Pagina 1
I PP BEDIENINGSHANDLEIDING CONSTANTE KLIMAATKAST HPP GEKOELDE PELTIER-INCUBATOR IPP PLUS 100% ATMOSAFE. MADE IN GERMANY. www.memmert.com | www.atmosafe.net...
Indien het apparaat wordt doorverkocht of verplaatst, moet deze handleiding worden meegeleverd of meegenomen. De actuele versie van deze gebruikershandleiding kunt u in pdf-formaat vinden op: www.memmert.com/de/service/downloads/bedienungsanleitung/. D33268 | Stand 06/2016...
Inhoud Inhoud Voor uw veiligheid Gebruikte begrippen en symbolen ..................6 Productveiligheid en gevaren ....................7 Eisen aan het bedieningspersoneel ..................8 Verantwoordelijkheid van de eigenaar ................8 Toepassing conform het beoogde doel ................8 Wijzigingen en verbouwingen .................... 9 Werkwijze bij storingen en onregelmatigheden ..............
Pagina 5
Inhoud Menumodus Overzicht ..........................45 Basisbediening in menumodus met Taalinstelling als voorbeeld........46 Instellen (Setup) ......................... 47 Datum en tijd ........................51 Kalibreren........................... 52 Programma ........................57 Signaaltonen (Sound) ......................58 Logboek (Protocol) ......................59 USER-ID ..........................60 Onderhoud en reparatie Reiniging ..........................
Voor uw veiligheid Voor uw veiligheid 1.1 Gebruikte begrippen en symbolen In deze handleiding en op het apparaat worden bepaalde, steeds terugkerende begrippen en symbolen gebruikt om te waarschuwen voor gevaren, of om instructies te geven die van be- lang zijn voor het voorkomen van letsel en schade. Let altijd op deze instructies en voorschrif- ten en geef er gevolg aan, zodat ongevallen en schade wordt voorkomen.
Voor uw veiligheid 1.2 Productveiligheid en gevaren De apparaten zijn technisch uitontwikkeld. Ze worden met hoogwaardige materialen gefabri- ceerd en worden gedurende vele uren in de fabriek getest. Ze voldoen aan de laatste stand van de techniek en aan algemeen geaccepteerde veiligheidstechnische regels. Desondanks kunnen ze ook bij een toepassing conform het beoogde doel gevaar opleveren.
Voor uw veiligheid 1.3 Eisen aan het bedieningspersoneel Het apparaat mag alleen worden bediend en onderhouden door personen die de wettelijk bepaalde minimumleeftijd hebben en die hiervoor een instructie hebben ontvangen. Personeel in opleiding mag alleen onder toezicht van een ervaren persoon met het apparaat werken. Reparaties mogen uitsluitend door elektriciens worden uitgevoerd.
Voor uw veiligheid 1.6 Wijzigingen en verbouwingen Het apparaat mag niet eigenmachtig worden omgebouwd of gewijzigd. Er mogen uitsluitend onderdelen worden aan- of ingebouwd die door de fabrikant zijn toegestaan. Eigenmachtige verbouwingen of wijzigingen leiden tot het vervallen van de CE- conformiteit van het apparaat, waardoor het apparaat niet verder meer in bedrijf mag zijn.
Constructie en omschrijving 2.2 Omschrijving Het apparaat kan de binnenruimte verwarmen tot 70 ºC en koelen tot 5 ºC. Daarbij wordt de stille, duurzame en energiebesparende Peltier-koel- en verwarmingstechniek ingezet. Tijdens het verwarmen wordt een deel van de benodigde energie onttrokken aan de omgeving (warmtepompprincipe).
2.4 Materiaal Voor de buitenbehuizing gebruikt MEMMERT roestvrij staal (materiaalnr. 1.4016 – ASTM 430), voor de binnenzijde wordt roestvrij staal (materiaalnr. 1.4301 – ASTM 304) gebruikt. Dit materiaal onderscheidt zich door een hoge stabiliteit, optimale hygiënische eigenschappen en corrosiebestendigheid tegen vele (niet tegen alle!) chemische verbindingen (voorzichtigheid is bijv.
