Samenvatting van Inhoud voor Daikin VRV IV-S RXYSQ4T7V1B
Pagina 1
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV IV-S-systeem airconditioner RXYSQ4T7V1B RXYSQ5T7V1B RXYSQ6T7V1B RXYSQ4T7Y1B Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker RXYSQ5T7Y1B Nederlands VRV IV-S-systeem airconditioner RXYSQ6T7Y1B...
Inhoud 6.3.6 Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan omvallen..18 Inhoud De koelmiddelleiding aansluiten..........18 6.4.1 Over het aansluiten van de koelmiddelleidingen ..18 6.4.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen ............. 18 1 Algemene veiligheidsmaatregelen 6.4.3 Richtlijnen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen . 18 Over de documentatie ...............
Daikin gemaakt of goedgekeurd werden. mogelijkheden of met een gebrek aan ervaring en kennis indien ze onder toezicht staan of onderricht zijn in het veilige gebruik van WAARSCHUWING het toestel en de mogelijke gevaren begrijpen. Kinderen mogen niet met het toestel spelen.
1 Algemene veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING OPMERKING Neem gepaste maatregelen om te beletten dat de unit door Controleer of de installatie van de koelmiddelleidingen kleine dieren als schuilplaats gebruikt kan worden. Kleine voldoet aan de geldende wetgeving. In Europa geldt dieren die in contact komen met elektrische onderdelen EN378 als de van toepassing zijnde norm.
1 Algemene veiligheidsmaatregelen 1.3.6 Elektrisch Er is GEEN sifonbuis Vul bij met de ondersteboven GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE staande fles. ▪ Schakel alle elektrische voedingen UIT vooraleer u het deksel van de schakelkast verwijdert, elektrische bedrading aansluit of elektrische onderdelen aanraakt. ▪...
▪ Controleer of alle deksels dicht zijn vooraleer de unit Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op aan te zetten. de regionale Daikin-website of via uw dealer beschikbaar zijn. OPMERKING De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle andere talen zijn vertalingen.
4 Over de units en opties 3.2.3 Accessoires van de buitenunit Buitenunit verwijderen 3.2.1 De buitenunit uitpakken 1 Verwijder servicedeksel. "6.2.2 De buitenunit openen" op pagina 16. 2 Verwijder de accessoires. 1× 1× 1× 1× 1× 1× 1× Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing buitenunit Label gefluoreerde broeikasgassen...
4 Over de units en opties overzicht beschikbare units vindt Code Uitleg productcatalogus voor VRV IV-S. Koelmiddel R410A Hierna vindt u een overzicht van de toegelaten combinaties van Capaciteitklasse binnen- en buitenunits. Niet alle combinaties zijn toegelaten. De VRV IV-reeks combinaties zijn onderworpen aan regels (combinatie tussen buiten- Voeding binnen, combinaties tussen binnenunits, enz.) vermeld in de...
5 Voorbereiding (mm) De externe besturingsadapter moet in de binnenunit worden geïnstalleerd. Kabel PC-configurator (EKPCCAB) Bij de inbedrijfstelling kunnen verschillende lokale instellingen worden ingesteld met behulp van een pc-interface. Voor deze optie is de EKPCCAB vereist; dit is een specifieke kabel voor communicatie buitenunit.
Als de unit wordt geselecteerd om te werken bij een omgevingstemperatuur van minder dan –5°C gedurende minstens 5 dagen, met een relatieve vochtigheidsgraad van meer dan 95%, dan bevelen wij aan om een Daikin- reeks te gebruiken die specifiek is ontworpen voor Belangrijkste windrichting...
5 Voorbereiding 5.2.3 Voorzorgsmaatregelen voor OPMERKING koelmiddellekken één enkel koelmiddelsysteem volledig onafhankelijke koelsystemen is opgedeeld, dient u de Over voorzorgsmaatregelen voor hoeveelheid koelmiddel gebruiken waarmee koelmiddellekken afzonderlijk systeem is gevuld. 2 Bereken het volume van de ruimte (m ) waar de binnenunit is De installateur en systeemdeskundige moeten de veiligheid geïnstalleerd.
5 Voorbereiding VRV DX RA DX OPMERKING Voor R410A-koelmiddel moeten strikte voorzorgsmaatregelen worden genomen om het systeem schoon, droog en afgedicht te houden. ▪ Schoon en droog: voorkom dat vreemd materiaal (zoals minerale olie of vocht) in het systeem terechtkomt. ▪...
