeeld rechts functioneert het apparaat in...
Pagina 30
Bedrijfsvoering en bediening 5.4.5 Bedrijfsvoering met een digitale timer met weergave van de gewenste tijd, instelbaar van 1 minuut t/m 99 dagen (timer) Bij timerbedrijf kan worden ingesteld hoe lang het apparaat met de ingestelde waarden in bedrijf blijft. Hiervoor moet het apparaat in de bedrijfsstand handbedrijf zijn. 1.
Pagina 31
Bedrijfsvoering en bediening Om de timer uit te schakelen moet de timerweergave opnieuw TIMER worden geactiveerd met de activeringstoets. Daarna moet de looptijd met de draaiknop zover worden teruggedraaid totdat --:-- wordt aangegeven. Bevestig dit met de bevestigingsknop. 9:00 23.11. 5.4.6 Programmabedrijf In deze bedrijfsstand kunnen in het apparaat opgeslagen programma's met verschillende, in de tijd gespreide combinaties van de individuele parameters (temperatuur, luchtklepstand,...
Bedrijfsvoering en bediening Het programma onderbreken Een programma dat wordt uitgevoerd kan 12.Sept.2012 Fr 20.10.2010 20:31 10:44 op elk moment worden onderbroken. manueller Betrieb Test 012 1. Druk op de activeringstoets rechts naast Ramp 3 de statusweergave. De statusweergave wordt automatisch gemarkeerd. GRAPH GRAPH 2.
Bedrijfsvoering en bediening 5.5 Temperatuurbewaking Het apparaat is uitgevoerd met een meervoudige temperatuurbeveiliging (mechanisch/elektro- nisch) conform DIN 12 880. Deze moet voorkomen dat beladingsmateriaal of het apparaat bij een storing wordt beschadigd. ► elektronische temperatuurbewaking (TWW/TWB) ► automatische temperatuurbewaking (ASF) ►...
Pagina 34
Bedrijfsvoering en bediening 5.5.1 elektronische temperatuurbewaking ( TWW) De handmatig ingestelde bewakingstemperatuur van de elektronische tem- peratuurbeveiliging wordt met een instelbare temperatuurbeveiligingsregelaar (TWW) beschermingsklasse 3.1 conform DIN 12 880 bewaakt (bij UIS-apparaten instelbare tempera- tuurbeveiligingsregelaar (TWW) beschermingsklasse 3.1). Als de handmatig ingestelde bewa- kingstemperatuur wordt overschreden, neemt de TWW de temperatuurregeling over en begint op de bewakingstemperatuur te regelen (afb.
Pagina 35
Bedrijfsvoering en bediening 5.5.3 Automatische temperatuurbewaking(ASF) De ASF is een beveiligingsapparaat dat de gewenste temperatuurwaarde automatisch binnen een ingestelde tolerantiebandbreedte volgt (afb. 22). De ASF activeert zichzelf – mits ingeschakeld – automatisch, als de werkelijke temperatuur- waarde 50% van de ingestelde bandbreedte van de gewenste waarde bereikt (in het voor- beeld: 180 °C –...
Pagina 36
Bedrijfsvoering en bediening 2. Stel met de draaiknop de gewenste ALARM onderste alarmgrenswaarde in, in het voorbeeld rechts is dit 160 °C. °C .0 °C Als er geen minimumtemperatuurbevei- auto liging nodig is, moet de laagst mogelijke temperatuur worden ingesteld. 3.
Bedrijfsvoering en bediening In de menumodus kan worden ingesteld: ► welke soort beveiliging (TWW of TWB) moet worden geactiveerd (zie bladzijde 45) ► of er bij alarmen tevens een signaaltoon moet worden geactiveerd (zie bladzijde 53) 5.6 Graph De weergave GRAPH geeft een overzicht in grafiekvorm van het verloop van de gewenste en de werkelijke temperaturen.
Probeer niet om apparaatfouten eigenmachtig te verhelpen, maar schakel de klantenser- vice-afdeling van de fa. Memmert (zie bladzijde 2) of een geautoriseerd klantenservice-filiaal Geef bij vragen altijd het model en het apparaatnummer op het typeplaatje aan (zie bladzijde 13).
Storingen, waarschuwings- en foutmeldingen Omschrijving Oorzaak Maatregel Temperatuuralarm en De instelbare Schakel het alarm uit door het in- 'TWB' wordt aangegeven temperatuurbe- drukken van de bevestigingsknop. grenzer (TWB) Verschil tussen bewakings- en Bladzijde heeft de verwar- TEMP gewenste temperatuur verhogen, ming permanent dus of de max-waarde van de uitgeschakeld.
Pagina 40
Storingen, waarschuwings- en foutmeldingen Foutomschrijving Foutoorzaak Foutherstel ► T:E-3 Temperatuurbedrijfssensor Apparaat kan nog Foutmelding in de defect Bewakingssensor korte tijd in bedrijf temperatuurweergave neemt de meetfunctie over. blijven ► Klantenservice zo TEMP Bladzij- spoedig mogelijk de 2 inschakelen °C T:E-3 Set 190.0 °C ►...
