6 Installatie
Voorbeeld:
220-240 V
380-415 V
1~ 50 Hz
3N~ 50 Hz
a
b
c
V1
Y1
F1/F2
F1/F2
a
Hoofdschakelaar
b
Aardingsaansluiting
c
Voedingsbedrading (inclusief aarding) (ommantelde kabel)
F1/F2
Transmissiebedrading (afgeschermde kabel)
V1
Buitenunit (RXYSQ4~6_V1)
Y1
Buitenunit (RXYSQ4~6_Y1)
d
Binnenunit
e
Gebruikersinterface
Voedings- en transmissiebedrading
De bedrading van de voeding en van de transmissie moeten
afzonderlijk worden gehouden. Deze bedradingen moeten altijd op
minstens 50 mm van elkaar worden gehouden om eventuele
elektrische storingen te voorkomen.
OPMERKING
▪ Zorg
ervoor
dat
transmissiekabel van elkaar gescheiden blijven. De
transmissiebedrading en de voedingsbedrading mogen
kruisen, maar ze mogen niet parallel lopen.
▪ De transmissiebedrading en de voedingsbedrading
mogen niet in contact komen met de interne leidingen
(behalve de inverter PCB-koelleiding) om te voorkomen
dat de bedrading beschadigd wordt door hete
leidingen.
▪ Sluit het deksel stevig en schik de elektrische draden
zodanig dat het deksel of andere onderdelen niet
loskomen.
Houd de transmissiebedrading buiten de unit samen met de lokale
leidingen.
Aftakkingen
Maximum aantal aftakkingen
voor kabels tussen units
Transmissiebedrading
Maximale kabellengte
(= afstand tussen buitenunit en
verste binnenunit)
Totale kabellengte
(= afstand tussen buitenunit en
alle binnenunits)
Als de totale transmissiebedrading buiten deze waarden
valt, kan het een communicatiestoring veroorzaken.
Een aftakking mag niet verder worden afgetakt.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
26
220-240 V
1~ 50 Hz
(16 V)
d
(16 V)
e
de
voedingskabel
en
9
Plastic snoeren met mantel van
0,75 tot 1,25 mm² of kabels (2-
aderige draden)
300 m
600 m
A
C
A
Buitenunit
B
Binnenunit
C
Centrale gebruikersinterface (enz.)
a
Hoofdleiding
b1, b2, b3
Afgetakte leidingen
c1, c2
Een aftakking mag niet verder worden afgetakt
6.8.2
Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten
van elektrische bedrading
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
de
Alle lokale bedrading en componenten moeten worden
geïnstalleerd door een erkend elektricien en moeten
voldoen aan de geldende wetgeving.
WAARSCHUWING
Indien deze NIET standaard werd geplaatst, moet een
hoofdschakelaar (of een ander middel om uit te schakelen)
tussen de vaste bedrading geplaatst worden; deze
schakelaar dient het contact van alle polen volledig te
verbreken en te voldoen aan de vereisten van de
overspanning-categorie-III-specificatie wanneer hij open
staat.
b1
b2
c1
b3
c2
a
B
RXYSQ4~6T7V1B+Y1B
VRV IV-S-systeem airconditioner
4P404676-1A – 2016.03