5 Voorbereiding Capaciteitsindex Leidingmaat (buitendiameter) (mm) 5.3.4 Koelmiddelaftaksets selecteren binnenunit Gasleiding Vloeistofleiding Voor een voorbeeld met leidingen, zie "5.3.3 Leidingmaat <150 15,9 selecteren" op pagina 13. 150≤x≤182 19,1 Refnet-verbinding aan de eerste aftakking (vanaf de buitenunit) Voorbeeld: Stroomafwaartse capaciteit voor B-1 = capaciteitsindex Wanneer als eerste aftakking vanaf de kant van de buitenunit een van unit 3-1 + capaciteitsindex van unit 3-2 refnet-verbinding wordt gebruikt, kunt u deze kiezen uit de volgende...
Pagina 15
5 Voorbereiding Vereiste Limiet VRV DX RA DX Maximale lengte eerste aftakset-binnenunit 40 m 40 m ▪ Voorbeeld 1.1, unit 8: b+c+d+e+f+g+p≤Limiet ▪ Voorbeeld 1.2, unit 6: b+h≤Limiet ▪ Voorbeeld 1.2, unit 8: i+k≤Limiet ▪ Voorbeeld 1.3, unit 8: i≤Limiet ▪ Voorbeeld 2, unit 18: b+m≤Limiet Maximale lengte buitenunit-BP 55 m ▪...
6 Installatie ▪ De installatie van de binnenunit voltooien. De elektrische bedrading voorbereiden INFORMATIE Voor de installatie van de binnenunit (binnenunit monteren, koelmiddelleiding aansluiten op de binnenunit, elektrische 5.4.1 Over het voldoen aan de normen inzake bedrading aansluiten op de binnenunit …), zie de elektriciteit montagehandleiding van de binnenunit.
6 Installatie 6.3.2 Voorzorgsmaatregelen bij de montage 6.3.4 De buitenunit installeren van de buitenunit INFORMATIE Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid ▪ Voorbereiding 4× M12 6.3.3 De installatiestructuur voorzien Controleer de stevigheid en het vlak zijn van de grond waarop de unit geïnstalleerd zal worden, zodat deze niet gaat trillen of lawaai maken wanneer ze in bedrijf is.
6 Installatie 6.3.6 Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan OPMERKING omvallen Houd rekening volgende voorzorgen betrekking tot de koelmiddelleiding: Wanneer de unit staat waar hevige windstoten de unit kunnen doen ▪ Zorg ervoor dat nooit ander koelmiddel dan het overhellen, neem dan de volgende maatregelen: aangewezen koelmiddel...
6 Installatie De binnenkant van de verbreding mag geen barsten of gebreken vertonen. Het uiteinde van de buis moet gelijkmatig en volgens een perfecte cirkel verbreed zijn. Controleer of de flaremoer geïnstalleerd is. 6.4.6 Het uiteinde van een buis solderen OPMERKING Momentsleutel Moersleutel...
6 Installatie Omgaan met de servicepoort ▪ Gebruik altijd een vulslang met een drukpen omdat de servicepoort een Schrader-klep is. ▪ Draai het servicepoortdeksel na gebruik van de servicepoort goed vast. Zie de tabel hieronder voor het aanhaalmoment. ▪ Controleer na het vastdraaien van het servicepoortdeksel op koelmiddellekken.
6 Installatie WAARSCHUWING Neem gepaste maatregelen om te beletten dat de unit door kleine dieren als schuilplaats gebruikt kan worden. Kleine dieren die in contact komen met elektrische onderdelen kunnen storingen, rook of brand veroorzaken. ▪ In het geval van RXYSQ6: Sluit de gasleidingaccessoires (c, OPMERKING c1, d, e) aan, en snijd ze af op de vereiste lengte (e1).
6 Installatie De expansiekleppen worden geïnitialiseerd bij het inschakelen van 6.5.3 Koelmiddelleiding controleren: Opstelling de units. Dit betekent dat ze worden gesloten. Een lektest en p < p > vacuümdrogen van lokale leidingen en binnenunits is niet mogelijk wanneer dit gebeurt. Daarom zijn er 2 methoden voor de initiële installatie, lektest en vacuümdrogen.
6 Installatie ▪ Als condens van op de afsluiter in de binnenunit zou kunnen OPMERKING terechtkomen via openingen in de isolatie en leidingen doordat de Gebruik een aanbevolen bellentestoplossing van bij uw buitenunit hoger staat dan de binnenunit, dan moet dit worden groothandelaar.
