•
Waaier transparanten en etiketten altijd even uit voordat u ze in het apparaat plaatst. Etiketten en
transparanten kunnen alleen in lade 4 (handmatige invoer) worden geplaatst.
•
Voor u het papier in de lade plaatst, moet u de randen ervan even uitwaaieren. Zo worden vellen
die aan elkaar plakken losgeschud en wordt de kans op papierstoringen verkleind.
Media bewaren
Voor optimale afdrukresultaten is het belangrijk dat het papier op de juiste manier wordt bewaard. Let
op de volgende punten bij het opslaan van papier:
•
Bewaar de media op kamertemperatuur. Wanneer het papier vochtig is, kan dat leiden tot
papierstoringen of een slechte afdrukkwaliteit.
•
Open pakken papier pas als u ze nodig heeft. De verpakking bevat een binnenlaag die het papier
tegen vocht beschermt.
•
Bewaar het papier op een vlakke ondergrond om te voorkomen dat er vouwen of kreukels
in komen.
•
Stapel pakken papier nauwkeurig op elkaar, om beschadiging van de randen te voorkomen. Stapel
niet meer dan vijf pakken papier op elkaar.
Afwerkingsstoringen
In de afwerkeenheden kunnen soms storingen met het papier of bij het nieten, perforeren of stapelen
optreden. Als er een storing optreedt, verschijnt er op het aanraakscherm een bericht en instructies
waarmee de storing verholpen kan worden. Als de problemen zich blijven voordoen, of af en toe
optreden, controleert u het volgende:
•
Haal de opvangbak van de afwerkeenheid regelmatig leeg.
•
Verwijder geen geniete sets terwijl de afwerkeenheid nog bezig is.
•
Zorg ervoor dat papierladegeleiders zijn vergrendeld tegen de randen van het papier.
•
Bij gebruik van groot papier verwijdert u de afdrukken uit de staffelopvangbak.
•
Als het papier erg krult, moet u het papier in de betreffende papierlade omkeren.
•
Controleer of het juiste papierformaat is geselecteerd voor het papier dat in de lade is geplaatst.
•
Om nietproblemen te corrigeren, moet u niet meer dan 50 vellen papier gebruiken als het papier
zwaarder is dan 80 g/m² of 20 lb.
•
Controleer of de afvalcontainer van de perforator misschien vol is. De container verzamelt
papierresten van de perforator. Raadpleeg
voor instructies.
Als er een storing optreedt bij het nieten, raadpleegt u de onderstaande instructies op de storing
te verhelpen:
Standaardafwerkeenheid
•
Als er een storing optreedt in de nietcassette van de standaardafwerkeenheid, verwijdert u de
nietcassette en verwijdert u eventueel vastgelopen nietjes. Raadpleeg
pagina 268 voor instructies over het verwijderen van de nietcassette.
•
Verwijder alle gedeeltelijk gebruikte en niet-vlakke nietstrips.
•
Installeer de nietcassette opnieuw.
Afvalcontainer van de perforator legen
ColorQube 9301/9302/9303 Multifunctionele printer
Problemen oplossen
op pagina 270
Nietcassettes
Handleiding voor de gebruiker
op
275