Constructie en omschrijving 2.6 Aansluitingen en interfaces 2.6.1 Elektrische aansluiting Het apparaat is ontworpen voor de bedrijfsvoering op een elektriciteitsnet met een systeemim- pedantie Z op het overdrachtspunt (huisaansluiting) van maximaal 0,292 Ohm. De exploi- tant moet zich ervan overtuigen, dat het apparaat uitsluitend op een elektriciteitsnet wordt aangesloten dat aan deze eisen voldoet.
Constructie en omschrijving 2.7 Kenmerk ( typeplaatje) Het typeplaatje (afb. 6) geeft informatie over het apparaatmodel, fabrikant en technische gegevens. Het typeplaatje is aangebracht aan de rechtervoorkant van het apparaat, achter de deur (zie bladzijde 10). Typ: HPP 260 F.-Nr.: 0109.0088 230 V ~ 2.3 A 50/60 Hz 525 W DIN12880-Kl.3.1...
DIN EN 61 010-1 (VDE 0411 deel 1):2002-08 DIN EN 61 010-2-010 (VDE 0411 deel 2-010):2004-06 EN 61 010-1:2001, EN 61 010-2-010:2003 2.10 Conformiteitsverklaring De EU-Conformiteitsverklaring voor het apparaat is online te vinden op: Engels: http://www.memmert.com/en/service/downloads/ce-statement/ Duits: http://www.memmert.com/de/service/downloads/eg-konformitaetserklaerung/ D33268 | Stand 06/2016...
Constructie en omschrijving 2.11 Omgevingscondities ► Het apparaat mag uitsluitend in gesloten ruimten en bij de volgende omgevingscondities worden geëxploiteerd: Omgevingstemperatuur 16 ºC t/m 40 ºC Luchtvochtigheid RV max. 70 % niet-condenserend Overspanningscategorie Vervuilingsgraad Opstellingshoogte max. 2000 m boven zeeniveau ►...
Levering, transport en opstelling Levering, transport en opstelling 3.1 Veiligheidsvoorschriften Waarschuwing! Het apparaat is te zwaar om in uw eentje op te tillen, u kunt er gewond door raken. Voor het dragen van apparaten met afmeting 30 en 55 zijn ten minste twee personen nodig, bij apparaten met afmeting 110 en 260 zijn ten minste vier personen nodig.
Levering, transport en opstelling 3.2 Levering Het apparaat is verpakt in karton en wordt op een pallet geleverd. 3.3 Transport Het apparaat kan op drie manieren worden getransporteerd: ► met een vorkheftruck; hiervoor moeten de lepels van de vorkheftruck volledig onder het pallet worden gebracht.
Neem contact op met de service-afdeling van Memmert (zie bladzijde 2). 3.6.1 Voorwaarden De opstelplaats moet vlak en horizontaal zijn, en in staat zijn om het gewicht van het apparaat (zie hoofdstuk Technische gegevens op bladzijde 15) betrouwbaar te dragen.
Pagina 21
Levering, transport en opstelling 3.6.2 Opstelmogelijkheden Opstelling Opmerkingen Toegestaan voor apparaataf- meting Vloer Tafel Controleer eerst het draagvermo- gestapeld maximaal twee apparaten op elkaar; montagemateriaal (voeten) ...
Levering, transport en opstelling 3.6.3 Kantelbeveiliging Bevestig het apparaat met de kantelbeveiliging aan een wand. De kantelbeveiliging wordt meegeleverd. 1. Schroef de kantelbeveili- ging aan de achterzijde vast, zoals is afgebeeld. 2. Buig de kantelbeveiliging op de gewenste wandaf- stand met een hoek van 90°...
Levering, transport en opstelling 3.6.4 Deuren instellen (alleen bij apparaatafmeting 750) Bij apparaten met de afmeting 750 kunnen de deuren worden ingesteld als deze bijvoorbeeld als gevolg van oneffenheden in de vloer zijn scheefgetrokken. Elke deur is voor dit doel zowel boven als onder voorzien van twee stelschroeven (afb.