6 Installatie OPMERKING 6.7.4 Koelmiddel vullen Als de stappen binnen de 12 minuten na het inschakelen Om het vullen van koelmiddel sneller te laten verlopen, wordt het bij van de binnen- en buitenunits worden uitgevoerd, werkt de grote systemen aanbevolen om eerst een deel van het koelmiddel compressor niet voordat de communicatie tussen de vooraf te vullen via de vloeistofleiding, en daarna pas handmatig te buitenunit(s) en binnenunits op een correcte manier tot...
6 Installatie p < p > OPMERKING Vergeet na het bijvullen van koelmiddel niet om het deksel van de koelmiddelvulpoort te sluiten. Het aanhaalmoment voor het deksel is 11,5 tot 13,9 N•m. R410A 6.7.5 Foutcodes bij het vullen met koelmiddel INFORMATIE In het geval van een storing verschijnt de foutcode op de gebruikersinterface van de binnenunit.
6 Installatie WAARSCHUWING OPMERKING ▪ Gebruik ALLEEN koperdraden. ▪ De bescherming van dit product tegen omgekeerde polariteit werkt alleen bij het opstarten van het product. ▪ Controleer of de lokale bedrading voldoet aan de Eventuele omgekeerde polariteit wordt dus niet geldende wetgeving.
6 Installatie Draadtype Methode WAARSCHUWING Gevlochten geleider Gebruik afgeschermde kabels en sluit de aarding aan op met rond oog de transmissieklem (X2M). F1 F2 F1 F2 a Klem A B C F1 F2 F1 F2 TO IND TO OUTD TO IN/D TO OUT/D C/H SELECTOR UNIT...
7 Configuratie Door het frame geleiden a Voedingskabel b Transmissiebedradingskabel Aansluiten op het Voor kabels die uit de unit komen, kan een frame beschermende mantelbuis worden 1× aangebracht in de uitbreekopening. Bescherm de kabels met plastic buizen om te voorkomen dat de rand van de Configuratie uitbreekopening in de kabels snijdt wanneer u geen mantelbuis gebruikt.
7 Configuratie Stand Beschrijving Stand 2 Stand 2 wordt gebruikt voor het wijzigen van lokale instellingen van het systeem. U kunt de (lokale instellingen) MODE: Voor het veranderen van instelmodus actuele waarde van de lokale instelling SET: Voor lokale instelling raadplegen en wijzigen. RETURN: Voor lokale instelling TEST: Voor testfunctie In het algemeen kan na het veranderen van...
7 Configuratie Schakelen tussen standen Voorbeeld: 7 segmentendisplay – Stand 2 Gebruik BS1 om te schakelen tussen de standaardsituatie, stand 1 Verander de waarde van instelling [2‑8] (= T streeftemperatuur bij en stand 2. koelen) als volgt in 4 (= 8°C): Actie Knop/display Begin vanuit de standaardsituatie.
7 Configuratie Waarde / Beschrijving Instelling Waarde / Beschrijving Geeft de status van de werking met stroomverbruikbegrenzing aan. [1‑5] Hiermee kunt u controleren of het totaal aantal geïnstalleerde Geeft het totaal aantal binnenunits overeenstemt met aangesloten binnenunits aan. Unit werkt momenteel niet met het totaal aantal door het stroomverbruikbegrenzing.
Pagina 33
7 Configuratie Instelling Waarde Beschrijving (= binair) [2‑20] Gedeactiveerd. Handmatig koelmiddel bijvullen. (standaard) Geactiveerd. Voer deze instelling uit om handmatig koelmiddel bij te vullen (zonder automatische koelmiddelvulfunctie). Druk op BS3 om het handmatig bijvullen van koelmiddel te stoppen (wanneer de vereiste hoeveelheid koelmiddel is bijgevuld).
7 Configuratie Instelling Waarde Beschrijving (= binair) [2‑32] Functie niet actief. Gedwongen, permanenten, stroomverbruikbegrenzing (geen (standaard) externe besturingsadapter vereist voor stroomverbruikbegrenzing). Volgens instelling [2‑30]. Deze instelling activeert en bepaalt het niveau van de Volgens instelling [2‑31]. stroomverbruikbegrenzing die permanent wordt toegepast als het systeem altijd met stroomverbruikbegrenzing moet draaien.