Storingen, waarschuwings- en foutmeldingen 6.3 Stroomuitval Waarschuwing! De oppervlakken van de binnenruimte en van het beladingsmateriaal kunnen, afhankelijk van de bedrijfssoort, ook na een stroomuitval nog zeer heet zijn. Bovendien kan het apparaat na herstellen van de stroomvoorziening afhankelijk van de onderbrekingsduur weer op- warmen (zie hieronder).
Menumodus Menumodus In de menumodus kunnen basisinstellingen van het apparaat worden uitgevoerd, program- ma's worden geladen, protocollen worden geëxporteerd. Bovendien kan het apparaat worden gekalibreerd. Let op: Lees de beschrijving van elke functie op de volgende bladzijden vóór het wijzigen van menu-instellingen, om te voorkomen dat het apparaat en/of beladingsmateriaal wordt beschadigd.
Menumodus 7.2 Basisbediening in menumodus met Taalinstelling als voorbeeld In het algemeen worden de instellingen in de menumodus uitgevoerd zoals in de bedrijfs- modus: activeer een weergave, geef een instelling met de draaiknop en sla deze op met de be- vestigingsknop.
Menumodus Op dezelfde manier kunnen alle andere instellingen worden uitgevoerd. De instellingsmoge- lijkheden worden hieronder omschreven. Als er binnen 30 seconden geen nieuwe waarden worden ingevoerd en bevestigd, schakelt het apparaat automatisch terug naar de waarden die tot dan toe actueel waren. 7.3 Instellen 7.3.1 Overzicht In de weergave...
Pagina 45
Menumodus SETUP. 1. Activeer de weergave Het on- Setup SETUP derdeel IP address wordt automatisch IP address 192. 168. 1 0 0 . 100 Balance gemarkeerd. Subnet mask 255. 255. 0 . 0 IP Adresse 192. 168. 1 0 0 . 100 Unit °C Einheit...
Pagina 46
Menumodus 7.3.5 Timer mode De fabrieksinstelling zorgt ervoor dat de looptijd van de timer pas IP address 255. 145. 1 3 6 . 225 start als de werkelijke temperatuur binnen een bandbreedte van Subnet mask 255. 255. 0 . 0 ±3 K van de gewenste temperatuur is gekomen (afb.
Menumodus 7.3.7 Balance Bij apparaten vanaf afmeting 55 kan de verdeling van het verwarmingsvermogen (Balance) over de bovenste en de onderste verwarmingsgroepen op de specifieke toepassing worden afgestemd. De instelbereik bedraagt –50 % tot +50 %. Verwarmingsvermogen Verwarmingsvermogen bovenzijde bovenzijde Verwarmingsvermogen Verwarmingsvermogen onderzijde...
Menumodus 7.3.9 Gateway Met het Setup-onderdeel Gateway kunnen twee netwerken met verschillende protocollen met elkaar worden Balance +30 % verbonden. De Gateway wordt op dezelfde manier ingesteld als de IP-adressen (zie bladzijde 44). Remote Control Off Gateway 192.168.5 .1 7.4 Datum en tijd In de weergave TIME kunnen de datum, de tijd, de tijdzone en de zomertijd worden vastge-...
Menumodus 6. Bevestig de keuze met de bevestigings- knop. De instelmogelijkheden worden Date 12 . 05 . 2012 gemarkeerd. Time 12 : 00 Time zone GMT 00:00 Daylight savings 7. Stel met de draaiknop de zomertijd in op uit () of in ( ) –...
Pagina 50
Menumodus CAL 3 -0,8 K CAL 2 +2,6 K CAL 1 +0,5 K 40°C 180°C 120°C 0°C afb. 28 Schematisch voorbeeld van een temperatuurkalibratie Voorbeeld: er moet een temperatuurafwijking bij 120 °C worden gecorrigeerd. 1. Activeer de kalibratie-instelling. Druk JUSTIEREN Calibration op de activeringstoets rechts naast de Temperatur...
Pagina 51
Menumodus 5. Stel de kalibratiecorrectiewaarde in op Calibration 0.0 K en sla de instelling op door het Temperature 40.0 indrukken van de bevestigingsknop. Cal1 120.0 Cal2 180.0 Cal3 6. Plaats de sensor van een gekalibreerd re- ferentiemeetapparaat in de binnenruimte TEMP van het apparaat.
Menumodus 7.6 Programma Prog In de weergave kunnen programma's naar het apparaat worden overgedragen, die met de AtmoCONTROL-software zijn gemaakt en op een USB-gegevensdrager zijn opgeslagen. Hier kan tevens het programma worden uitgekozen dat tijdens bedrijfsmodus kan worden uitgevoerd (zie bladzijde 31), en kunnen programma's weer worden gewist. Voor het laden van een programma vanaf een USB-gegevensdrager: Steek de USB-gegevensdrager met het opgeslagen...