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Let op: Bij de eerste inbedrijfstelling mag het apparaat tot aan het bereiken van de stationaire toestand niet zonder toezicht blijven. 4.1 Het apparaat aansluiten Let op: Bij het aansluiten moeten de geldende landspecifieke voorschriften worden nageleefd (bijv. in Duitsland conform DIN VDE 0100 met aardlekbeveiliging).
Inbedrijfstelling Aansluiten Vul het bijgeleverde waterreservoir met water en sluit het met de meegeleverde slang aan op de aansluiting "H O" aan de achterkant van de kast (afb. 12). Bij apparaten met de afmeting 750 kan het waterreservoir met behulp van de bijgelever- de reservoirhouder aan het apparaat worden bevestigd (afb.
Bedrijfsvoering en bediening Bedrijfsvoering en bediening 5.1 Bedieningspersoneel Het apparaat mag alleen worden bediend door personen die de wettelijk bepaalde minimum- leeftijd hebben en die hiervoor een instructie hebben ontvangen. Personeel in opleiding mag alleen onder toezicht van een ervaren persoon met het apparaat werken. 5.2 De deur openen ►...
Bedrijfsvoering en bediening 5.3 Het apparaat beladen Waarschuwing! Als het apparaat met ongeschikte materialen wordt beladen, kunnen er giftige of explosieve dampen of gassen ontstaan. Hierdoor kan het apparaat exploderen waardoor er zwaar letsel of vergiftiging bij per- sonen kan ontstaan. Het apparaat mag alleen met materialen wor- den beladen die tijdens verhitting geen giftige of explosieve dampen vormen en niet kunnen ontbranden (zie ook hoofdstuk Toepassing conform het beoogde doel op bladzijde 8).
Pagina 28
Bedrijfsvoering en bediening TEMP TEMP Fr 20.10.2010 20:31 LIGHT LIGHT LIGHT LIGHT 12.Sept.2012 13:44 Manual Mode Holz trocknen °C °C aufheizen 09:12h Set 37.0 °C °C TIMER HUMIDITY ALARM of °C ALARM GRAPH TIMER °C 000°C .5 °C .5 °C .0 %rh auto 000°C...
Bedrijfsvoering en bediening 5.4.2 Basisbediening In het algemeen worden alle instellingen volgens het onderstaande schema uitgevoerd: 1. Activeer de gewenste parameters (bijv. TEMP TEMP de temperatuur). Druk hiertoe op de activeringstoets links of rechts naast de .5°C overeenkomstige weergave. De geacti- TIMER veerde weergave wordt met een kleur omkaderd, de overige weergaven worden...
Bedrijfsvoering en bediening In de statusweergave wordt weergegeven in welke bedrijfsstand of bedrijfstoestand het apparaat momenteel functioneert. De betreffende bedrijfstoestand wordt met een kleur- codering en een tekstmelding aangegeven: Het apparaat functioneert in programmabedrijf ■ 12.Sept.2012 13:44 Het programma is gestopt ...
Pagina 31
Bedrijfsvoering en bediening Binnenverlichting (alleen indien voorzien van lichtmodule) LIGHT Instelmogelijkheden: 0% tot 100% in stappen van 1% De binnenverlichting is alleen aan bij een temperatuur tot LIGHT 40 °C. Als deze temperatuur wordt overschreden, wordt de binnenverlichting automatisch uitgeschakeld. Bij de lichtweer- gave is dan de melding "Temp too high"...
Pagina 32
Bedrijfsvoering en bediening Setup In de kan worden ingesteld of de timer afhankelijk van de gewenste waarde moet functioneren. Zo ja, dan gaat de timerlooptijd pas in nadat de ingestelde temperatuur binnen een bandbreedte is bereikt. Zo nee, gaat de timerlooptijd direct in (zie bladzijde 49).
Bedrijfsvoering en bediening 3. Druk op de bevestigingsknop om het 12.Sept.2012 10:44 programma te starten. Het programma Test 012 wordt uitgevoerd. In het display wordt Ramp 1 weergegeven: Test 012 ► de programmanaam (hier ► de naam van het eerste programmaseg- Ramp 1 ment, hier ►...