7 Configuratie ▪ Bij het koelen mag de verdampingstemperatuur, afhankelijk van Om dit te activeren in… Verander… de situatie, tijdelijk tot 6°C dalen. Koelen [2‑8]=3 (standaard) ▪ Bij het verwarmen mag de condensatietemperatuur, afhankelijk Verwarmen [2‑9]=1 (standaard) van de situatie, tijdelijk tot 46°C stijgen. Hi-sensible/economic (koelen/verwarmen) ▪...
8 Inbedrijfstelling Installatie Inbedrijfstelling Controleer of de unit correct is geïnstalleerd om abnormale geluiden en trillingen te voorkomen bij het Overzicht: Inbedrijfstelling opstarten van de unit. Lokale bedrading Na de installatie en wanneer de lokale instellingen zijn ingesteld moet de installateur de correcte werking controleren. Hiervoor moet Controleer of de lokale bedrading overeenkomstig de in het systeem proefdraaien volgens de hierna beschreven procedures.
9 Aan de gebruiker overhandigen Installatiedatum en lokale instelling Stap Beschrijving Communicatiecontrole Schrijf de installatiedatum op de sticker op de achterkant van het voorpaneel overeenkomstig EN60335‑2‑40 en Controle afsluiter noteer ook de lokale instelling(en). Controle leidinglengte Afpompen Checklist tijdens inbedrijfstelling Unit stop Proefdraaien.
10 Onderhoud en service ▪ Toon aan de gebruiker wat te doen om de unit te onderhouden. 3 Om schade aan de printplaat te voorkomen, raak een naakt metalen deel aan om u te ontladen van statische elektriciteit voordat u stekkers aansluit of verwijdert. Onderhoud en service 4 Trek de verbindingsstekkers voor de ventilatormotoren in de buitenunit uit voordat u begint met servicewerkzaamheden aan...
11 Opsporen en verhelpen van storingen GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Opsporen en verhelpen van storingen WAARSCHUWING Om gevaar als gevolg van het per ongeluk resetten van de 11.1 Overzicht: Probleemoplossing thermische beveiliging te voorkomen, mag dit toestel NIET worden gevoed via een externe schakelinrichting zoals een Alvorens storingen op te sporen en te verhelpen timer of zijn aangesloten op een circuit dat regelmatig IN- en UITgeschakeld wordt door de voorziening.
13 Technische gegevens 13.3 Serviceruimte: Buitenunit Wanneer u units naast elkaar installeert, moeten de leidingen langs voor, langs achter of langs onder worden gevoerd. In dat geval kunnen de leidingen niet langs de zijkant worden gevoerd. Voorzie een ruimte van ≥250 mm tussen de units (in plaats van ≥100 mm zoals hieronder afgebeeld) wanneer de units naast elkaar worden geïnstalleerd en de leidingen langs achter worden gevoerd.
13 Technische gegevens 13.6 Bedradingsschema: Buitenunit Het bedradingsschema is bij de unit geleverd, op de binnenkant van het servicedeksel. RXYSQ4~6_V1 Optie keuzeschakelaar koelen/verwarmen. 1N~ 50 Hz opmerking 6 220-240 V Ventilator Q1DI Koelen Koelen Warmte -t° -t° -t° -t° -t° -t°...
Pagina 53
13 Technische gegevens Nominale koelcapaciteiten zijn gebaseerd op binnentemperatuur 27°C droge bol en 19°C natte bol, buitentemperatuur 35°C droge bol, equivalente koelmiddelleiding: 5 m, hoogteverschil: 0 m. Nominale en maximale verwarmingscapaciteiten zijn gebaseerd op binnentemperatuur 20°C droge bol, buitentemperatuur 7°C droge bol en 6°C natte bol, equivalente koelmiddelleiding: 5 m, hoogteverschil: 0 m. Het echte aantal units hangt af van het type binnenunit (VRV DX, RA DX, ...) en de beperking op de aansluitverhouding voor het systeem (50%≤CR≤130%).
13 Technische gegevens 13.8 Capaciteitentabel: Binnenunit De totale capaciteit van de binnenunits moet binnen het opgegeven bereik vallen. Aansluitverhouding (CR): 50%≤CR≤130%. HP-klasse 100% 130% minimum minimum nominale maximum buitenunit CR (RA DX) (VRV DX) 62,5 162,5 OPMERKING Wanneer u een totale capaciteit selecteert die groter is dan vermeld in de vorige tabel, dan zal de koel- en verwarmcapaciteit kleiner zijn.
