Pagina 15
Inhoudsopgave Inleiding ................14 Kopieeropties .
Pagina 16
Inleiding Inleiding In deze handleiding worden de kopieerfuncties van het apparaat beschreven, waaronder opties voor Afdrukkleur, Verkleinen/vergroten, 2-zijdig kopiëren, Opmaakaanpassing, Afdrukkwaliteit, Afleveringsformaat, Opdrachtmodule en andere kopieerfuncties. Kopiëren is een standaardfunctie die wordt geselecteerd door de toets Startpagina Functies en dan Kopiëren in te drukken. Wanneer Kopiëren wordt geselecteerd, scant het apparaat uw originelen en slaat de beelden op.
Pagina 17
Kopieeropties Afdrukkleur Met de opties voor Afdrukkleur kunt u onder meer de kleur van het origineel automatisch laten detecteren en reproduceren of het origineel in zwart/wit, 4 kleuren of 1 kleur kopiëren. Gebruik de toets Meer... voor toegang tot alle opties. De opties zijn: •...
Pagina 18
Kopieeropties Proportioneel % Met de selecties op dit scherm kunt u het beeld met dezelfde verhouding in beide richtingen verkleinen of vergroten. Het beeld wordt weliswaar groter of kleiner, maar de verhoudingen blijven gelijk. Selecteer de toets Variabel % • en voer het gewenste percentage in met behulp van de aantaltoetsen of de pijltoetsen.
Pagina 19
Kopieeropties Papiertoevoer In het gedeelte Papiertoevoer op het tabblad Kopiëren kunt u een papierlade kiezen, het gewenste papierformaat selecteren of Auto-selectie gebruiken. Gebruik Meer... voor toegang tot alle opties. • Met Auto-selectie wordt voor elk origineel automatisch het juiste papierformaat geselecteerd, op basis van het origineelformaat en direct geselecteerde vergrotingspercentages.
Pagina 20
Kopieeropties Aflevering kopieën U kunt de meestgebruikte opties voor Aflevering kopieën rechtstreeks op het tabblad Kopiëren selecteren. De beschikbare opties zijn afhankelijk van de geïnstalleerde afwerkeenheid en pakketten. Raadpleeg Afwerkeenheden op pagina 21. • Sets - hiermee worden de kopieën in sets gesorteerd: 1,2,3 1,2,3 1,2,3.
Pagina 21
Kopieeropties • Met de optie Origineelrichting kunt u de richting van de te scannen originelen selecteren. Kies uit Portret of Landschap. • Met de optie Papiertoevoer kunt u het gewenste afdrukmateriaal selecteren. Om bepaalde nietopties mogelijk te maken, moet het kopieerpapier in een specifieke richting in het apparaat worden geplaatst - met de Lange Kant Eerst (LKE) of met de Korte Kant Eerst (KKE) - zoals aangegeven in deze tabel.
Pagina 22
Kopieeropties • Enkele vouw de pagina wordt in tweeën gevouwen en u kunt de volgende opties selecteren: Afzonderlijk wordt gebruikt om • elke pagina afzonderlijk te vouwen. • Tezamen als set wordt gebruikt om alle pagina's tegelijk te vouwen om een boekje te maken. •...
Pagina 23
Kopieeropties Afwerkeenheden Het apparaat is met een van de volgende afwerkeenheden uitgerust: Afwerkeenheid voor hoog volume: Lade 6 (invoegmodule voor naverwerking): De afwerkeenheid voor hoog volume beschikt Dit optionele accessoire is een invoereenheid die over een uitgebreid aantal afwerkingsopties. zich op de bovenkant van de afwerkeenheid Uw afdrukken kunnen in sets worden afgeleverd, bevindt.
Pagina 24
Afdrukkwaliteit Opmerking: Dikke stapels papier kunnen gemakkelijker uit uw afwerkeenheid worden verwijderd met behulp van de pauzefunctie: druk op de knop zoals aangegeven om de opvangbak naar een handigere hoogte te laten zakken. Druk nogmaals op de knop om de staffelopvangbak weer naar de normale hoogte terug te brengen.
Pagina 25
Afdrukkwaliteit Origineelsoort Geef met deze optie aan wat voor soort originelen u gaat kopiëren. Door het juiste soort te selecteren, wordt de kwaliteit van uw afdruk verbeterd. De opties zijn: Type inhoud • Foto & tekst wordt aanbevolen voor originelen met foto's van hoge kwaliteit en halftonen.
Pagina 26
Afdrukkwaliteit Beeldopties Beeldopties wordt gebruikt om het uiterlijk van de kopieën te wijzigen. De opties zijn: • Met Lichter/donkerder kunt u handmatig de lichtheid van het gescande beeld instellen. Schuif de regelaar omlaag om het beeld donkerder te maken en omhoog om het beeld lichter te maken.
Pagina 27
Afdrukkwaliteit Voorinstellingen Kleur Voorinstellingen Kleur biedt opties waarmee de kwaliteit van uw kleurenkopieën verbeterd kan worden. Als u een voorinstellingsoptie voor kleur selecteert, worden alle functies voor afdrukkwaliteit geoptimaliseerd. De opties zijn: Levendig maakt de kleuren van uw • kopieën dieper. •...
Pagina 28
Opmaakaanpassing Opmaakaanpassing Met behulp van de functies voor Opmaakaanpassing kunt u het uiterlijk van de afdrukken verbeteren. Met de functies kunt u onder meer het beeld verschuiven, een spiegelbeeld maken, een deel van één of alle randen van het origineel verwijderen en boekoriginelen kopiëren.
Pagina 29
Opmaakaanpassing Origineelformaat Met behulp van Origineelformaat specificeert u de automatische formaatherkenning van de originelen, originelen van gemengde formaten of het specifieke formaat van het beeld dat gescand moet worden. De opties zijn: • Auto-herkenning - dit is de standaardinstelling waarmee formaten automatisch worden herkend. Het herkende formaat wordt gekoppeld aan een standaard papierformaat.
Pagina 30
Opmaakaanpassing Boek kopiëren VOORZICHTIG: Sluit de AOD niet als u ingebonden originelen scant. Met deze functie kunt u aangeven welke pagina's van een boek gescand moeten worden. Het boekorigineel wordt met de beeldzijde omlaag op de glasplaat geplaatst, met de bindrug van het boek uitgelijnd met de markering aan de achterrand van de glasplaat.
Pagina 31
Opmaakaanpassing Beeldverschuiving Met Beeldverschuiving kunt u de positie van het beeld op de afdrukpagina kiezen. De opties zijn: • Auto-centreren - hiermee wordt het gescande beeld automatisch op de afgedrukte pagina gecentreerd. Om doelmatig te kunnen werken, moet het origineel kleiner te zijn dan het geselecteerde afdrukpapier of moet het beeld eventueel verkleind worden.
Pagina 32
Opmaakaanpassing Beeld omkeren Met Beeld omkeren kunt u het beeld omkeren of een negatief maken. Deze toepassing is nuttig voor originelen met een aanzienlijke hoeveelheid donkere achtergrond of lichte tekst en beelden. Met deze toepassing bespaart u toner. De opties zijn: Spiegelbeeld - hiermee wijzigt u de •...
Pagina 33
Afleveringsformaat Afleveringsformaat Met de opties voor Aflevering kunt u de gekopieerde beelden manipuleren en het uiterlijk en de stijl van uw kopieeropdrachten verbeteren. U kunt bijvoorbeeld omslagen of aantekeningen toevoegen, katernen maken, meerdere beelden op één pagina combineren en transparanten invoegen. Katern maken Met Katern maken kunt u katernen van 1- of 2-zijdige originelen maken.
Pagina 34
Afleveringsformaat Selecteer de toets Papiertoevoer en dan de lade met het papier dat u wilt gebruiken. Als u de afwerkeenheid voor hoog volume met AVH-module gebruikt om uw afdrukken te vouwen en te nieten, moet een papiertoevoer met Korte Kant Eerst (KKE) worden geselecteerd. Selecteer in het vervolgkeuzemenu Origineleninvoer 1-zijdige originelen of 2-zijdige originelen...
Pagina 35
Afleveringsformaat Speciale pagina's Met de functie Speciale pagina's kunt u speciale pagina's, zoals omslagen en invoegingen, aan de kopieeropdracht toevoegen. Als u over een afwerkeenheid voor hoog volume beschikt en de optionele lade 6 (invoegmodule) is geïnstalleerd, kunt u de omslagen of invoegingen vanuit deze lade invoeren. Media die in lade 6 (invoegmodule) zijn geplaatst, maken geen deel uit van het afdrukproces.
Pagina 36
Afleveringsformaat Selecteer het tabblad Afleveringsformaat, de toets Speciale pagina's en dan Omslagen. Selecteer de gewenste Omslagopties: • Voor en achter hetzelfde wordt gebruikt als dezelfde papier- en afdrukopties voor beide omslagen nodig zijn. • Voor en achter anders wordt gebruikt voor voor- en achteromslagen met andere programmeereisen.
Pagina 37
Afleveringsformaat Begin hoofdstukken Volg de onderstaande instructies op om Begin hoofdstukken in te stellen: Selecteer het papier dat u voor de opdracht wilt gebruiken in het tabblad Kopiëren. Speciale pagina's is niet Opmerking: beschikbaar als Auto papier is geselecteerd. Selecteer het tabblad Afleveringsformaat, de toets Speciale pagina's en dan Begin hoofdstukken.
Pagina 38
Afleveringsformaat Invoegingen Volg de onderstaande instructies op om Invoegingen in te stellen: Selecteer op het tabblad Kopiëren het papier dat u voor het hoofdgedeelte van de kopieën wilt gebruiken. Speciale pagina's is niet Opmerking: beschikbaar als Auto papier is geselecteerd. Plaats speciale media desgewenst in een andere lade, zodat u zeker weet dat ze in dezelfde richting zijn geplaatst als het papier voor het hoofdgedeelte van de kopieën.
Pagina 39
Afleveringsformaat Selecteer de toets Toevoegen om uw selecties te bevestigen en de ingestelde Invoeging aan de lijst aan de rechterkant toe te voegen. Voeg zo nodig meer Invoegingen toe. Selecteer Sluiten om terug te keren naar het scherm Speciale pagina's. Op het scherm wordt een lijst met de geselecteerde speciale pagina's weergegeven.
Pagina 40
Afleveringsformaat Selecteer de toets Toevoegen om uw selecties te bevestigen en de ingestelde Uitzonderingen aan de lijst aan de rechterkant toe te voegen. Voeg zo nodig meer Uitzonderingen toe. Selecteer Sluiten om terug te keren naar het scherm Speciale pagina's. Op het scherm wordt een lijst met de geselecteerde speciale pagina's weergegeven.
Pagina 41
Afleveringsformaat Selecteer de toets Aan. Geef de positie van het paginanummer aan door een van de pijltoetsen aan de rechterkant te kiezen. Selecteer het invoervak Paginanummer en voer via de aantaltoetsen het eerste paginanummer in dat u op de kopieën wilt laten afdrukken. Selecteer in het vervolgkeuzemenu aan de linkerkant Alle pagina's of Alle pagina's behalve eerste om aan te geven op welke pagina's het paginanummer moet worden toegepast.
Pagina 42
Afleveringsformaat Als u een nieuwe opmerking aan de lijst wilt toevoegen, markeert u een lege regel in de lijst en voert u maximaal 50 alfanumerieke tekens in met behulp van het toetsenbord. Als u een bestaande opmerking wilt bewerken, markeert u de opmerking in de lijst en selecteert u de toets Bewerken.
Pagina 43
Afleveringsformaat Bates-stempel Volg de onderstaande instructies op om Bates-stempel in te stellen: Selecteer het tabblad Afleveringsformaat, de toets Aantekeningen en dan Bates- stempel. Selecteer de toets Aan. Selecteer een van de pijltoetsen om te bepalen waar het Bates-stempel op de pagina moet worden geplaatst. Selecteer het vak Beginpaginanummer en voer via de aantaltoetsen een...
Pagina 44
Afleveringsformaat Opmaak en stijl Als u de benodigde Aantekeningen hebt ingesteld, gebruikt u de volgende instructies voor het selecteren van de gewenste opmaak en stijl: Selecteer het tabblad Afleveringsformaat, de toets Aantekeningen en dan Opmaak en stijl. Geef het uiterlijk van de aantekening •...
Pagina 45
Afleveringsformaat Transparanten met scheidingsvellen Met Transparanten met scheidingsvellen kunt u blanco scheidingsvellen uit een specifieke papierlade aan elke bedrukte transparant toevoegen. Plaats de transparanten in lade 4 (handmatige invoer), werk het scherm Papierinstellingen bij en gebruik dan Bevestigen om uw selecties te accepteren.
Pagina 46
Afleveringsformaat Hieronder ziet u een aantal voorbeelden van de soorten afdrukken die kunnen worden geproduceerd met de toepassing Pagina-opmaak Opmerking: De praktische limiet is 16 beelden op een vel papier van 4 originelen met 2 6 originelen met 3 2 originelen met 2 rijen en 2 rijen en 2 rijen en 1 kolom...
Pagina 47
Opdrachtmodule • Als Auto herhalen is geselecteerd, wordt het formaat van het origineel gebruikt om automatisch het maximumaantal rijen en kolommen te berekenen dat op het momenteel geselecteerde papierformaat past. • Om te bepalen hoe de beelden worden afgedrukt, selecteert u Staande beelden of Liggende beelden in het vervolgkeuzemenu aan de rechterkant.
Pagina 48
Opdrachtmodule Selecteer Dit venster weergeven tussen segmenten om het scherm Opbouwopdracht tijdens het scannen te kunnen bekijken. Selecteer vervolgens Opslaan. Selecteer de gewenste opties voor het eerste segment van de opdracht. Plaats de originelen van het eerste segment en druk op Start. Verwijder de originelen van het eerste segment.