Bedrijfsvoering en bediening Op dit moment kan ► het programma zoals beschreven opnieuw worden gestart ► in de menumodus een ander programma voor uitvoering gereed worden gezet (zie blad- zijde 57), waarna dit zoals beschreven kan worden uitgevoerd. ► Terugkeren naar handbedrijf. Hiervoor moet het handbedrijf 12.Sept.2012 13:44 opnieuw worden geactiveerd door het indrukken van de acti-...
Pagina 35
Bedrijfsvoering en bediening Elektronische temperatuurbewaking ( TWW) De handmatig ingestelde bewakingstemperatuur van de elektronische tempe- ratuurbeveiliging wordt met een instelbare temperatuurbeveiligingsregelaar (TWW) bescher- mingsklasse 3.3 conform DIN 12 880 bewaakt. Als de handmatig ingestelde bewakingstem- peratuur wordt overschreden, neemt de TWW de temperatuurregeling over en begint op de bewakingstemperatuur te regelen (afb.
Pagina 36
Bedrijfsvoering en bediening Automatische temperatuurbewaking ( ASF) De ASF is een beveiligingsapparaat dat de gewenste temperatuurwaarde automatisch binnen een ingestelde tolerantiebandbreedte volgt (afb. 21). De ASF activeert zichzelf – mits ingeschakeld – automatisch, als de werkelijke temperatuur- waarde 50% van de ingestelde bandbreedte van de gewenste waarde bereikt (in het voor- beeld: 50 °C ±...
Pagina 37
Bedrijfsvoering en bediening Bevestig de selectie door het indrukken van ALARM de bevestigingsknop. De instelling (mini- mumtemperatuurbeveiliging) wordt automa- °C .0 °C tisch geactiveerd. auto 1. Stel met de draaiknop de gewenste ALARM onderste alarmgrenswaarde in, in het voorbeeld rechts is dit 35.5 °C. °C .0 °C De onderste alarmgrenswaarde kan niet...
Bedrijfsvoering en bediening 7. Stel de gewenste toleratieband in met de ALARM draaiknop, bijv. 2,0 K. Wij adviseren een toleratieband van 1 tot °C .5 °C 3 K. auto 8. Druk ter bevestiging op de bevestigings- ALARM knop. De temperatuurbewaking is nu geactiveerd.
Bedrijfsvoering en bediening 4. Stel met de draaiknop de gewenste ALARM onderste alarmgrenswaarde in, in het voorbeeld rechts is dit 50% RV. .0 %rh 5. Bevestig de keuze met de bevestigings- ALARM knop. De bovenste vochtalarmgrenswaar- de wordt automatisch gemarkeerd. .0 %rh 6.
Bedrijfsvoering en bediening ► Voor het vergroten of verklei- nen van de grafieken: Druk .2010 20:34 op de activeringstoets naast het loepsymbool. Selecteer met de draaiknop of in- of uit- gezoomd moet worden (+/–) en bevestig de selectie met de bevestigingsknop.
Probeer niet om apparaatfouten eigenmachtig te verhelpen, maar schakel de klantenser- vice-afdeling van de fa. Memmert (zie bladzijde 2) of een geautoriseerd klantenservice-filiaal Geef bij vragen altijd het model en het apparaatnummer op het typeplaatje aan (zie bladzijde 14).
Storingen, waarschuwings- en foutmeldingen 6.1.2 Vochtbewaking (alleen bij constante klimaatkasten HPP) Foutomschrijving Foutoorzaak Foutherstel Waterreservoir Vul het waterreservoir met gede- Bladzijde Symbool foutmelding leeg mineraliseerd/gedestilleerd water en druk op de bevestigingsknop HUMIDITY Set 55 .0 %rh MaxAl Bovenste vocht- Open de deur 30 sec. lang en Alarmweergave ( grenswaarde wacht af of het apparaat stabiel...
Pagina 43
Bladzij- ► Rood Klantenservice inscha- de 2 De systeembestanden kelen konden niet worden geladen ► Oranje : De Firmware update van lettertypes en afbeel- memmert.com down- dingen konden niet loaden en in apparaat worden geladen laden D33268 | Stand 06/2016...
