Opties selecteren voor een specifieke taak (Windows)
Als u voor een bepaalde taak speciale afdrukopties wilt gebruiken, moet u de instellingen van
het stuurprogramma wijzigen voordat u de taak naar de printer verzendt. Als u bijvoorbeeld
een bepaalde afbeelding wilt afdrukken met de kwaliteit Hoge resolutie/Foto, moet u deze
instelling in het stuurprogramma selecteren voordat u de taak afdrukt.
1.
Open het document of de afbeelding in de overeenkomstige toepassing en open het
dialoogvenster Afdrukken.
2.
Selecteer de Phaser 6300/6350-printer en klik op de knop Eigenschappen om het
printerstuurprogramma te openen.
3.
Selecteer de gewenste opties op de tabbladen van het stuurprogramma. Raadpleeg de
onderstaande tabel voor specifieke afdrukopties.
Opmerking:
In Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003 kunt u de huidige
afdrukopties opslaan met een unieke naam en deze ook toepassen bij andere taken.
Selecteer een van de volgende tabbladen: Papierkwaliteit, Uitvoeropties of TekColor en
druk op de knop Opgeslagen instellingen. Klik op de knop Help voor meer informatie.
4.
Klik op OK om uw selecties op te slaan.
5.
Druk de taak af.
Afdrukopties voor Windows-besturingssystemen
Besturings-
Tabblad in
systeem
stuurprogramma
Windows 2000,
Tabblad Indeling
Windows XP of
Windows Server
2003
Tabblad Papier/
kwaliteit
Tabblad Uitvoeropties
Tabblad TekColor
Afdrukopties
Afdrukstand
■
Automatisch dubbelzijdig afdrukken
■
Pagina's per vel
■
Papierformaat, papiersoort en lade selecteren
■
Afdrukkwaliteit
■
Voorbladen
■
Beveiligde afdrukken, persoonlijke afdrukken,
■
testafdrukken en opgeslagen afdrukken
Deelpagina's
■
Einde van de taak
■
Kleurcorrecties
■
Zwart-wit
■
Phaser® 6300/6350-kleurenlaserprinter
3-17
Afdrukopties selecteren