Pagina 49
Opdrachtmodule Als de proefset onacceptabel is, selecteert u Verwijderen en Opdracht verwijderen ter bevestiging. De opdracht wordt uit de lijst verwijderd. Opmerking: Als het scherm Opdrachtstatus niet verschijnt, opent u uw opdracht door de toets Opdrachtstatus te selecteren. Selecteer de opdracht in de lijst en selecteer Vrijgeven of Verwijderen.
Pagina 50
Opdrachtmodule Opgeslagen instellingen ophalen Met deze toepassing kunt u Opgeslagen instellingen ophalen uit het geheugen van het apparaat en de instellingen toepassen op de huidige opdracht. U kunt de opgehaalde instellingen wijzigen, maar de wijzigingen worden niet bij de opgeslagen instellingen bewaard. Selecteer de toets Opgeslagen instellingen ophalen op het tabblad Opdrachtmodule.
Pagina 51
• Als Standaard accountadministratie Xerox is ingeschakeld, moet de gebruiker zich ook aanmelden met de aanmeldgegevens voor Standaard accountadministratie. • Als Netwerkaccountadministratie is ingeschakeld, moet de gebruiker een gebruikers-ID en account-ID invoeren.
Pagina 52
Aan-/afmelden ColorQube™ 9201/9202/9203 Kopiëren...
Pagina 53
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Faxen...
Pagina 55
Inhoudsopgave Inleiding ................54 Kiesopties .
Pagina 56
Inleiding Inleiding Fax is een optionele toepassing die op het apparaat kan worden geïnstalleerd. Als de faxtoepassing op het apparaat is geïnstalleerd, is deze toegankelijk door de toets Startpagina Functies te selecteren en vervolgens de optie Fax. Met de Fax kunt u documenten scannen en verzenden naar de meeste faxapparaten die op het telefoonnetwerk zijn aangesloten.
Pagina 57
Kiesopties Kiesopties Met de kiesopties kunt u één of meer bestemmingsfaxnummers invoeren. Selecteer de gewenste kiesoptie voor uw faxopdracht. Voor toegang tot de kiesopties selecteert u Startpagina Functies en Fax. Kiesopties Met de kiesopties kunt u één of meer bestemmingsfaxnummers invoeren. Selecteer de gewenste kiesoptie voor uw faxopdracht.
Pagina 58
Kiesopties Snelkiezen De nummers die in het adresboek zijn ingevoerd, zijn toegankelijk via een snelkiesnummer. Aan elke vermelding in het adresboek wordt een 3-cijferig snelkiesnummer toegekend. Dit snelkiesnummer wordt naast de vermelding weergegeven. Raadpleeg Adresboek op pagina 57 voor meer informatie over het Adresboek. Selecteer de optie Snelkiezen.
Pagina 59
Kiesopties • Optioneel leesbaar teken [Spatie ( ) - ] - wordt gebruikt voor leesbaarheidsdoeleinden maar is niet van invloed op het ingevoerde nummer. Als u bijvoorbeeld het netnummer van een faxnummer wilt zien, gebruikt u het Optioneel leesbaar teken(1234) 567890. Als er meer dan één faxlijn beschikbaar is, zijn de volgende tekens ook beschikbaar: •...
Pagina 60
Kiesopties Als u een bestaande vermelding wilt bewerken, selecteert u de vermelding in de lijst en selecteert u de toets Gegevens bewerken. Bewerk de vermelding naar wens en selecteer Opslaan. Als u een vermelding uit het Adresboek wilt verwijderen, selecteert u de desbetreffende vermelding en kiest u Vermelding wissen in het vervolgkeuzemenu.
Pagina 61
Kiesopties Het adresboek samenstellen Personen Selecteer het tabblad Fax en de toets Adresboek. Selecteer de toets Personen in het vervolgkeuzemenu. Selecteer een lege regel in de lijst met vermeldingen. Gebruik zonodig de toetsen voor omhoog en omlaag. Voer in het veld Vermeldingsnaam de naam van de ontvanger in.
Pagina 62
Kiesopties Als u een groepsvermelding wilt maken, selecteert u het tabblad Fax en de toets Adresboek. Selecteer de optie Groepen in het vervolgkeuzemenu. Selecteer een lege regel in de lijst met vermeldingen. Gebruik zonodig de toetsen voor omhoog en omlaag. Voer in het veld Groepsnaam de naam van de groep in.
Pagina 63
Kiesopties Voorblad Met de toepassing Voorblad kunt u een voorblad toevoegen aan het faxdocument. Hierdoor hoeft u niet bij elke faxverzending handmatig een voorblad te verzenden. Het voorblad bevat de volgende informatie: • Aan - de naam van de ontvanger. Deze naam kan op het apparaat worden ingevoerd. •...
Pagina 64
Faxen Faxen Deze faxopties bieden toegang tot faxtoepassingen die nodig zijn voor het programmeren van eenvoudige faxopdrachten. Voor toegang tot de faxopties selecteert u Startpagina Functies en Fax. Het tabblad Fax wordt weergegeven. 2-zijdig scannen Met de optie 2-zijdig scannen kunt u instellen of één of beide zijden van het originele document moeten worden gescand.
Pagina 65
Faxen Origineelsoort Geef met deze optie aan wat voor soort originelen u gaat scannen. Door het juiste soort te selecteren, wordt de kwaliteit van het gefaxte beeld verbeterd. De opties zijn: • Foto & tekst wordt aanbevolen voor originelen met foto's van hoge kwaliteit en halftonen.
Pagina 66
Afdrukkwaliteit Afdrukkwaliteit De opties voor Afdrukkwaliteit bieden toegang tot de toepassingen waarmee de beeldkwaliteit of afdrukkwaliteit verbeterd kan worden. Voor toegang tot de opties voor Afdrukkwaliteit selecteert u Startpagina Functies en Fax. Vervolgens selecteert u het tabblad Afdrukkwaliteit. Beeldopties Beeldopties wordt gebruikt om het uiterlijk van de kopieën te wijzigen.
Pagina 67
Opmaakaanpassing • Selecteer Uit om de functie Achtergrondonderdrukking uit te schakelen, met name wanneer: • De aanpassing Donkerder geen acceptabele afdrukken produceert van lichte originelen. • Het origineel een grijze of gekleurde rand heeft, zoals een certificaat. • U de fijne details naar voren wilt halen die verloren zijn gegaan als gevolg van een donkere rand bij ingebonden originelen.
Pagina 68
Opmaakaanpassing • Aangepast scangebied - hiermee kunt u een specifiek scangebied opgeven. Meet het scangebied op het origineel en voer in de desbetreffende velden de afmetingen voor de X- en Y-as in. Alleen het opgegeven gebied wordt gescand. • Met Gemengde origineelformaten kunt u documenten met verschillende paginaformaten scannen.
Pagina 69
Opmaakaanpassing Boek faxen VOORZICHTIG: Sluit de AOD niet als u ingebonden originelen scant. Selecteer Boek faxen om aan te geven welke pagina's van een boek gescand moeten worden. Het boekorigineel wordt met de beeldzijde omlaag op de glasplaat geplaatst, met de bindrug van het boek uitgelijnd met de markering aan de achterrand van de glasplaat.
Pagina 70
Faxopties Faxopties Met de faxopties kunt u instellen hoe het faxdocument moet worden verzonden en op het ontvangende faxapparaat moet worden afgedrukt. Voor toegang tot de faxopties selecteert u Startpagina Functies en Fax. Selecteer vervolgens het tabblad Faxopties. Bevestigingsoverzicht Selecteer Bevestigingsoverzicht om een verzendoverzicht af te drukken waarop u kunt zien of de faxopdracht is gelukt of mislukt.
Pagina 71
Faxopties Startsnelheid Met Startsnelheid kunt u instellen met welke snelheid het apparaat uw faxopdracht verzendt. U kunt een hogere beginsnelheid in goede verzendgebieden gebruiken, en een lagere snelheid in gebieden met een slechte kwaliteit. De opties zijn: Super G3 (33,6 Kbps) •...
Pagina 72
Faxopties Tijdstip Selecteer Tijdstip en selecteer het • veld Uur of Minuut om een tijdstip in te voeren voor de verzending van uw fax. • Voer de uren en minuten in met behulp van de pijltoetsen of de aantaltoetsen. • Als het apparaat is ingesteld op een tijdsweergave van 12 uur, moet u ook de toets VM of NM selecteren.
Pagina 73
Faxopties Mailboxen moeten door de systeembeheerder worden geconfigureerd voordat u er faxdocumenten in kunt opslaan. Het geheugen van het apparaat kan maximaal 200 mailboxen bevatten. Als u wilt dat externe gebruikers naar uw mailbox kunnen faxen, moeten deze gebruikers uw mailboxnummer kennen.
Pagina 74
Faxopties Opslaan in lokale mailbox Met behulp van deze toepassing kunt u documenten opslaan om ze te laten pollen. Het document wordt in uw mailbox opgeslagen en op verzoek automatisch naar een extern faxapparaat verzonden. Selecteer de toets Opslaan in lokale mailbox.
Pagina 75
Faxopties Voer de Mailbox-toegangscode in. Selecteer Alle documenten verwijderen om de inhoud van de mailbox te verwijderen. Er verschijnt een bevestigingsscherm. Selecteer Alle wissen of Annuleren. Opmerking: De opslagduur voor faxen wordt ingesteld door de systeembeheerder. Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven voordat de opgeslagen faxen in de geselecteerde mailbox worden verwijderd.
Pagina 76
Faxopties Beveiligd pollen Met deze toepassing kunt u documenten scannen en in het geheugen van uw apparaat opslaan en klaarzetten voor pollen. Beveiligd pollen wordt gebruikt voor vertrouwelijke documenten. Er wordt alleen toegang gegeven als de faxnummers van de ophalende apparaten zijn ingevoerd of als de optie Alle faxnummers in adresboek toegang geven is geselecteerd.
Pagina 77
Faxopties Extern pollen Met de toepassing Extern pollen kunt u een opgeslagen document ophalen van een extern apparaat, door het apparaat te bellen of te pollen. Met uw apparaat kan een ander faxapparaat op verschillende manieren worden gepold: • Externe fax pollen - hiermee wordt onmiddelijk of op een opgegeven tijdstip via Uitgesteld verzenden een fax opgehaald van een of meerdere externe faxapparaten.
Pagina 78
Faxopties Externe mailbox pollen Met de toepassing Externe mailbox pollen kunt u een mailbox bellen die op een extern faxapparaat is ingesteld. Er wordt verbinding gemaakt en faxen die in de gepolde mailbox zijn opgeslagen, worden opgehaald. Selecteer de toets Externe mailbox pollen.
Pagina 79
Opdrachtmodule Opdrachtmodule Dit tabblad geeft toegang tot de toepassing Opdrachtmodule voor het compileren van opdrachten met verschillende originelen of verschillende vereiste instellingen binnen een opdracht. Voor toegang tot de opties voor Opdrachtmodule selecteert u Startpagina Functies en Fax. Selecteer vervolgens het tabblad Opdrachtmodule.
Pagina 80
Beveiligde faxen • Alle segmenten verwijderen - verwijdert de huidige opbouwopdracht en brengt u terug naar het hoofdscherm Opbouwopdracht. Selecteer via Volgende segment programmeren de gewenste opties voor het tweede segment. Plaats de originelen van het tweede segment en druk op Start. Herhaal deze stappen totdat alle segmenten van de opdracht zijn geprogrammeerd en gescand.
Pagina 81
• Als Standaard accountadministratie Xerox is ingeschakeld, moet de gebruiker zich ook aanmelden met de aanmeldgegevens voor Standaard accountadministratie. • Als Netwerkaccountadministratie is ingeschakeld, moet de gebruiker een gebruikers-ID en account-ID invoeren.
Pagina 82
Aan-/afmelden ColorQube™ 9201/9202/9203 Faxen...
Pagina 83
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Serverfax...
Pagina 85
Inhoudsopgave Inleiding ................84 Kiesopties .
Pagina 86
Inleiding Inleiding Serverfax is een standaardtoepassing die kan worden ingeschakeld. Als de serverfaxtoepassing op het apparaat is ingeschakeld, kunt u de functie selecteren door op de toets Startpagina Functies te drukken en de optie Serverfax te selecteren. Met Serverfax kunt u documenten scannen en verzenden naar elk type faxapparaat dat is aangesloten op een telefoonnetwerk.
Pagina 87
Kiesopties Kiesopties Met de kiesopties kunt u één of meer bestemmingsfaxnummers invoeren. Selecteer de gewenste kiesoptie voor uw faxopdracht. Voor toegang tot de kiesopties selecteert u Startpagina Functies en Serverfax. Handmatig kiezen Selecteer het veld voor het faxnummer en voer met behulp van de aantaltoetsen het gewenste faxnummer in.
Pagina 88
Kiesopties • Gegevens maskeren [/] - hiermee wordt vertrouwelijke informatie beschermd. Als bij het kiezen bijvoorbeeld een pincode of creditcardnummer moet worden opgegeven, gebruik u gewoon het teken Gegevens maskeren. Selecteer het teken / voordat u vertrouwelijke informatie invoert. Selecteer na het laatste teken van de vertrouwelijke informatie opnieuw / om het maskeren uit te schakelen.
Pagina 89
Kiesopties Als u een vermelding uit de lijst wilt verwijderen, selecteert u de desbetreffende vermelding en selecteert u Vermelding wissen in het vervolgkeuzemenu. Er verschijnt een bevestigingsscherm. Selecteer Vermelding wissen of Annuleren. Selecteer Opslaan om terug te keren naar de faxopties. De fax wordt verzonden naar alle nummers in de lijst met ontvangers.