Storingen, waarschuwings- en foutmeldingen 6.3 Stroomuitval Bij een stroomuitval gedraagt het apparaat zich als volgt: In handbedrijf Na het herstellen van de stroomvoorziening wordt het bedrijf met de ingestelde parameters voortgezet. Het tijdstip en de duur van de stroomuitval worden in het logboekgeheugen geregistreerd.
Menumodus Menumodus In de menumodus kunnen basisinstellingen van het apparaat worden uitgevoerd, program- ma's worden geladen, protocollen worden geëxporteerd. Bovendien kan het apparaat worden gekalibreerd. Let op: Lees de beschrijving van elke functie op de volgende bladzijden vóór het wijzigen van menu-instellingen, om te voorkomen dat het apparaat en/of beladingsmateriaal wordt beschadigd.
Menumodus 7.2 Basisbediening in menumodus met Taalinstelling als voorbeeld In het algemeen worden de instellingen in de menumodus uitgevoerd zoals in de bedrijfs- modus: activeer een weergave, geef een instelling met de draaiknop en sla deze op met de be- vestigingsknop.
Menumodus Op dezelfde manier kunnen alle andere instellingen worden uitgevoerd. De instellingsmoge- lijkheden worden hieronder omschreven. Als er binnen 30 seconden geen nieuwe waarden worden ingevoerd en bevestigd, schakelt het apparaat automatisch terug naar de waarden die tot dan toe actueel waren. 7.3 Instellen (Setup) 7.3.1 Overzicht SETUP...
Pagina 48
Menumodus SETUP 1. Activeer de weergave . Het on- SETUP SETUP IP address derdeel wordt automatisch IP address 192. 168. 1 0 0 . 100 Balance gemarkeerd. Subnet mask 255. 255. 0 . 0 IP Adresse 192. 168. 1 0 0 . 100 Unit Einheit °C...
Menumodus 7.3.4 Timermodus Hier kan worden ingesteld of de digitale timer met weergave van de gewenste tijd (Timer, zie bladzijde 31) afhankelijk van de IP-Adresse 255. 145. 1 3 6 . 225 gewenste waarde moet functioneren. Dat wil zeggen dat de Subnetmask 255.
Menumodus 7.3.6 Balance (alleen bij apparaatafmetingen 260 en 750) Bij apparaten met de afmetingen 260 en 750 kan de verdeling van het verwarmingsvermogen (Balance) over de bovenste en de onderste verwarmingsgroepen op de specifieke toepassing worden afgestemd. De instelbereik bedraagt –50 % tot +50 %. Verwarmingsvermogen Verwarmingsvermogen bovenzijde...
Menumodus 7.3.8 Gateway Gateway Met het Setup-onderdeel kunnen twee netwerken met verschillende protocollen met elkaar worden verbon- Balance +30 % den. De Gateway wordt op dezelfde manier ingesteld als de IP-adressen (zie bladzijde 47). Remote Control Off Gateway 192.168.5 .1 7.4 Datum en tijd TIME In de weergave...
Menumodus 6. Bevestig de keuze met de bevestigings- knop. De instelmogelijkheden worden Date 12 . 05 . 2012 gemarkeerd. Time 12 : 00 Time zone GMT 00:00 Daylight savings 7. Stel met de draaiknop de zomertijd in op uit () of in ( ...
Pagina 53
Menumodus CAL 3 +1,6°C CAL 2 -0,4°C CAL 1 +0,5°C 10°C 20°C 30°C 40°C 0°C afb. 28 Schematisch voorbeeld van een temperatuurkalibratie Voorbeeld: er moet een temperatuurafwijking bij 30 °C worden gecorrigeerd. 1. Druk op de activeringstoets rechts naast JUSTIEREN Calibration CALIB de weergave...
Pagina 54
Menumodus 5. Stel de kalibratiecorrectiewaarde in op 0.0 K en sla de instelling op door het Temperature Cal1 indrukken van de bevestigingsknop. 30.0 Cal2 37.0 Cal3 6. Plaats de sensor van een gekalibreerd re- ferentiemeetapparaat in de binnenruimte TEMP van het apparaat. 7.