14 Over het systeem Voor de gebruiker Gebruikersinterface (draadloos, specifiek afhankelijk van Over het systeem het type binnenunit) De binnenunit van het VRV IV-S-warmtepompsysteem kan worden gebruikt voor toepassingen met verwarmen/koelen. Het type Gebruikersinterface binnenunit dat kan worden gebruikt hangt af van de reeks van de buitenunits.
17 Bediening Ontdooien Bediening Bij het verwarmen bevriest de luchtgekoelde warmtewisselaar van de buitenunit hoe langer, hoe meer, zodat steeds minder energie 17.1 Werkingsgebied kan worden overgebracht naar de warmtewisselaar van de buitenunit. De verwarmingscapaciteit neemt af en het systeem moet Gebruik het systeem binnen de volgende temperatuur- en ontdooien om nog voldoende warmte te leveren aan de binnenunits.
17 Bediening ▪ Deze stand is niet mogelijk bij een lage kamertemperatuur 17.2.5 Gebruik van het systeem (MET (<20°C). keuzeschakelaar koelen/verwarmen op de afstandsbediening) 17.3.2 Gebruik van het Overzicht van de keuzeschakelaar koelen/verwarmen op de ontvochtigingsprogramma (ZONDER afstandsbediening keuzeschakelaar koelen/verwarmen op de afstandsbediening) KEUZESCHAKELAAR ALLEEN VENTILEREN/AIRCONDITIONING...
17 Bediening VRV directe-expansiebinnenunit (DX) 17.4.1 Over de luchtstroomklep Gebruikersinterface (specifiek afhankelijk van het type binnenunit) Dubbelstroomunits+multi-stroomunits BP-box (vereist voor aansluiting van Residential Air (RA) of Sky Air (SA) directe-expansiebinnenunits (DX)) Residential Air (RA) directe-expansiebinnenunits (DX) Hoekunits Gebruikersinterface (draadloos, specifiek afhankelijk van het type binnenunit) Units voor plafondmontage Wanneer het systeem is geïnstalleerd zoals in de afbeelding...
18 Energie besparen en optimale werking OPMERKING 18.1 Beschikbare Neem contact op met uw dealer als u de combinatie of de hoofdgebruiksmethoden instelling van groepsbesturing en besturing met twee gebruikersinterfaces wilt wijzigen. Basis De koelmiddeltemperatuur wordt vastgelegd onafhankelijk van de situatie.
19 Onderhoud en service VOORZICHTIG OPMERKING Kijk uit voor de ventilator. In Europa worden de broeikasgasemissies van de totale koelmiddelvulling in het systeem (uitgedrukt in tonnen CO De unit inspecteren met een draaiende ventilator is equivalent) gebruikt om de onderhoudsintervallen te gevaarlijk.
20 Opsporen en verhelpen van storingen Aanbevolen vervangingscyclus voor slijtageonderdelen 19.4.3 Aanbevolen onderhouds- en inspectiecycli Onderdeel Inspectiec Onderhoudscyclus yclus (vervangingen en/of De vermelde onderhouds- en vervangingscycli staan los van de reparaties) garantieperiode van de onderdelen. Luchtfilter 1 jaar 5 jaar Onderdeel Inspectiecy Onderhoudscyclus...
20 Opsporen en verhelpen van storingen Storing Maatregel Hoofdcode Inhoud Indien het systeem ▪ Controleer geen Externe beveiliging geactiveerd helemaal niet werkt. stroomonderbreking is. Wacht tot de EEPROM-storing (binnenunit) stroom is hersteld. Als de stroom tijdens Storing afvoersysteem (binnenunit) de werking uitvalt, zal het systeem Storing ventilatormotor (binnenunit) automatisch herstarten direct nadat de voedingsspanning is hersteld.
20 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Inhoud 20.2.4 Symptoom: De ventilatorsnelheid stemt niet overeen met de instelling Storing faseomkering voeding INV voedingsspanning te laag De ventilatorsnelheid verandert niet wanneer u op de instelknop voor Systeem nog niet proefgedraaid de ventilatorsnelheid drukt. Wanneer de kamertemperatuur bij het verwarmen de ingestelde temperatuur bereikt, valt de buitenunit stil Defecte bedrading tussen binnen- en buitenunit en gaat de ventilator van de binnenunit over naar fluistersnelheid.
Ter plaatse te voorzien is gestopt Niet door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die De carterverwarming verwarmt de compressor zodat deze vlot kan met het product volgens de instructies in de meegeleverde starten.