Pagina 90
Serverfaxopties Als u de vermelding wilt gebruiken voor de huidige opdracht, selecteert u de vermelding in de lijst en selecteert u Toevoegen aan ontvangers. Het nummer wordt aan de lijst met ontvangers toegevoegd. Als u een vermelding wilt bewerken, selecteert u de vermelding in de lijst en selecteert u de toets Bewerken.
Pagina 91
Serverfaxopties Origineelsoort Geef met deze optie aan wat voor soort originelen u gaat scannen. Door het juiste soort te selecteren, wordt de kwaliteit van het gefaxte beeld verbeterd. De opties zijn: • Foto & tekst wordt aanbevolen voor originelen met foto's van hoge kwaliteit en halftonen.
Pagina 92
Afdrukkwaliteit Afdrukkwaliteit De opties voor Afdrukkwaliteit bieden toegang tot de toepassingen waarmee de beeldkwaliteit of afdrukkwaliteit verbeterd kan worden. Voor toegang tot de opties voor Afdrukkwaliteit selecteert u Startpagina Functies en Serverfax. Vervolgens selecteert u het tabblad Afdrukkwaliteit. Beeldopties Beeldopties wordt gebruikt om het uiterlijk van de kopieën te wijzigen.
Pagina 93
Opmaakaanpassing • U de fijne details naar voren wilt halen die verloren zijn gegaan als gevolg van een donkere rand bij ingebonden originelen. • Met Contrast kunt u de beelddensiteit op de afdrukken regelen en een origineel met te veel of te weinig beeldcontrast verbeteren.
Pagina 94
Opmaakaanpassing Origineelformaat Selecteer Origineelformaat om het formaat van het document in te voeren als u via de glasplaat of de AOD gaat scannen. Het apparaat gebruikt deze informatie bij het berekenen van de afmetingen van het origineel en het gescande beeld. U kunt ook Auto-herkenning selecteren voor automatische formaatherkenning of Gemengde origineelformaten als u originelen van verschillende formaten gaat scannen.
Pagina 95
Faxopties Faxopties Met Faxopties kunt u opgeven wanneer uw faxdocument wordt verzonden. Voor toegang tot de serverfaxopties selecteert u Startpagina Functies en Serverfax. Selecteer vervolgens het tabblad Faxopties. Uitgesteld verzenden Selecteer Uitgesteld verzenden om een tijdstip binnen de komende 24 uur in te stellen waarop u de fax wilt verzenden.
Pagina 96
Opdrachtmodule Opdrachtmodule Dit tabblad geeft toegang tot de toepassing Opdrachtmodule voor het compileren van opdrachten met verschillende originelen of verschillende vereiste instellingen binnen een opdracht. Voor toegang tot de opties voor Opdrachtmodule selecteert u Startpagina Functies en Serverfax. Selecteer vervolgens het tabblad Opdrachtmodule. Opbouwopdracht Met deze toepassing kunt u een opdracht opbouwen waarbij verschillende instellingen...
Pagina 97
• Als Standaard accountadministratie Xerox is ingeschakeld, moet de gebruiker zich ook aanmelden met de aanmeldgegevens voor Standaard accountadministratie. • Als Netwerkaccountadministratie is ingeschakeld, moet de gebruiker een gebruikers-ID en account-ID invoeren.
Pagina 98
Aan-/afmelden ColorQube™ 9201/9202/9203 Serverfax...
Pagina 99
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Internetfax...
Pagina 101
Inhoudsopgave Inleiding ................100 Internetfax .
Pagina 102
Inleiding Inleiding Internetfax is een standaardtoepassing die kan worden ingeschakeld. Als de serverfaxtoepassing op het apparaat is ingeschakeld, kunt u de functie selecteren door op de toets Startpagina Functies te drukken en de optie Internetfax te selecteren. Met Internetfax kunt u een elektronisch beeldbestand maken door een origineel document te scannen.
Pagina 103
Internetfax Internetfax Deze internetfaxopties bieden toegang tot toepassingen die nodig zijn voor het programmeren van eenvoudige serverfaxopdrachten. Voor toegang tot de internetfaxopties selecteert u Startpagina Functies en Internetfax. Het tabblad Internetfax wordt weergegeven. Nieuwe ontvanger Met deze optie kunt u gegevens invoeren van alle ontvangers van de internetfax. De gegevens van de ontvanger invoeren: Selecteer Nieuwe ontvanger.
Pagina 104
Internetfax Van: De naam van de afzender invoeren of bewerken: Selecteer Van. Opmerking: Deze optie is mogelijk niet beschikbaar. Als er een standaardnaam wordt weergegeven, selecteert u Tekst wissen om de vermelding te verwijderen. Voer het e-mailadres van de afzender in met behulp van het toetsenbord.
Pagina 105
Internetfax Adresboek Als het apparaat is ingesteld op toegang tot de netwerk- en openbare adresboeken, kunt u deze adresboeken gebruiken om ontvangers te selecteren. Voor meer informatie over het instellen van adresboeken, raadpleegt u de System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder). Selecteer de toets Adresboek.
Pagina 106
Internetfax Afdrukkleur Met de opties voor Afdrukkleur kunt u onder meer de kleur van het origineel automatisch laten detecteren en reproduceren of het origineel in zwart/wit, 4 kleuren of grijswaarden kopiëren. De opties zijn: • Auto-herkenning - voor kopieën die overeenkomen met het origineel.
Pagina 107
Geavanceerde instellingen • Tekst produceert scherpere randen en wordt aanbevolen voor tekst en lijntekeningen. • Kaart wordt gebruikt als het origineel een kaart of plattegrond is of complexe lijntekeningen en tekst bevat. Krant/tijdschrift wordt gebruikt als het origineel afkomstig is uit een tijdschrift of krant met foto's •...
Pagina 108
Geavanceerde instellingen • Met Scherpte kunt u handmatig de scherpte van de gescande beelden aanpassen. Schuif de regelaar omhoog om het beeld scherper te maken. Schuif de regelaar omlaag om het gescande beeld zachter te maken. • Met Verzadiging wordt de balans tussen levendige en pastelkleuren in het beeld geregeld. Schuif de regelaar richting Intens voor meer verzadigde kleuren.
Pagina 109
Geavanceerde instellingen Resolutie De resolutie bepaalt hoe het gescande beeld eruit zal zien. Een hogere resolutie-instelling resulteert in een beeld van hogere kwaliteit. Bij een lagere resolutie is de verzendtijd korter. De opties zijn: • 72 dpi - aanbevolen voor bestanden die alleen op de computer worden weergegeven.
Pagina 110
Geavanceerde instellingen Kwaliteit/bestandsgrootte Met de instellingen van Kwaliteit/bestandsgrootte kunt u kiezen tussen de kwaliteit en de bestandsgrootte van het gescande beeld. Met deze instellingen kunt u ofwel beelden van optimale kwaliteit maken ofwel kleinere bestanden maken. Een klein bestand biedt een enigszins verminderde afdrukkwaliteit, maar kan gemakkelijker via een netwerk worden gedeeld.
Pagina 111
Opmaakaanpassing Opmaakaanpassing Met de opties voor Opmaakaanpassing kunt u wijzigingen in het gescande beeld aanbrengen en het uiterlijk en de stijl van het faxdocument verbeteren. Voor toegang tot de opties voor Opmaakaanpassing selecteert u Startpagina Functies en Internetfax. Selecteer nu het tabblad Opmaakaanpassing.
Pagina 112
Opmaakaanpassing Origineelformaat Selecteer Origineelformaat om het formaat van het document in te voeren als u via de glasplaat of de AOD gaat scannen. Het apparaat gebruikt deze informatie bij het berekenen van de afmetingen van het origineel en het gescande beeld. U kunt ook Auto-herkenning selecteren voor automatische formaatherkenning of Gemengde origineelformaten als u originelen van verschillende formaten gaat scannen.
Pagina 113
Opties Internetfax Opties Internetfax Met de Opties Internetfax kunt u tijdelijk een andere indeling kiezen voor het beeldbestand, een antwoordadres bij Antwoord aan instellen en een kort bericht toevoegen. Ook kunt u het bevestigingsoverzicht inschakelen. Voor toegang tot de opties van internetfax selecteert u Startpagina Functies en Internetfax.
Pagina 114
Opties Internetfax Bericht Gebruik deze optie om een bericht in te voeren voor de internetfax. De tekst van het bericht verschijnt in de fax zelf, niet in de onderwerpregel. Voer het gewenste bericht in met behulp van het toetsenbord. • U kunt maximaal 50 alfanumerieke tekens invoeren.
Pagina 115
Opdrachtmodule Bevestigingsoverzicht Met deze toepassing kunt u een bevestigingsoverzicht laten afdrukken met daarop de afleveringsstatus van de internetfaxopdracht. Iedere ontvanger van de internetfax stuurt een afleveringsbewijs van de ontvangen opdracht. Als het afleveringsbewijs op het apparaat is ontvangen, wordt het overzicht samengesteld en afgedrukt. Opmerking: Afhankelijk van de reactietijd van de ontvanger kan het...
Pagina 116
Opdrachtmodule U kunt de verschillende instellingen selecteren voor de verschillende pagina's of segmenten van de opdracht. Splits de originelen eerst in delen op voor afzonderlijke programmering. Selecteer Opbouwopdracht op het tabblad Opdrachtmodule en kies dan de toets Aan. Selecteer Dit venster weergeven tussen segmenten om het scherm Opbouwopdracht te kunnen bekijken tijdens het scannen.
Pagina 117
• Als Standaard accountadministratie Xerox is ingeschakeld, moet de gebruiker zich ook aanmelden met de aanmeldgegevens voor Standaard accountadministratie. • Als Netwerkaccountadministratie is ingeschakeld, moet de gebruiker een gebruikers-ID en account-ID invoeren.
Pagina 118
Aan-/afmelden ColorQube™ 9201/9202/9203 Internetfax...
Pagina 119
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Faxen vanaf pc...
Pagina 121
Inhoudsopgave Inleiding ................120 Faxen vanaf een pc .
Pagina 122
Inleiding Inleiding Met de functie Faxen vanaf pc op de printerdriver van de ColorQube™ 9201/9202/9203 kunt u vanaf uw eigen pc of werkstation een fax verzenden naar een willekeurig faxapparaat op het telefoonnetwerk. Het grote voordeel van deze functie is dat u het document niet eerst hoeft af te drukken voordat u het gaat faxen en u de hele taak kunt uitvoeren zonder dat u uw werkstation hoeft te verlaten.
Pagina 123
Faxen vanaf een pc Faxen vanaf een pc U kunt uw opdracht alleen faxen als de faxoptie op uw printer is geïnstalleerd en faxen op het scherm Beschikbare componenten is ingeschakeld. Selecteer of maak een document op uw pc. Open het document in uw applicatie en selecteer Afdrukken.
Pagina 124
Faxen vanaf een pc Als u een voorblad met het faxdocument mee wilt sturen, selecteert u Een voorblad afdrukken op het tabblad Voorblad. Het venster met de opties voor voorblad wordt automatisch weergegeven. In dit venster kunt u de pagina naar wens aanpassen. Als u alle gewenste opties heeft geselecteerd, selecteert u OK.
Pagina 125
Opties voor Faxen vanaf pc Opties voor Faxen vanaf pc Ontvangers U kunt via de optie Ontvangers een ontvanger of groep ontvangers voor uw fax invoeren. Selecteer Fax als Opdrachttype op het scherm Papier/aflevering van de printerdriver. Het scherm Faxontvangers wordt automatisch geopend. Op dit scherm worden de ontvangers van de huidige fax weergegeven.
Pagina 126
Opties voor Faxen vanaf pc Telefoonboekvoorkeuren Selecteer Fax als Opdrachttype op het scherm Papier/aflevering van de printerdriver. Het scherm Faxontvangers wordt automatisch geopend. Selecteer de toets Voorkeursinstellingen onder aan het scherm Faxontvangers om het scherm Voorkeursinstellingen telefoonboek te openen. Gegevens van het persoonlijke telefoonboek worden opgeslagen in •...
Pagina 127
Opties voor Faxen vanaf pc Voorblad Met de optie Voorblad kunt u een voorblad aan uw fax toevoegen. Selecteer Een voorblad afdrukken om een voorblad mee te sturen met de opdracht. De opties voor voorbladen worden weergegeven. • Selecteer de Informatie ontvanger om de volgende gegevens af te drukken: •...
Pagina 128
Opties voor Faxen vanaf pc Opties Op dit scherm staan 5 opties voor het verzenden van faxen. waarmee u de verzending van uw fax kunt aanpassen. Bevestigingsblad Hier kunt u aangeven dat u een bevestigingsblad wilt laten afdrukken waarop staat aangegeven of de verzending gelukt of mislukt is.
Pagina 129
Opties voor Faxen vanaf pc Verzendtijd Dit wordt ook wel Uitgesteld verzenden genoemd. U kunt deze optie gebruiken om faxen te versturen in de daltariefperiode. Ook kunt u deze optie gebruiken voor het verzenden van faxen naar andere landen of tijdzones. Standaard wordt de fax onmiddellijk verzonden. Als u het faxbericht binnen de komende 24 uur op een bepaald tijdstip wilt verzenden, selecteert u Verzenden op: en typt u of gebruikt u de pijltoetsen om de lokale tijd in te voeren waarop de fax moet worden verzonden.
Pagina 130
Opties voor Faxen vanaf pc ColorQube™ 9201/9202/9203 Faxen vanaf pc...
Pagina 131
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Afdrukken...
Pagina 133
Inhoudsopgave Inleiding ................132 Papier/aflevering .
Pagina 134
De drivers bevinden zich op een cd die met uw apparaat wordt meegeleverd. U kunt ook de nieuwste versies downloaden van de Xerox-website www.xerox.com. In de System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder) vindt u instructies voor het installeren van de ColorQube™...