Menumodus 7.5.2 Vochtkalibratie (alleen bij constante klimaatkasten HPP) De vochtregulering van de constante klimaatkasten HPP kan via drie kalibratiepunten naar keuze door de klant worden gekalibreerd. Bij elk gekozen kalibratiepunt kan een positieve of negatieve kalibratiecorrectiewaarde tussen –10% +10% worden ingesteld (afb. 29). Voor een vochtkalibratie is een gekalibreerd referentiemeetapparaat noodzakelijk.
Pagina 56
Menumodus JUSTIEREN 5. Sla de instelling op door het indrukken van de bevestigingsknop. De bijbeho- Temperature 10.0 Cal1 rende kalibratiecorrectiewaarde wordt Humidity 60.0 Cal2 automatisch gemarkeerd. 80.0 Cal3 6. Stel de kalibratiecorrectiewaarde in op 0.0% en sla de instelling op door de Temperature 10.0 Cal1...
Menumodus 7.6 Programma Program In de weergave kunnen programma's naar het apparaat worden overgedragen, die met de AtmoCONTROL-software zijn gemaakt en op een USB-gegevensdrager zijn opgeslagen. Hier kan tevens het programma worden uitgekozen dat voor uitvoering gereedgezet moet worden (zie bladzijde 32) en kunnen programma's weer worden gewist. Voor het laden van een programma vanaf een USB-gegevensdrager: Steek de USB-gegevensdrager met het opgeslagen...
Menumodus De USB-gegevensdrager kan nu worden verwijderd. Delete Om een programma te wissen, moet met de draaiknop worden geselecteerd, waar- na het te wissen programma moet worden geselecteerd (net zoals bij het activeren). 7.7 Signaaltonen (Sound) SOUND In de weergave kan worden bepaald of het apparaat signaaltonen moet geven, en bij welke gebeurtenissen: ►...
Menumodus 7.8 Logboek (Protocol) Het apparaat registreert voortdurend per minuut elke relevante meetwaarde, instelling en foutmelding. Het interne logboekgeheugen is uitgevoerd als doorlopend geheugen. De logboekfunctie kan niet worden uitgeschakeld, deze is altijd geactiveerd. De meetgegevens worden onvervalsbaar in het apparaat opgeslagen. Bij een onderbreking van de voedings- spanning wordt het tijdstip van de spanningswegval en het tijdstip van de spanningsterugkeer in het apparaat opgeslagen.
Menumodus 7.9 USER-ID 7.9.1 Omschrijving Met de functie USER-ID kan de instelling van individuele (bijv. temperatuur) of alle parameters worden geblokkeerd, zodat deze niet meer op het apparaat kunnen worden veranderd, bijv. onbedoeld of door onbevoegden. Ook instelmogelijkheden in de menumodus (bijv. kalibreren of het verstellen van datum en tijd) kunnen hiermee worden geblokkeerd.
Onderhoud en reparatie Onderhoud en reparatie Waarschuwing! Gevaar voor elektrische schokken. Trek de voedingsstekker eruit vóór het uitvoeren van reinigings- en reparatiewerk- zaamheden. Waarschuwing! Bij apparaten vanaf een bepaalde afmeting kunt u per ongeluk in het apparaat worden opgesloten en daardoor in een levensgevaarlijke situatie terechtkomen.
Onderhoud en reparatie 8.2 Regelmatig onderhoud Smeer de bewegende delen van de deuren (scharnieren en sluiting) jaarlijks met dun siliconen- vet en controleer of de scharnierschroeven goed vastzitten. Wij adviseren dat het apparaat jaarlijks wordt gekalibreerd (zie bladzijde 52), zodat een probleemloze regeling wordt gegarandeerd.
Opslag en verwijdering Opslag en verwijdering 9.1 Opslag Het apparaat mag uitsluitend onder de volgende voorwaarden worden opgeslagen: ► droog in een gesloten, stofvrije ruimte ► vorstvrij ► niet aangesloten op een elektriciteitsvoorziening Koppel de waterslang los en leeg het waterreservoir vóór de opslag (zie bladzijde 24). 9.2 Verwijdering Dit product valt onder de Richtlijn 2002/96/EG van het Europees Parle- ment en de Raad betreffende afgedankte elektrische en elektronische...