Menumodus 7.7 Signaaltonen (Sound) SOUND In de weergave kan worden bepaald of het apparaat signaaltonen moet geven, en bij welke gebeurtenissen: ► bij een toetsklik ► bij een programma-einde ► bij een alarm ► als de deur open is 1. Activeer de signaaltooninstelling. Druk Sound op de activeringstoets links naast de Keysound...
Menumodus 7.8 Logboek (Protocol) Het apparaat registreert voortdurend per minuut elke relevante meetwaarde, instelling en foutmelding. Het interne logboekgeheugen is uitgevoerd als doorlopend geheugen. De logboekfunctie kan niet worden uitgeschakeld, deze is altijd geactiveerd. De meetgegevens worden onvervalsbaar in het apparaat opgeslagen. Bij een onderbreking van de voedings- spanning wordt het tijdstip van de spanningswegval en het tijdstip van de spanningsterugkeer in het apparaat opgeslagen.
Menumodus 7.9 USER-ID 7.9.1 Omschrijving Met de functie USER-ID kan de instelling van individuele (bijv. temperatuur) of alle parameters worden geblokkeerd, zodat deze niet meer op het apparaat kunnen worden veranderd, bijv. onbedoeld of door onbevoegden. Ook instelmogelijkheden in de menumodus (bijv. kalibreren of het verstellen van datum en tijd) kunnen hiermee worden geblokkeerd.
Instructies voor sterilisatie Instructies voor sterilisatie 8.1 Contra-indicatie/ongewenste neveneffecten Aangezien heteluchtsterilisatoren geen directe therapeutische bestemming hebben, zijn de aspecten contra-indicatie en ongewenste neveneffecten niet relevant. 8.2 Aanwijzing conform richtlijn medische hulpmiddelen De door de fabrikant geplande productlevensduur bedraagt acht jaar. 8.3 Richtlijnen voor sterilisatie Voor heteluchtsterilisatie bestaan verschillende voorschriften over de te kiezen temperatu- ren en sterilisatietijden, en over de verpakking van het te steriliseren materiaal.
Onderhoud en reparatie Onderhoud en reparatie Waarschuwing! Gevaar voor elektrische schokken. Trek de voedingsstekker eruit vóór het uitvoeren van reinigings- en reparatiewerk- zaamheden. Waarschuwing! Bij apparaten vanaf een bepaalde afmeting kunt u per ongeluk in het apparaat worden opgesloten en daardoor in een levensgevaarlijke situatie terechtkomen.
Onderhoud en reparatie 9.3 Reparatie en service Waarschuwing! Na het verwijderen van afdekkingen kunnen er spannings- voerende delen toegankelijk zijn. Deze kunnen bij aanraking elektrische schokken veroorzaken. De voedingsstekker moet worden uitgetrokken voordat afdekkingen worden verwij- derd. Reparaties aan de binnenzijde van het apparaat mogen uitsluitend door elektriciens worden uitgevoerd.
Opslag en verwijdering 10. Opslag en verwijdering 10.1 Opslag Het apparaat mag uitsluitend onder de volgende voorwaarden worden opgeslagen: ► droog in een gesloten, stofvrije ruimte ► vorstvrij ► niet aangesloten op een elektriciteitsvoorziening 10.2 Verwijdering Dit product valt onder de Richtlijn 2012/19/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende afgedankte elektrische en elektroni- sche apparatuur (AEEA) .
Anhang Anhang T T echnical description according to EN 60601-1-2 EMC-Guidance Operation Manual Appendix Steriliser SNxx, SFxx, SNxxplus, SFxxplus D33346 | Stand 12/2019...
Pagina 63
Guidance and manufacturer’s declaration – electromagnetic emissions The Memmert steriliser type S.. is intended for use in the electromagnetic environment specified below. The customer or user of the steriliser type S.. should assure that it is used in such an environment.
Pagina 64
Guidance and manufacturer’s declaration – electromagnetic immunity The Memmert steriliser type S.. is intended for use in the electromagnetic environment specified below. The customer or user of the steriliser type S.. should assure that it is used in such an environment.
Pagina 65
T T echnical description according to EN 60601-1-2 Recommended separation distances between portable and mobile RF communications equipment and the Memmert steriliser type S.. The steriliser type S.. is intended for use in electromagnetic enviroment in which radiated RF disturbances are controlled.
Anhang EU-conformiteitsverklaring Naam/adres van inzender: Memmert GmbH + Co. KG Äussere Rittersbacherstraße 38 D-91126 Schwabach Deutschland persoon die gemachtigd is het technisch Memmert GmbH + Co.KG dossier samen te stellen: Technische Dokumentation (DK) Willi-Memmert-Str. 90-96 D-91186 Büchenbach Deutschland Naam van het product:...
Pagina 68
Sterilisatoren plus D33346 | Stand 12/2019 niederländisch Memmert GmbH + Co. KG Postfach 1720 | D-91107 Schwabach Tel. +49 9122 925-0 | Fax +49 9122 14585 E-Mail: sales@memmert.com facebook.com/memmert.family...