Pagina 135
PostScript interpreteren. Xerox levert PostScript-PPD's die met algemene PostScript-printerdrivers voor Windows XP / Server 2003 / Vista kunnen worden gebruikt. De PPD's zijn beschikbaar op de cd die met uw apparaat is meegeleverd of op de website van Xerox.
Pagina 136
Papier/aflevering Papier/aflevering Op het tabblad Papier/aflevering kunt u de basisvereisten voor de afdrukopdracht selecteren. Kies het opdrachttype, het papier, de af te drukken zijden, en de gewenste afdruk- en kwaliteitsinstellingen. Opmerking: Sommige toepassingen worden alleen ondersteund door specifieke printerconfiguraties, besturingssystemen of drivertypen. U ziet wellicht meer toepassingen of opties dan door uw eigen apparaat worden ondersteund.
Pagina 137
Papier/aflevering • Proefafdruk - hiermee wordt één exemplaar van de opdracht als voorbeeld afgedrukt en worden de overige exemplaren vastgehouden in de opdrachtenlijst op de printer. Als u klaar bent met het controleren van de proefafdruk, kunt u de overige sets vrijgeven voor afdrukken of de opdracht verwijderen als deze niet meer nodig is.
Pagina 138
Papier/aflevering • Fax - met deze optie kunt u de huidige opdracht verzenden als een opdracht van het type Faxen vanaf pc. De opdracht wordt vanaf de pc via het netwerk naar de printer verstuurd en vervolgens via een telefoonlijn naar de opgegeven faxbestemming gefaxt.
Pagina 139
Papier/aflevering Geavanceerde papierselecties Selecteer deze optie om het scherm Geavanceerde papierselecties weer te geven. Selecteer de papierlade, het formaat, de kleur en het soort voor de afdrukopdracht. Scheidingsvellen transparanten Selecteer deze optie om het scherm Scheidingsvellen transparanten weer te geven. Als deze optie is geselecteerd, wordt er na elke transparant een blanco of bedrukt scheidingsvel ingevoegd.
Pagina 140
Opmerking: Sommige mediasoorten, -formaten en -gewichten kunnen niet automatisch op beide zijden bedrukt worden. Raadpleeg www.xerox.com voor informatie over de specificaties. Afwerking Hiermee kunt u de afwerkopties voor de afdrukopdracht selecteren, zoals nieten of perforeren. Om de afwerkopties te wijzigen, selecteert u de toets rechts van de samenvatting om het vervolgkeuzemenu met afwerkselecties weer te geven.
Pagina 141
• Geef aan hoeveel de paginabeelden naar buiten moeten worden verschoven (in tienden van een punt). Opmerking: Sommige mediasoorten, -formaten en -gewichten kunnen niet worden geniet, geperforeerd of gevouwen. Raadpleeg www.xerox.com voor informatie over de specificaties. ColorQube™ 9201/9202/9203 Afdrukken...
Pagina 142
Papier/aflevering Afdrukkwaliteit De afdrukkwaliteit bepaalt het uiterlijk van de afdrukken en de tijd die nodig is voor het afdrukken. Hoge resolutie/Foto • Gebruik deze optie als u afdrukken van hoge kwaliteit of foto's afdrukt. Verbeterd • Deze standaardoptie is een afdrukmode van hoge kwaliteit voor fijne lijnen en details. •...
Pagina 143
Speciale pagina's Speciale pagina's Op het tabblad Speciale pagina's kunt u omslagen, invoegingen en afwijkende documentpagina's toevoegen, wijzigen of verwijderen. In de tabel ziet u een overzicht van de speciale pagina's voor uw afdrukopdracht. Er kunnen maximaal 250 invoegingen en afwijkende documentpagina's in de tabel worden opgenomen.
Pagina 144
Speciale pagina's Omslagen toevoegen Met deze optie kunt u blanco of bedrukte omslagen aan uw afgedrukte document toevoegen. Om een omslag toe te voegen, selecteert u de toets Omslagen toevoegen boven de tabel. Selecteer de gewenste Omslagopties: • Alleen vooromslag - er wordt een vooromslag toegevoegd.
Pagina 145
Speciale pagina's Invoegingen toevoegen Met deze optie kunt u blanco of bedrukte invoegingen aan uw afgedrukte document toevoegen. Voor het programmeren van de invoegingen voert u het paginanummer van de pagina vóór de invoeging in. Als u de invoeging als eerste pagina wilt gebruiken, specificeert u Vóór pagina 1. Het is raadzaam om voorafgaande aan de programmering het document te doorlopen en de paginanummers te noteren waar u invoegingen wilt.
Pagina 146
Speciale pagina's Afwijkende documentpagina's toevoegen Met deze optie kunt u instellingen opgeven voor de pagina's in de afdrukopdracht die afwijken van de instellingen voor het hoofdgedeelte van de opdracht. Uw afdrukopdracht bestaat bijvoorbeeld uit 30 pagina's die op papier van standaardformaat moeten worden afgedrukt en 2 pagina's die op papier van een ander formaat moeten worden afgedrukt.
Pagina 147
Kleuropties Kleuropties Het tabblad Kleuropties bevat de volgende onderdelen waarmee u een kleurcorrectie (of zwart/wit-afdrukken) kunt selecteren, de automatische kleurcorrectie kunt aanpassen en de kleuren in de opdracht kunt aanpassen. Sommige toepassingen worden alleen ondersteund door specifieke printerconfiguraties, besturingssystemen of drivertypen. U ziet wellicht meer toepassingen of opties dan door uw eigen apparaat worden ondersteund.
Pagina 148
Kleuropties Kleuraanpassingen Deze optie toont de aanpassingen die aan de kleurinstellingen zijn aangebracht. Pas de kleur aan door de toets Kleuraanpassingen te selecteren. Het vervolgkeuzemenu Kleurcorrectie bevat de volgende opties: • Automatisch - hiermee wordt de beste kleurcorrectie toegepast op elk grafisch onderdeel (tekst, illustraties en foto's) in uw afdrukopdracht.
Pagina 149
Opmaak/watermerk Opmaak/watermerk Het tabblad Opmaak/watermerk bevat instellingen voor het selecteren van paginaopmaak, katernopmaak en watermerkopties. Sommige toepassingen worden alleen ondersteund door specifieke printerconfiguraties, besturingssystemen of drivertypen. U ziet wellicht meer toepassingen of opties dan door uw eigen apparaat worden ondersteund. Pagina-opmaak Pagina's per vel (N op 1) Selecteer deze optie om 1, 2, 4, 6, 9, of 16 pagina's op elke zijde van een vel papier af te drukken.
Pagina 150
(in tienden van een punt). Opmerking: Sommige mediasoorten, -formaten en -gewichten kunnen niet worden geniet, geperforeerd of gevouwen. Raadpleeg www.xerox.com voor informatie over de specificaties. Als uw document al als katern is geformatteerd, kunt u Katernopmaak niet selecteren. Opties pagina-opmaak Als de richting nog niet is ingesteld in uw applicatie, selecteert u de richting in het eerste vervolgkeuzemenu.
Pagina 151
Opmaak/watermerk Als u een watermerk heeft geselecteerd, kunt u via het menu Opties aangeven of het watermerk op de achtergrond of voorgrond moet worden afgedrukt of in de opdracht moet worden ingepast. Geef ook aan of het watermerk op alle pagina's of alleen op de eerste pagina moet worden afgedrukt. U kunt aanvullende watermerken maken met de optie Nieuw.
Pagina 152
Geavanceerd Geavanceerd Op het tabblad Geavanceerd kunt u geavanceerde afdrukopties selecteren, die zelden worden gewijzigd. Opmerking: Sommige toepassingen worden alleen ondersteund door specifieke printerconfiguraties, besturingssystemen of drivertypen. U ziet wellicht meer toepassingen of opties dan door uw eigen apparaat worden ondersteund. ColorQube™...
Pagina 155
Inhoudsopgave Inleiding ................154 Opslagplaatsen .
Pagina 156
Inleiding Inleiding Werkstroom Scannen is een standaardtoepassing die kan worden ingeschakeld. Als de serverfaxtoepassing op het apparaat is ingeschakeld, kunt u de functie selecteren door op de toets Startpagina Functies te drukken en de optie Werkstroom Scannen te selecteren. Met Werkstroom Scannen kunt u een elektronisch beeldbestand maken door een origineel document te scannen.
Pagina 157
Inleiding Opslagplaatsen Opslagplaatsen zijn bestandslocaties of mappen op een server voor het opslaan en bewaren van gescande bestanden. De Opslagplaatsen zijn met behulp van Internet Services ingesteld. Voordat u de toepassing Werkstroom Scannen kunt gebruiken, moet de systeembeheerder de opslagplaatsen voor uw apparaat instellen.
Pagina 158
Werkstroomscanopties Werkstroomscanopties Een sjabloon selecteren Om een sjabloon te gebruiken, selecteert u de gewenste sjabloon in de sjablonenlijst. In het vervolgkeuzemenu boven de lijst zijn nog meer sjablonen beschikbaar. Om te zorgen dat de nieuwste sjablonen beschikbaar zijn, selecteert u Sjablonen bijwerken op het tabblad Geavanceerde instellingen.
Pagina 159
Werkstroomscanopties 2-zijdig scannen Met de optie 2-zijdig scannen kunt u instellen of één of beide zijden van het originele document moeten worden gescand. De opties zijn: 1 zijdig - als uw originele documenten • 1-zijdig zijn. 2-zijdig - als uw originele documenten •...
Pagina 160
Geavanceerde instellingen Voorinstellingen Scannen Met Voorinstellingen Scannen kunt u de scaninstellingen optimaliseren zodat deze passen bij het beoogde doel van de gescande documenten. De opties zijn: • Delen en afdrukken - voor het delen van bestanden die op het scherm worden bekeken en voor het afdrukken van de meeste zakelijke documenten.
Pagina 161
Geavanceerde instellingen Beeldopties Beeldopties wordt gebruikt om het uiterlijk van de kopieën te wijzigen. De opties zijn: Met Lichter/donkerder kunt u • handmatig de lichtheid van het gescande beeld instellen. Schuif de regelaar omlaag om het beeld donkerder te maken en omhoog om het beeld lichter te maken.
Pagina 162
Geavanceerde instellingen Resolutie De resolutie bepaalt hoe het gescande beeld eruit zal zien. Een hogere resolutie-instelling resulteert in een beeld van hogere kwaliteit. Bij een lagere resolutie is de verzendtijd korter. De opties zijn: • 72 dpi - aanbevolen voor bestanden die alleen op de computer worden weergegeven.
Pagina 163
Geavanceerde instellingen Kwaliteit/bestandsgrootte Met de instellingen van Kwaliteit/bestandsgrootte kunt u kiezen tussen de kwaliteit en de bestandsgrootte van het gescande beeld. Met deze instellingen kunt u ofwel beelden van optimale kwaliteit maken ofwel kleinere bestanden maken. Een klein bestand biedt een enigszins verminderde afdrukkwaliteit, maar kan gemakkelijker via een netwerk worden gedeeld.
Pagina 164
Opmaakaanpassing Opmaakaanpassing Met de opties voor Opmaakaanpassing kunt u wijzigingen in het gescande beeld aanbrengen en het uiterlijk en de stijl ervan verbeteren. Voor toegang tot de opties voor Opmaakaanpassing selecteert u Startpagina Functies en Werkstroom Scannen. Selecteer nu het tabblad Opmaakaanpassing.
Pagina 165
Opmaakaanpassing Origineelformaat Met behulp van Origineelformaat kunt u de automatische formaatherkenning op te geven van de originelen, originelen van gemengde formaten of het specifieke formaat van het beeld dat gescand moet worden. De opties zijn: • Auto-herkenning - dit is de standaardinstelling waarmee formaten automatisch worden herkend.
Pagina 166
Opslagopties Randen wissen Met Randen wissen kunt u aangeven hoeveel van het beeld moet worden gewist langs de randen van het document. U kunt bijvoorbeeld vlekken verwijderen die ontstaan als gevolg van gaatjes of nietjes in het origineel. De opties zijn: •...
Pagina 167
Opslagopties • Voer met behulp van het toetsenbord de naam van het bestand in. • U kunt maximaal 40 alfanumerieke tekens invoeren. • U kunt een ingevoerd teken verwijderen met de toets Backspace. Om de volledige vermelding te wissen, selecteert u Tekst wissen.
Pagina 168
Opslagopties • Alleen beeld - optimaliseert het bestand voor bekijken en afdrukken. Het bestand kan niet gewijzigd worden. • Doorzoekbaar - verwerkt het bestand in een OCR-bewerking (optische tekenherkenning). Dit kan enige minuten duren. De tekst in het bestand kan nu doorzocht en bewerkt worden. Als Doorzoekbaar is geselecteerd, wordt het menu Taal van document beschikbaar.
Pagina 169
Opslagopties Documentbeheer Met de toepassing Documentbeheer kunnen gebruikers beschrijvende gegevens toevoegen aan een gescande opdracht. De beschrijvende gegevens zijn toegankelijk via andere software- applicaties als hulpmiddel bij het zoeken, indexeren en automatisch verwerken van gescande documenten. De gegevensvereisten voor Documentbeheer worden afzonderlijk gedefinieerd en geprogrammeerd in het werkstroomscansjabloon.
Pagina 170
Opdrachtmodule Opdrachtmodule Dit tabblad geeft toegang tot de toepassing Opdrachtmodule voor het compileren van opdrachten met verschillende originelen of verschillende vereiste instellingen binnen een opdracht. Voor toegang tot de opties voor Opdrachtmodule selecteert u Startpagina Functies en Werkstroom Scannen. Selecteer vervolgens het tabblad Opdrachtmodule.
Pagina 171
Sjablonen maken Sjablonen maken Sjablonen kunnen op uw apparaat worden gemaakt, bewerkt en verwijderd met Internet Services. Sjabloonbewerkingen kunnen alleen worden uitgevoerd nadat de systeembeheerder de opslagplaatsen en de standaardsjabloon heeft ingesteld. Deze bewerking wordt uitgevoerd in Internet Services. Toegang krijgen tot Internet Services: Open de webbrowser op uw werkstation.
Pagina 172
Sjablonen maken Selecteer de toets Toevoegen om de sjabloon te maken. De nieuwe sjabloonnaam wordt automatisch toegevoegd aan de lijst aan de linkerkant van het scherm. De nieuwe sjabloon krijgt dezelfde instellingen als de sjabloon Standaard. U kunt nu de instellingen naar wens aanpassen.
Pagina 173
Sjablonen maken Voer de nieuwe sjabloonnaam en sjabloonbeschrijving en zo nodig de eigenaar in. Als u de naam niet wijzigt, wordt "Copy" (Kopie) toegevoegd aan de sjabloonnaam. Selecteer Toevoegen. Er wordt een exacte kopie van de oorspronkelijke sjabloon met de nieuwe naam weergegeven. Selecteer de gekopieerde sjabloon en breng de gewenste wijzigingen aan.
Pagina 174
Sjablonen maken Bestand Met deze optie kunt u de gewenste opslagbestemming voor uw gescande beelden selecteren. U kunt altijd gebruikmaken van een standaard opslagbestemming. Als de systeembeheerder nog andere locaties heeft gedefinieerd, kunt u deze ook aan de sjabloon toevoegen. Als u een nieuwe bestemming wilt toevoegen, selecteert u Toevoegen.
Pagina 175
Sjablonen maken Werkstroom Scannen Deze opties worden gebruikt voor het instellen van de basisopties voor een opdracht. De opties zijn: • Afdrukkleur - biedt selecties waarmee de kleur van het origineel automatisch wordt gedetecteerd en gereproduceerd, of waarmee het origineel in zwart/wit, 4 kleuren of 1 kleur gekopieerd wordt.
Pagina 176
Sjablonen maken Opmaakaanpassing Met deze opties kunt u wijzigingen in het gescande beeld aanbrengen en het uiterlijk en de stijl van het opgeslagen beeld verbeteren. De volgende opties zijn beschikbaar: Origineelrichting - hiermee kunt u • het formaat opgeven van de originelen die u wilt scannen.
Pagina 177
Scannen naar mailbox Beeldinstellingen Werkstroomscannen Met deze instellingen kunt u de beeldoptimalisatie, de doorzoekbare opties en de compressie- instellingen instellen. De volgende opties zijn beschikbaar: Geoptimaliseerd voor snelle webweergave - met deze opties kunt u het apparaat instellen op het •...
Pagina 178
Scannen naar mailbox Een privé-map maken De toepassing Scannen naar mailbox wordt door de systeembeheerder ingeschakeld via Internet Services. U kunt Scannen naar mailbox pas gebruiken nadat u een privé-map heeft ingesteld via Internet Services. Toegang krijgen tot Internet Services: Open de webbrowser op uw werkstation.
Pagina 179
Scannen naar mailbox Scannen naar mailbox gebruiken Plaats de originele documenten in de AOD of op de glasplaat. Druk twee keer op de toets Alles wissen (AC) en vervolgens op Bevestigen om alle eerdere programmeerinstellingen te annuleren. Druk op de toets Startpagina Functies en selecteer de optie Werkstroom Scannen.
Pagina 180
Scannen naar mailbox • Opmaakaanpassing op pagina 162 • Opslagopties op pagina 164 • Opdrachtmodule op pagina 168 Druk op Start om de originelen te scannen en de opdracht Werkstroom Scannen te verwerken. Verwijder de originelen uit de AOD of van de glasplaat wanneer u klaar bent met scannen. De opdracht Werkstroom Scannen komt in de opdrachtenlijst te staan om te worden opgeslagen.
Pagina 181
Scannen naar basismap Scannen naar basismap Scannen naar basismap - hiermee kunt u papieren originelen scannen op de ColorQube™ 9201/9202/9203 en deze verzenden naar een netwerkbestemming die als uw "Basismap" is opgegeven. Voer uw netwerkgebruikersnaam in op het apparaat. Op het apparaat verschijnt een sjabloon voor het scannen naar basismap.
Pagina 182
Scannen naar basismap Voer uw gebruikersnaam in via het toetsenbord en selecteer vervolgens de toets Volgende. Voer uw toegangscode in via het toetsenbord en selecteer vervolgens de toets Enter. Druk op de toets Startpagina Functies en selecteer de optie Werkstroom Scannen. De toepassingen van Werkstroom Scannen worden weergegeven.
Pagina 183
• Als Standaard accountadministratie Xerox is ingeschakeld, moet de gebruiker zich ook aanmelden met de aanmeldgegevens voor Standaard accountadministratie. • Als Netwerkaccountadministratie is ingeschakeld, moet de gebruiker een gebruikers-ID en account-ID invoeren.
Pagina 184
Aan-/afmelden • Als er een externe apparaatinterface is geïnstalleerd, wordt u gevraagd zich via het geïnstalleerde apparaat aan te melden (zoals een kaartlezer of muntapparaat). Uw gebruikersgegevens worden weergegeven in het gedeelte Gebruikersgegevens aan de rechterkant van het berichtenscherm. U kunt zich afmelden door nogmaals de toets Aan-/afmelden te selecteren of het gedeelte Gebruikersgegevens te selecteren en Afmelden in het...
Pagina 185
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 E-mail...
Pagina 187
Inhoudsopgave Inleiding ................186 E-mailopties .
Pagina 188
Inleiding Inleiding E-mail is een standaardtoepassing die kan worden ingeschakeld. Als de e-mailtoepassing op het apparaat is ingeschakeld, kunt u de functie selecteren door op de toets Startpagina Functies te drukken en de optie E-mailen te selecteren. Met E-mailen kunt u een elektronisch beeldbestand maken door een origineel document te scannen.
Pagina 189
E-mailopties E-mailopties Deze e-mailopties bieden toegang tot toepassingen die nodig zijn voor het programmeren van eenvoudige e-mailopdrachten. Gegevens zoals de Ontvanger, ontvangers voor Kopie aan en het Onderwerp worden hier ingevoerd. Nieuwe ontvanger Met deze optie kunt u gegevens invoeren van alle ontvangers van de e-mail. De gegevens van de ontvanger invoeren: Selecteer Nieuwe ontvanger.
Pagina 190
E-mailopties Van: De naam van de afzender invoeren of bewerken: Selecteer Van. Opmerking: Mogelijk is deze optie vooraf ingesteld door de systeembeheerder en kan niet worden bewerkt. Als er een standaardnaam wordt weergegeven, selecteert u Tekst wissen om de vermelding te verwijderen.
Pagina 191
E-mailopties Adresboek Als het apparaat is ingesteld op toegang tot de netwerk- en openbare adresboeken, kunt u deze adresboeken gebruiken om ontvangers te selecteren. Voor meer informatie over het instellen van adresboeken, raadpleegt u de System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder). Selecteer de toets Adresboek.
Pagina 192
E-mailopties Afdrukkleur Selecteer Afdrukkleur om automatisch de kleur van het origineel te laten detecteren en reproduceren of het origineel in zwart/wit, 4 kleuren of 1 kleur te kopiëren. De opties zijn: • Auto-herkenning - voor kopieën die overeenkomen met het origineel. •...
Pagina 193
E-mailopties • Tekst produceert scherpere randen en wordt aanbevolen voor tekst en lijntekeningen. • Kaart wordt gebruikt als het origineel een kaart of plattegrond is of complexe lijntekeningen en tekst bevat. Krant/tijdschrift wordt gebruikt als het origineel afkomstig is uit een tijdschrift of krant met foto's •...
Pagina 194
Geavanceerde instellingen Geavanceerde instellingen De opties voor Geavanceerde instellingen bieden toegang tot de toepassingen waarmee de beeldkwaliteit of afdrukkwaliteit verbeterd kan worden. Voor toegang tot de Geavanceerde instellingen selecteert u Startpagina Functies en E-mailen. Selecteer vervolgens het tabblad Geavanceerde instellingen. Beeldopties Beeldopties wordt gebruikt om het uiterlijk van de kopieën te wijzigen.
Pagina 195
Geavanceerde instellingen • Selecteer Uit om de functie Achtergrondonderdrukking uit te schakelen, met name wanneer: • De aanpassing Donkerder geen acceptabele afdrukken produceert van lichte originelen. • Het origineel een grijze of gekleurde rand heeft, zoals een certificaat. • U de fijne details naar voren wilt halen die verloren zijn gegaan als gevolg van een donkere rand bij ingebonden originelen.
Pagina 196
Opmaakaanpassing Kwaliteit/bestandsgrootte Met de instellingen van Kwaliteit/bestandsgrootte kunt u kiezen tussen de kwaliteit en de bestandsgrootte van het gescande beeld. Met deze instellingen kunt u ofwel beelden van optimale kwaliteit maken ofwel kleinere bestanden maken. Een klein bestand biedt een enigszins verminderde afdrukkwaliteit, maar kan gemakkelijker via een netwerk worden gedeeld.
Pagina 197
Opmaakaanpassing Origineelrichting Hiermee kunt u het formaat opgeven van de originelen die u wilt scannen. De opties zijn: Staande beelden heeft betrekking op • de richting waarin de beelden in de AOD zijn geplaatst. Gebruik deze optie als de richting van de beelden overeenkomt met het beeld dat wordt getoond als u de beelden in de AOD plaatst.
Pagina 198
Opmaakaanpassing • Aangepast scangebied - hiermee kunt u een specifiek scangebied opgeven. Meet het scangebied op het origineel en voer in de desbetreffende velden de afmetingen voor de X- en Y-as in. Alleen het opgegeven gebied wordt gescand. • Met Gemengde origineelformaten kunt u documenten met verschillende paginaformaten scannen.
Pagina 199
E-mailopties E-mailopties Met de E-mailopties kunt u tijdelijk een andere indeling kiezen voor het e-mail- beeldbestand, een antwoordadres bij Antwoord aan instellen en een kort bericht toevoegen. Voor toegang tot de e-mailopties selecteert u Startpagina Functies en E-mailen. Selecteer vervolgens het tabblad E-mailopties.
Pagina 200
E-mailopties • Doorzoekbaar - verwerkt het bestand in een OCR-bewerking (optische tekenherkenning). Dit kan enige minuten duren. De tekst in het bestand kan nu doorzocht en bewerkt worden. Als Doorzoekbaar is geselecteerd, wordt het menu Taal van document beschikbaar. Selecteer de gewenste taal in het menu. Afhankelijk van het ontvangende apparaat, is de PDF-selectie mogelijk niet compatibel als de resolutie is ingesteld op 200 dpi.
Pagina 201
E-mailopties Bericht Gebruik deze optie om een bericht in te voeren voor de e-mail. Het bericht is de tekst in de e-mail zelf, niet de tekst van de onderwerpregel. • Voer het gewenste bericht in met behulp van het toetsenbord. •...
Pagina 202
Opdrachtmodule Opdrachtmodule Dit tabblad geeft toegang tot de toepassing Opdrachtmodule voor het compileren van opdrachten met verschillende originelen of verschillende vereiste instellingen binnen een opdracht. Voor toegang tot de opties voor Opdrachtmodule selecteert u Startpagina Functies en E-mailen. Selecteer vervolgens het tabblad Opdrachtmodule.
Pagina 203
• Als Standaard accountadministratie Xerox is ingeschakeld, moet de gebruiker zich ook aanmelden met de aanmeldgegevens voor Standaard accountadministratie. • Als Netwerkaccountadministratie is ingeschakeld, moet de gebruiker een gebruikers-ID en account-ID invoeren.
Pagina 204
Aan-/afmelden ColorQube™ 9201/9202/9203 E-mail...
Pagina 205
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Opgeslagen opdracht opnieuw afdrukken...
Pagina 207
Inhoudsopgave Inleiding ................206 Gebruik van de functie Opgeslagen opdracht opnieuw afdrukken .
Pagina 208
Inleiding Inleiding Opgeslagen opdracht opnieuw afdrukken is een standaardtoepassing die kan worden ingeschakeld. Als deze toepassing op het apparaat is ingeschakeld, kunt u de functie selecteren door op de toets Startpagina Functies te drukken en de optie Opgeslagen opdracht opnieuw afdrukken te selecteren.
Pagina 209
Gebruik van de functie Opgeslagen opdracht opnieuw afdrukken De opgeslagen opdrachten worden weergegeven op het tabblad Opgeslagen opdrachten. Blader zonodig met de toetsen omhoog en omlaag door de lijst tot de map of opdracht verschijnt. Selecteer de gewenste map en opdracht.
Pagina 210
Een opdracht opslaan Een opdracht opslaan Voordat u de optie Opgeslagen opdracht opnieuw afdrukken kunt gebruiken, moet de opdracht eerst worden opgeslagen in een map op het apparaat. De mappen zijn ingesteld door de systeembeheerder via Internet Services en kunnen door de gebruikers worden beheerd. Raadpleeg Mappen beheren pagina 210.
Pagina 211
Een opdracht opslaan Selecteer OK om de selecties op te slaan en de opties voor de opgeslagen opdracht af te sluiten. Stel de gewenste afdruktoepassingen voor de opgeslagen opdracht in. De optie Help biedt uitleg over alle opties. Selecteer OK om de afdrukinstellingen op te slaan. Selecteer OK in het dialoogvenster Afdrukken om de opdracht te verzenden.
Pagina 212
Mappen beheren • Beveiligde opgeslagen opdracht - hiermee kunt u een toegangscode toevoegen aan de opdracht. De opdracht kan alleen worden geopend en afgedrukt met behulp van de toegangscode die hier wordt ingevoerd. Stel naar wens de opties Papier, 2-zijdig afdrukken, Afdrukkleur, Sets, Richting, Nieten en •...
Pagina 213
Mappen beheren • De privé-map wordt gemaakt door een gebruiker (alleen als het apparaat zich in de mode Verificatie bevindt). De gebruiker merkt de map als privé aan, en de map is alleen zichtbaar voor de eigenaar en de systeembeheerder. Als u de gewenste toegangsrechten heeft geselecteerd, selecteert u Toepassen.
Pagina 214
• Als Standaard accountadministratie Xerox is ingeschakeld, moet de gebruiker zich ook aanmelden met de aanmeldgegevens voor Standaard accountadministratie. • Als Netwerkaccountadministratie is ingeschakeld, moet de gebruiker een gebruikers-ID en account-ID invoeren.
Pagina 215
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Internet Services...
Pagina 217
Inhoudsopgave Inleiding ................216 Internet Services gebruiken .
Pagina 218
Inleiding Inleiding Internet Services maakt gebruik van de HTTP-server die op het apparaat is ingebouwd. Hierdoor kunt u met de ColorQube™ 9201/9202/9203 communiceren via een webbrowser en heeft u toegang to het internet of intranet. Door het IP-adres van het apparaat als URL (Universal Resource Locator) in de browser in te voeren, is het apparaat rechtstreeks toegankelijk.
Pagina 219
Internet Services gebruiken Internet Services gebruiken Voordat Internet Services gebruikt kan worden, moet het apparaat eerst fysiek worden aangesloten worden op het netwerk en TCP/IP en HTTP worden ingeschakeld. Er is ook een werkend werkstation met toegang tot TCP/IP-internet of intranet nodig. Toegang krijgen tot Internet Services: Open de webbrowser op uw werkstation.
Pagina 220
Internet Services gebruiken Tellerinformatie Toont het serienummer van het apparaat, het aantal zwarte afdrukken en het aantal kleurenafdrukken dat is gemaakt. Gebruikstellers Toont meer details over het apparaatgebruik, zoals het aantal gekopieerde vellen, het aantal afgedrukte vellen, het aantal faxen en het aantal grote vellen.
Pagina 221
Internet Services gebruiken Laden In dit gedeelte wordt statusinformatie over alle papierladen weergegeven. Ook vindt u hier informatie over de media in de laden en de instellingen van de laden. Informatiepagina's Met deze optie kunt u aparte handleidingen afdrukken met informatie over de functies en toepassingen van de ColorQube™...
Pagina 222
Internet Services gebruiken Actieve opdrachten Met deze optie kunt u de status van uw opdracht controleren. In de lijst met onvoltooide opdrachten staan de huidige opdrachten en de status van iedere opdracht. Opgeslagen opdrachten Opdrachten die in het geheugen van het apparaat zijn opgeslagen, zijn toegankelijk via de optie Opgeslagen opdrachten.
Pagina 223
Internet Services gebruiken Scannen De optie Scannen geeft een lijst weer met alle sjablonen voor Werkstroom Scannen die zijn gemaakt met behulp van Internet Services. Met de optie Scannen kunt u sjablonen voor Werkstroom Scannen maken, wijzigen, kopiëren of verwijderen. Raadpleeg de handleiding Werkstroom Scannen voor meer...
Pagina 224
De optie Ondersteuning bevat de naam en het telefoonnummer van de systeembeheerder en de telefoonnummers die u moet gebruiken voor het Xerox Welcome Centre en voor verbruiksartikelen. Help Selecteer de toets Help om de Help-vensters weer te geven. De structuur van de Help-vensters komt overeen met de structuur van de opties van Internet Services.
Pagina 225
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Papier en ander afdrukmateriaal...
Pagina 227
Inhoudsopgave Inleiding ................226 Lade 1 en lade 2 .
Pagina 228
Inleiding Inleiding In deze handleiding vindt u een beschrijving van de verschillende soorten media die in uw apparaat kunnen worden gebruikt, de beschikbare papierladen en de mediasoorten en -formaten die in elke lade kunnen worden geplaatst en ingevoerd. Ook staat aangegeven in welke richtingen de media kunnen worden ingevoerd: met de lange kant eerst (LKE) of met de korte kant eerst (KKE).
Pagina 229
Lade 1 en lade 2 Lade 1 en lade 2 Lade 1 en 2 bevinden zich aan de voorkant van het apparaat en zijn geschikt voor de invoer van de meeste mediaformaten. Media kan met de lange kant eerst (LKE) worden ingevoerd of met de korte kant eerst (KKE).
Pagina 230
Lade 1 en lade 2 Papier in lade 1 en 2 plaatsen Als lade 1 of lade 2 is ingesteld als vastgestelde lade, moet de gewenste media in de lade worden geplaatst en kunnen de instellingen niet worden aangepast. VOORZICHTIG: Er treedt een storing op als de lade wordt geopend terwijl er vanuit deze lade media wordt ingevoerd.
Pagina 231
Lade 3 Lade 3 Papierlade 3 is een grote papierlade. Deze is bedoeld als hoofdinvoer voor de meest gebruikte media. De lade is blijvend ingesteld als vastgestelde lade en kan alleen papier van het formaat A4 of 8,5 x 11 inch LKE invoeren. De volgende media kan in lade 3 worden geplaatst: •...
Pagina 232
Lade 4 (handmatige invoer) Lade 4 (handmatige invoer) Lade 4 (handmatige invoer) is een papierlade aan de linkerkant van het apparaat, die opzij kan worden geklapt wanneer u deze niet nodig heeft. De handmatige invoer is voornamelijk bedoeld voor invoer van kleine hoeveelheden speciale afdrukmaterialen en is geschikt voor alle soorten media, waaronder transparanten (zonder schutvel), enveloppen en tabbladen.
Pagina 233
Lade 5 Papier in lade 4 (handmatige invoer) plaatsen Het apparaat waarschuwt u als lade 4 (handmatige invoer) is geselecteerd voor een opdracht en de gewenste media niet overeenkomt met de media die momenteel in de lade is geplaatst. U wordt ook gewaarschuwd als het papier in de lade tijdens de uitvoering van de opdracht opraakt.
Pagina 234
Lade 5 • Bankpostpapier, standaard of kringlooppapier • Karton • Voorbedrukte media • Geperforeerd papier Lade 5 mag niet worden gebruikt voor de invoer van etiketten, transparanten, enveloppen, tabbladen of zelfkopiërend papier. Lade 4 (handmatige invoer) kan voor dergelijke mediasoorten worden gebruikt.
Pagina 235
Lade 6 (invoegmodule) Lade 6 (invoegmodule) Lade 6 (invoegeenheid) is een optionele papierlade voor gebruik met de afwerkeenheid voor hoog volume. De lade wordt gebruikt om vellen na verwerking in de set te voegen. Deze lade bied een uitermate geschikte en efficiënte methode voor het toevoegen van voorbedrukte omslagen of invoegingen aan een opdracht.
Pagina 236
Lade 6 (invoegmodule) Invoerrichting van voorbedrukte media Het is belangrijk dat de media in de juiste richting wordt geplaatst, zodat deze overeenkomt met de aflevering. In de onderstaande tabel worden de diverse origineelrichtingen met elkaar vergeleken en wordt per richting aangegeven hoe de voorbedrukte media in de lade moet worden geplaatst. Richting Papierformaat en - Gewenste...
Pagina 237
In dit gedeelte worden de verschillende soorten media beschreven die in uw apparaat kunnen worden gebruikt. Raadpleeg www.xerox.com voor meer informatie over papiersoorten en specificaties. De soort kan worden geselecteerd in een vervolgkeuzemenu voor de instelbare laden. Het is belangrijk dat u de juiste soort selecteert voor de media die in elk van de laden is geplaatst.
Pagina 238
Mediasoorten Voorgeboord Deze mediasoort wordt gebruikt voor geperforeerde media met aan één zijde twee of meer gaatjes voor gebruik in ringmappen of agenda's. Om te zorgen dat er geen inkt terecht komt op de boorgaten, wordt een kleine hoeveelheid van de bindrug van het beeld verwijderd. •...
Pagina 239
Het apparaat ondersteunt etiketten voor laserprinters en apparaten die met vaste inkt werken, zoals etiketten van Xerox. De kleefstoffen zijn bestand tegen de hogere temperaturen van dergelijke apparaten, zonder dat deze uitlopen en vlekken of beschadiging van de interne onderdelen veroorzaken.
Pagina 240
Mediasoorten Voorgesneden tabbladen Tabbladen worden gebruikt als scheidingsvellen in documenten. Het apparaat is geschikt voor tabbladen met 1 tot 10 tabs en een gewicht van maximaal 200 g/m² (53 lb). • Gebruik geen tabbladen met omgebogen hoeken. Dit kan problemen veroorzaken bij de invoer van de tabbladen.
Pagina 241
Opslag en gebruik Gewicht • Licht en medium Formaten • DL, C5, C4 • Commercial #10, 6 x 9 inch, 9 x 12 inch Toegestane kleefrand • Gegomd • Drukken en dichtplakken Niet-toegestane soorten De volgende eigenschappen van enveloppen zijn niet aanvaardbaar: •...
Pagina 242
Opslag en gebruik ColorQube™ 9201/9202/9203 Papier en ander afdrukmateriaal...
Pagina 243
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Apparaat- en opdrachtstatus...
Pagina 245
Inhoudsopgave Inleiding ................244 Opdrachtstatus .
Pagina 246
Inleiding Inleiding In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u de functies Apparaatstatus en Opdrachtstatus gebruikt. Beide functies zijn toegankelijk via toetsen op het bedieningspaneel. Opdrachtstatus - toont alle opdrachten in de opdrachtenlijst die wachten om te worden verwerkt, en de voltooide opdrachten.
Pagina 247
Opdrachtstatus Opdrachtstatus De opdrachtenlijsten zijn toegankelijk door op de toets Opdrachtstatus te drukken. Er wordt informatie over huidige opdrachten en voltooide opdrachten weergegeven. Actieve opdrachten Op dit scherm worden alle actieve opdrachten weergegeven die momenteel in de lijst staan om te worden verwerkt.
Pagina 248
Opdrachtstatus • Onderbroken - de opdracht is onderbroken omdat er een taak op het apparaat wordt uitgevoerd. Zodra de taak is voltooid, wordt de onderbroken opdracht automatisch hervat. • Bezig met verzenden - het apparaat verzendt de opdracht via het netwerk. •...
Pagina 249
Opdrachtstatus Voltooide opdrachten Met deze optie worden de opdrachten weergegeven, die op het apparaat zijn voltooid. Er kunnen maximaal 150 opdrachten worden weergegeven. De Eigenaar, Naam en Status van elke opdracht worden weergegeven. • Selecteer de toets Opdrachtstatus op het bedieningspaneel. De lijst met actieve opdrachten wordt weergegeven.
Pagina 250
Opdrachtstatus Opdrachten beheren Beheer uw Actieve opdrachten met behulp van Opdrachten. • Selecteer de toets Opdrachtstatus op het bedieningspaneel. De lijst met actieve opdrachten wordt weergegeven. • Selecteer de gewenste opdracht in de lijst voor toegang tot de opdrachtopties. De beschikbare toetsen voor opdrachtopties zijn afhankelijk van de geselecteerde opdracht.
Pagina 251
Opdrachtstatus Vastgehouden opdrachten Als een opdracht in de lijst wordt vastgehouden, zijn er extra hulpbronnen of een toegangscode nodig om te kunnen afdrukken. Selecteer de opdracht in de lijst en selecteer Opdrachtgegevens en dan Vereiste bronnen. De benodigde hulpbronnen voor de opdracht worden weergegeven.
Pagina 252
Apparaatstatus Voer de toegangscode in. Bij Beveiligde afdrukopdrachten moet de ingevoerde toegangscode overeenkomen met de toegangscode die met behulp van de printerdriver tijdens het verzenden van de opdracht werd ingevoerd. Bij Beveiligde faxopdrachten moet de ingevoerde code hetzelfde zijn als de code op het moment dat Beveiligde ontvangst in Hulpprogramma's werd ingevoerd.
Pagina 253
Apparaatstatus Status papierlade Er wordt informatie over alle laden, waaronder lade 4 (handmatige invoer), weergegeven. Papierformaat, Papiersoort en Papierkleur zijn de kenmerken die worden ingesteld bij het plaatsen van papier in de laden. Informatiepagina's Met deze optie kunt u een configuratieoverzicht, papiertips en aparte handleidingen afdrukken met informatie over de instellingen, functies en...
Pagina 254
Apparaatstatus Onderhoudsassistent Met deze optie kunt u testgegevens over het apparaat via het netwerk naar Xerox sturen. Storingen Op het tabblad Storingen worden storings- en foutenoverzichten van het apparaat weergegeven. De storingen zijn verdeeld in Huidige storingen, Huidige berichten en Storingsoverzicht.
Pagina 255
Factureringsinformatie Dit tabblad geeft de verbruiks- en prestatiestatistieken van het apparaat weer. Deze informatie wordt gewoonlijk door Xerox of externe organisaties gebruikt voor het berekenen van de facturering m.b.t. leasing of andere garantie- en onderhoudsovereenkomsten. Tellers Met de Tellers worden alle invoer- /uitvoerfuncties, scanfuncties en prestatiegegevens bijgehouden.
Pagina 256
Apparaatstatus Hulpprogramma's Hulpprogramma's biedt toegang tot de beheer- en onderhoudsprogramma's voor het apparaat. Algemene gebruikers mogen bepaalde opties niet bekijken of wijzigen. Opmerking: Informatie over de optie Hulpprogramma's is beschikbaar in de handleiding Beheer en accountadministratie en de System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder).
Pagina 257
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Beheer en accountadministratie...
Pagina 259
Inhoudsopgave Hulpprogramma's ..............258 Toegang tot Hulpprogramma's .
Pagina 260
Hulpprogramma's Hulpprogramma's De instellingen op het apparaat kunnen via twee opties worden ingesteld: Internet Services of Hulpprogramma's. In deze handleiding worden de beschikbare opties in Hulpprogramma's uitgelegd. Voor informatie over de beschikbare instellingen in Internet Services raadpleegt u de System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder).
Pagina 261
260 • Datum en tijd op pagina 260 • Taal/toetsenbordselectie pagina 261 • Instelbare toetsenbordtoets pagina 261 • Xerox Welcome Centre op pagina 261 • Standaarden beginscherm pagina 261 • Afmetingen op pagina 262 • Voorkeur papierformaat op pagina 262 •...
Pagina 262
Apparaatinstellingen Energiebesparing Het apparaat is ontworpen voor een laag energieverbruik en brengt het energieverbruik automatisch terug na een periode van inactiviteit. Met dit hulpprogramma kan de beheerder instellen hoeveel tijd verstrijkt tussen de standby-, energiespaar- en slaapstand. • Intelligent gereed - hiermee wordt het wekken/slapen automatisch geregeld op basis van eerdere gebruikspatronen.
Pagina 263
Tekst wissen om de ingevoerde tekst in zijn geheel te verwijderen. Xerox Welcome Centre Voer hier het telefoonnummer van het Xerox Welcome Centre in. Dit nummer wordt weergegeven op het aanraakscherm en is toegankelijk via de toets Apparaatstatus. • Voer het juiste telefoonnummer in met behulp van het toetsenbord. Gebruik de Backspace-toets om een onjuiste vermelding te verwijderen, of gebruik de toets Tekst wissen om de vermelding in zijn geheel te wissen.
Pagina 264
Apparaatinstellingen • Standaardpad functies hier kunt u de functie selecteren die standaard wordt weergegeven. De beschikbare functies zijn afhankelijk van de geïnstalleerde opties. Selecteer de gewenste functies uit de weergegeven opties. • Standaardpad opdrachtstatus - hier kunt u de standaardfuncties selecteren die worden weergegeven als de toets Opdrachtstatus is geselecteerd.
Pagina 265
Apparaatinstellingen Verbruiksartikel bijna op Deze optie wordt gebruikt voor het instellen van de waarschuwingsperiode voor elk verbruiksartikel van het apparaat. Het apparaat geeft het opgegeven aantal dagen voordat het verbruiksartikel het einde van de levensduur bereikt, een bericht weer. De kennisgevingsperiode voor de volgende verbruiksartikelen instellen: •...
Pagina 266
Apparaatinstellingen Papiersoort en -kleur Hiermee kunt u de soort en kleur van de standaardmedia instellen. Normaal gesproken is dit de meest gebruikte mediasoort op dit apparaat, en de mediasoort die het apparaat invoert als er geen andere specifieke mediasoort is geselecteerd.
Pagina 267
Apparaatinstellingen Instellingen lade Hiermee kunt u eigenschappen aan elke papierlade toekennen, zodat deze papierlade functioneert op een manier die bij uw werkomgeving past. U kunt laden zodanig instellen dat er alleen papier van een bepaalde soort en een bepaald formaat wordt gebruikt, en de Auto- selectie en de Voorrang voor elke lade instellen.
Pagina 268
Apparaatinstellingen Timers Selecteer de optie Timers voor toegang tot de volgende opties: • Timer Auto-hervatten op pagina 266 • Time-out vastgehouden opdracht pagina 266 • Time-out systeem op pagina 267 Timer Auto-hervatten Als het apparaat tijdens een opdracht wordt stopgezet, wordt met deze toepassing bepaald of het apparaat de opdracht automatisch hervat na een ingestelde tijdsduur, of gewacht wordt op...
Pagina 269
Apparaatinstellingen • Inschakelen - hiermee kan het apparaat automatisch vastgehouden opdrachten na een bepaalde tijd verwijderen . Stel de tijd in tussen 0 en 120 uur en 0 en 59 minuten met behulp van de pijltoetsen. • Uitschakelen - het apparaat verwijdert geen vastgehouden opdrachten uit de opdrachtenlijst. De vastgehouden opdrachten worden alleen verwijderd als het apparaat wordt uitgeschakeld.
Pagina 270
Apparaatinstellingen Instellingen Foto/tekst Als de optie Foto & tekst wordt gebruikt, kan het apparaat desgewenst worden ingesteld op het verbeteren van foto's of van tekst. • Selecteer Meer Foto als de fotokwaliteit belangrijker is. Selecteer Meer Tekst om de • tekstkwaliteit te verbeteren.
Pagina 271
Apparaatinstellingen Optie Nietjes zijn op Als het apparaat is voorzien van een afwerkeenheid, kunt u via deze optie instellen wat er met een nietopdracht gebeurt als de nietjes in de nieteenheid op zijn. Opdracht voltooien zonder nietjes - het apparaat verwerkt de opdracht zonder nietjes. •...
Pagina 272
Apparaatinstellingen Startpagina Snelle configuratie Met deze optie kunt u het apparaat snel instellen met de belangrijkste informatie die nodig is om de toepassingen en functies te kunnen gebruiken. Selecteer de optie Startpagina Snelle configuratie voor toegang tot de volgende instellingen: •...
Pagina 273
Apparaatinstellingen Contactnummers Voer hier de telefoonnummers van het Xerox Welcome Centre en voor verbruiksartikelen in, die op het apparaat worden weergegeven. • Telefoonnummer Xerox Welcome Centre - voer hier het telefoonnummer van het Xerox Welcome Centre in dat bij uw apparaat is geleverd.
Pagina 274
Apparaatinstellingen • Lijn 2 - telefoonnummer - dit is het nummer van de tweede telefoonlijn waarop het systeem is aangesloten. • Lijn 2-ID - dit een gebruiksvriendelijke naam om het systeem logisch te identificeren. Lijnopties - hiermee kunt u faxlijn 2 configureren voor verzend- en ontvangstbewerkingen. •...
Pagina 275
Functie-instellingen Fabrieksinstellingen interface herstellen Met deze optie worden alle instellingen op het bedieningspaneel en het aanraakscherm teruggezet op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen. Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven. Selecteer Opnieuw starten om door te gaan met de herstelactie en het apparaat opnieuw te starten. Selecteer Annuleren om af te sluiten zonder de fabrieksinstellingen te herstellen.
Pagina 276
Functie-instellingen Instellingen functie Kopiëren Selecteer de optie Instellingen functie Kopiëren voor toegang tot de volgende instellingen: • Standaardwaarden toepassingen pagina 274 • Voorinstellingen Randen wissen pagina 274 • Voorinstellingen Beeldverschuiving pagina 275 • Voorinstellingen Verkleinen/vergroten op pagina 275 • Leesvolgorde - Opties op pagina 276 •...
Pagina 277
Functie-instellingen • Selecteer de gewenste optie voor zijden, Zijde 1, Zijde 2 en Zijde 1 spiegelen. • Selecteer Naam om de naam van de voorinstellingsoptie aan te passen. Met Tekst wissen kunt u de huidige naam wissen en een nieuwe naam invoeren met behulp van het toetsenbord. Gebruik de Backspace-toets om een onjuist invoerteken te verwijderen.
Pagina 278
Functie-instellingen • Selecteer Onafhankelijk en voer de gewenste voorinstellingspercentages in voor elke voorstellingsoptie. U moet een afzonderlijk percentage invullen voor de X-optie en de Y-optie. U kunt een percentage tussen 25% en 400% invoeren. Leesvolgorde - Opties Met deze optie kunt u de optie Leesvolgorde weergeven of verbergen.
Pagina 279
Functie-instellingen Instellingen interne fax Selecteer de optie Instellingen interne fax voor toegang tot de volgende instellingen: • Faxinstellingen op pagina 277 • Standaardwaarden toepassingen pagina 274 • Landinstelling op pagina 278 • Instellingen Lijn 1 op pagina 278 • Instellingen Lijn 2 op pagina 278 •...
Pagina 280
Functie-instellingen Landinstelling Met deze optie kunt u het land selecteren waarin het apparaat zich bevindt. • Selecteer het gewenste land uit de weergegeven opties. Instellingen Lijn 1 De standaard faxoptie ondersteunt één analoge telefoonlijn. Als de uitgebreide faxoptie is geïnstalleerd, ondersteunt het apparaat twee analoge faxlijnen.
Pagina 281
Functie-instellingen Standaardwaarden inkomende faxen Met deze instelling kunt u de standaardopties voor inkomende faxen selecteren. Wachttijd Auto antwoord Met deze instelling kunt u een vertraging instellen voordat het apparaat een oproep beantwoordt. Dit is met name nuttig wanneer het apparaat is aangesloten op een gemeenschappelijk gebruikte telefoonlijn.
Pagina 282
Functie-instellingen Beveiligde ontvangst Als deze optie is ingeschakeld, wordt er om een 4-cijferige toegangscode gevraagd. Zonder deze toegangscode kunnen geen inkomende faxen worden afgedrukt. • Inschakelen - hiermee wordt Beveiligde ontvangst ingeschakeld. Voer een toegangscode van 4 cijfers in, waarmee inkomende faxopdrachten kunnen worden vrijgegeven voor afdrukken. •...
Pagina 283
Functie-instellingen • Mislukte pagina('s) zonder voorblad - selecteer deze optie om de mislukte pagina's opnieuw te verzenden, maar niet het voorblad. • Hele opdracht zonder voorblad - selecteer deze optie om de hele opdracht opnieuw te verzenden, maar niet het voorblad. •...
Pagina 284
Functie-instellingen • 1 - 72 uur bewaren - hiermee kunt u het document na 1 en 72 uur laten verwijderen. • Voor altijd - het document blijft bewaard totdat het handmatig wordt verwijderd. Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven, aangezien het geheugen met deze optie zeer snel vol kan raken.
Pagina 285
Functie-instellingen Instellingen Faxoverzichten Er zijn 3 faxoverzichten beschikbaar: Activiteitenoverzicht, Bevestigingsoverzicht en Rondzend- en multipol-overzicht. Met deze optie kunt u het uiterlijk van en de afdrukvoorwaarden voor deze overzichten instellen. • Activiteitenoverzicht - verschaft informatie over de faxactiviteiten die op het apparaat hebben plaatsgevonden: •...
Pagina 286
Deze optie wordt gebruikt om uw Xerox- serviceplan te wijzigen. Als u het plan wilt wijzigen, neemt u contact op met het Xerox Welcome Centre en geeft u uw serienummer door. Xerox geeft u dan een Autorisatienummer serviceplan. Voer het nummer in en selecteer de toets Serviceplan wijzigen.
Pagina 287
Logbestanden netwerk Gebruik deze optie alleen als u daartoe door het Xerox Welcome Centre instructies krijgt. Het wordt gebruikt voor het downloaden van loggegevens, die kunnen helpen bij het oplossen van netwerkproblemen.
Pagina 288
Xerox Standaard Accountadministratie - is een accountadministratiesysteem dat met behulp van de gebruikersinterface van Internet Services wordt ingesteld. Als deze optie wordt ingeschakeld, moet het IP-adres van het apparaat worden ingevoerd en kan Xerox Standaard Accountadministratie worden ingesteld. Netwerkaccountadministratie is een functie van het apparaat waarmee de kopieer-, afdruk-, •...
Pagina 289
380 mm (15 inch) moet tellen, bijvoorbeeld op vellen van het formaat A3 of 11 x 17 inch. Xerox Standaard Accountadministratie Met Xerox Standaard Accountadministratie kan het gebruik van de de afdruk-, kopieer-, scan- en faxopdrachtfuncties worden bijgehouden. Xerox Standaard Accountadministratie is een standaardtoepassing die met behulp van Internet Services wordt ingesteld.
Pagina 290
Beveiligingsinstellingen Beveiligingsinstellingen Met de Beveiligingsinstellingen kunnen de beveiligingstoepassingen van het apparaat worden beheerd. Er kunnen rechten voor opdrachtverwijdering en beeldoverschrijving worden geconfigureerd. In de System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder) vindt u gedetailleerde instructies voor de beveiligingsinstellingen. Verificatie Met deze optie kunt u de verwijderingsrechten voor geverifieerde gebruikers instellen. Opdracht verwijderen Met deze optie kunt u instellen welke gebruikers opdrachten op het apparaat mogen verwijderen.
Pagina 291
Problemen oplossen • Faxkieslijsten • Inhoud uit mailboxen Volledige beeldoverschrijving duurt circa 60 minuten en wordt uitgevoerd voor alle gegevens. Selecteer de gewenste optie voor Overschrijving en selecteer Nu overschrijven om de overschrijvingsprocedure uit te voeren. Geldige ontvangers Met deze toepassing stelt u de parameters voor toegestane ontvangers bij e-mail en internetfax in. Elk geldig e-mailadres toestaan - •...
Pagina 292
Vlekken - hiermee worden vlekken, strepen en inktvlekken van dezelfde of verschillende kleuren die over de afdruk verspreid zijn, weggewerkt. • Geavanceerd - hiermee wordt een lijst met verfijnde procedures weergegeven. Medewerkers van het Xerox Welcome Centre kunnen u vragen deze optie te selecteren. Raadpleeg Afdrukkwaliteit corrigeren op pagina 310.
Pagina 293
Problemen oplossen • Altijd corrigeren - hiermee worden lichte strepen altijd gecorrigeerd. • Uit - wordt geselecteerd als er geen actie nodig is. Opnieuw instellen Met deze optie kunt u de systeemsoftware opnieuw instellen. • Software opnieuw instellen pagina 291 •...
Pagina 294
Problemen oplossen Netwerk De Netwerkopties worden gebruikt voor het oplossen van problemen met de netwerkverbinding. Echotest Met de Echotest kunt u de netwerkverbinding testen. • Selecteer het gewenste protocol en selecteer de toets Start test om de echotest uit te voeren. •...
Pagina 295
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Algemene zorg en problemen oplossen...
Pagina 297
Inhoudsopgave Opties voor in-/uitschakelen ............296 Inschakelen .
Pagina 298
Opties voor in-/uitschakelen Opties voor in-/uitschakelen Inschakelen • Druk op de toets Aan/uit. De inschakelingsprocedure wordt door het apparaat gestart. • Sommige functies zijn eerder gereed voor gebruik dan andere. Dit apparaat is na circa 3 minuten gereed voor scannen. Uitschakelen •...
Pagina 299
Algemene zorg Wanneer u het apparaat vanuit deze mode weer wilt activeren, drukt u op een toets op het aanraakscherm of bedieningspaneel. • Als Versneld opnieuw starten is geselecteerd en bevestigd, wordt het apparaat opnieuw gestart. Alle kopieeropdrachten in de opdrachtenlijst worden verwijderd. Afdrukopdrachten in de opdrachtenlijst worden hersteld.
Pagina 300
NIET specifiek wordt beschreven in de documentatie die bij uw apparaat is geleverd. Als u verbruiksartikelen of nieuwe eenheden wilt bestellen, neemt u contact op met het Xerox Welcome Centre. Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand heeft: naam van uw bedrijf, productnummer en serienummer van het apparaat.
Pagina 301
De printer werkt pas weer als de module is vervangen. Vervang de module volgens de instructies op het aanraakscherm en in de verpakking van de nieuwe module. Recycle de oude module volgens de instructies op de verpakking of van het Xerox Welcome Centre.
Pagina 302
Algemene zorg Nietcassette kantoorafwerkeenheid/afwerkeenheid voor hoog volume Open de deur van de afwerkeenheid. Als u de kantoorafwerkeenheid gebruikt, draait u de toegangshendel (een groen rad) van de nieteenheid naar rechts totdat de nieteenheid toegankelijk is. Ontgrendel de nietcassette met de lichtgekleurde klem en verwijder de gebruikte nietcassette.
Pagina 303
Algemene zorg De afvalcontainer leegmaken De afvalcontainer vangt inktdeeltjes op die vrijkomen bij het onderhoud van de printkop. U moet de afvalcontainer af en toe leegmaken. Het apparaat werkt niet als de afvalcontainer vol is. De afvalinkt is niet giftig en kan gewoon bij het normale afval worden gedaan.
Pagina 304
Algemene zorg Onderhoud van afdrukkwaliteit Er zijn een aantal taken die uw apparaat automatisch uitvoert voor een optimale afdrukkwaliteit: Automatisch onderhoud van afdrukkwaliteit Uw apparaat bevat een deelsysteem dat de kwaliteit van het beeld op de drum regelmatig controleert. Dit systeem wordt het IOD-systeem genoemd (Ink On Drum - Inkt op de drum). Dit systeem detecteert en corrigeert automatisch een aantal parameters voor een optimale afdrukkwaliteit.
Pagina 305
Als het probleem niet wordt verholpen door het apparaat opnieuw te starten, raadpleegt u de instructies in deze handleiding om het probleem te identificeren en op te lossen. Als u het probleem nog steeds niet kunt oplossen, neemt u contact op met het Xerox Welcome Centre voor advies. ColorQube™ 9201/9202/9203...
Pagina 306
Problemen oplossen Storingen Er zijn verschillende categorieën storingen die kunnen optreden op het apparaat en verschillende manieren waarop deze worden geïdentificeerd, afhankelijk van de soort storing die optreedt. In dit gedeelte wordt een overzicht gegeven van de verschillende soorten storingen en de manier waarop deze worden weergegeven en geregistreerd.
Pagina 307
Problemen oplossen Statusberichten Statusberichten zijn informele berichten die niet van invloed zijn op een juiste werking van het apparaat. Er zijn twee groepen statusberichten: Waarschuwingsberichten - deze berichten zijn bedoeld ter informatie en hebben gewoonlijk te • maken met de vervanging van verbruiksartikelen. In de berichten wordt de gebruiker van het apparaat gewaarschuwd dat er mogelijk een probleem kan ontstaan of dat er iets moet worden ondernomen om een storing te voorkomen.
Pagina 308
Problemen oplossen Storingslog Storingsinformatie is beschikbaar via de toets Apparaatstatus. Apparaatstatus verschaft informatie over het apparaat, de status van de papierladen en verbruiksartikelen en eventuele huidige storingen. Er zijn ook gebruikstellers beschikbaar. Op het tabblad Storingen worden storings- en foutenoverzichten van het apparaat weergegeven.
Pagina 309
Problemen oplossen Papierstoringen Het apparaat beschikt over speciale zones voor het verwijderen van vastgelopen papier. Als het papier vastloopt, verschijnt er op het aanraakscherm een bericht en instructies waarmee het vastgelopen papier verwijderd kan worden. Er zijn ook labels waarop staat aangegeven hoe het papier in elke zone verwijderd kan worden.
Pagina 310
Problemen oplossen Afwerkingsstoringen In de afwerkeenheden kunnen soms storingen met het papier of bij het nieten, perforeren of stapelen optreden. Als er een storing optreedt, verschijnt er op het aanraakscherm een bericht en instructies waarmee de storing verholpen kan worden. Als de problemen zich blijven voordoen, of af en toe optreden, controleert u het volgende: •...
Pagina 311
• Controleer of de originelen aan de specificaties voldoen en of de geplaatste originelen niet boven de maximale vullijn op de geleiders van de AOD uit komen. Raadpleeg www.xerox.com voor informatie over de specificaties. Problemen met de afdrukkwaliteit Er zijn aanvullende opties beschikbaar in...
Pagina 312
Geavanceerd - hiermee wordt een lijst met verfijnde procedures weergegeven. Medewerkers van • het Xerox Welcome Centre kunnen u vragen deze optie te selecteren. Geavanceerd Met deze optie kunt u het probleem van de lichte strepen snel of volledig oplossen of het probleem van inktvlekken oplossen.
Pagina 313
• Controleer of het probleem zich niet op het origineel voordoet. • Gebruik originelen die aan de specificaties voldoen. www.xerox.com voor informatie over de Raadpleeg specificaties. • Zorg dat de originelen op juiste wijze in de AOD worden geplaatst.
Pagina 314
Problemen oplossen Probleem Mogelijke oplossing Er verschijnen vegen en vlekken op de • Druk de opdracht opnieuw af. afdrukken wanneer er via de AOD en de • Controleer of het probleem zich niet op het origineel glasplaat wordt gekopieerd of gescand. voordoet.
Pagina 315
Problemen oplossen Probleem Mogelijke oplossing Kopieerkleur is anders dan verwacht. • Druk de opdracht opnieuw af. • Gebruik een afdrukmode van hogere kwaliteit. • Selecteer een andere origineelsoort. • Los de problemen met de afdrukkwaliteit op. Raadpleeg Problemen met de afdrukkwaliteit op pagina 309 voor instructies.
Pagina 316
Meer hulp Meer hulp Voor meer hulp kunt u onze website www.xerox.com bezoeken of contact opnemen met het Xerox Welcome and Support Centre onder vermelding van het serienummer van het apparaat. Druk op de toets Apparaatstatus op • het bedieningspaneel.
Pagina 317
Versie 2.0 09/09 Xerox ColorQube™ ® 9201/9202/9203 Veiligheid en regelgeving...
Pagina 319
Inhoudsopgave Kennisgevingen en veiligheid ............318 Veiligheidslabels en -symbolen .
Pagina 320
Uw Xerox-product en -verbruiksmaterialen zijn ontworpen en getest op basis van strenge veiligheidsvoorschriften. Het gaat hierbij onder meer om de evaluatie en certificering van veiligheidsinstanties en het voldoen aan elektromagnetische regelgeving en geldende milieunormen. Bij het testen van de veiligheid en de prestaties van dit product zijn uitsluitend Xerox-materialen gebruikt. WAARSCHUWING: Ongeoorloofde wijzigingen, zoals het toevoegen van nieuwe functies of de aansluiting van randapparaten, kunnen van invloed zijn op dit product.
Pagina 321
Uw Xerox-apparatuur en -verbruiksmaterialen zijn ontworpen en getest volgens strenge veiligheidsvoorschriften. De producten zijn getest en goedgekeurd door een veiligheidsinstituut en voldoen aan vastgestelde milieunormen. Neem te allen tijde de onderstaande veiligheidsrichtlijnen in acht om te zorgen dat uw Xerox-apparaat ononderbroken veilig blijft werken: Elektriciteit Dit hoofdstuk biedt belangrijke veiligheidsinformatie voor elektriciteit die u moet lezen voordat u het apparaat installeert of gebruikt.
Pagina 322
• Ga altijd voorzichtig te werk wanneer u het apparaat verplaatst of verhuist. Neem contact op met uw lokale Xerox-dealer als u het apparaat naar een ander gebouw wilt verhuizen. • Plaats het apparaat altijd op een stevige ondergrond (niet op zachte vloerbedekking) met voldoende kracht voor het gewicht van het apparaat.
Pagina 323
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met uw erkende leverancier. Uitschakelen in een noodgeval Als een van de volgende situaties zich voordoet, zet u het apparaat onmiddellijk uit en trekt u de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met een erkende Xerox-servicevertegenwoordiger om het probleem te verhelpen. •...
Pagina 324
Informatie voor veilig gebruik Informatie in verband met onderhoud WAARSCHUWING: Gebruik geen reinigingsmiddelen in spuitbussen. Reinigingsmiddelen in spuitbussen kunnen explosief of ontvlambaar zijn wanneer ze op elektromechanische apparatuur worden gebruikt. • Alle productonderhoudsprocedures die door de gebruiker kunnen en mogen worden uitgevoerd, worden in de gebruikersdocumentatie beschreven die bij het product wordt meegeleverd.
Pagina 325
• Raadpleeg uw dealer of een erkende radio/tv-monteur. Wijzigingen aan de apparatuur waarvoor niet nadrukkelijk toestemming is gegeven door Xerox, kunnen de bevoegdheid van de gebruiker om gebruik te maken van de apparatuur ongeldig maken. Om te voldoen aan Deel 15 van de FCC-regels, moet gebruik worden gemaakt van afgeschermde interfacekabels.
Pagina 326
Dit is een klasse A-product. In een huiselijke omgeving kan dit product radiostoringen veroorzaken, in welk geval de gebruiker passende maatregelen zal moeten nemen. Het CE-merk op dit product symboliseert de verklaring van conformiteit van Xerox met de volgende van toepassing zijnde richtlijnen van de Europese Unie vanaf de aangegeven data: •...
Pagina 327
Regelgeving met betrekking tot het kopiëren van documenten Regelgeving met betrekking tot het kopiëren van documenten Verenigde Staten Het Congres heeft officieel de reproductie van de volgende zaken onder bepaalde omstandigheden verboden. Straffen in de vorm van geldboetes of gevangenisstraffen kunnen worden opgelegd aan degenen die schuldig worden bevonden aan het maken van dergelijke reproducties.
Pagina 328
Regelgeving met betrekking tot het kopiëren van documenten Meer informatie over deze voorzieningen is verkrijgbaar bij Copyright Office, Library of Congress, Washington, D.C. 20559. Vraag naar circulaire R21.5. Bewijzen van staatsburgerschap of naturalisatie. Buitenlandse naturalisatiecertificaten mogen worden gefotografeerd. Paspoorten. Buitenlandse paspoorten mogen worden gefotografeerd. Immigratiepapieren.
Pagina 329
Regelgeving met betrekking tot het kopiëren van documenten Canada Het parlement heeft de reproductie van de volgende onderwerpen onder bepaalde omstandigheden wettelijk verboden. Straffen in de vorm van geldboetes of gevangenisstraffen kunnen worden opgelegd aan degenen die schuldig worden bevonden aan het maken van dergelijke reproducties. Geldige bankbiljetten of geldig papiergeld.
Pagina 330
Regelgeving met betrekking tot het faxen van documenten Regelgeving met betrekking tot het faxen van documenten Verenigde Staten Vereisten voor de kopregel van de fax Volgens de Wet op de Bescherming van Telefoongebruikers van 1991 is het onwettig om een computer of een ander elektronisch apparaat, inclusief een faxapparaat, te gebruiken voor het verzenden van berichten, tenzij aan de boven- en onderkant van elk bericht of op de eerste pagina van de verzending duidelijk wordt aangegeven op welke datum en op welk tijdstip het bericht is verzonden, samen met de...
Pagina 331
Informeer bij uw plaatselijke telefoonmaatschappij naar het modulaire aansluitingstype op uw lijn. Wanneer u dit apparaat op een niet-goedkeurde aansluiting aansluit, kan er schade aan het apparaat van de telefoonmaatschappij worden veroorzaakt. U, niet Xerox, is verantwoordelijk en/of aansprakelijk voor enige schade die wordt veroorzaakt door het aansluiten van dit apparaat op een niet-goedgekeurde aansluiting.
Pagina 332
Regelgeving met betrekking tot het faxen van documenten Canada Opmerking: Met het label Industry Canada wordt gecertificeerde apparatuur erkend. Deze certificering betekent dat de apparatuur voldoet aan bepaalde vereisten met betrekking tot de beveiliging, werking en veiligheid van telecommunicatienetwerken, zoals voorgeschreven in de desbetreffende documenten voor technische vereisten van terminalapparatuur.
Pagina 333
Zie voor meer informatie over de milieuprogramma's van Xerox: www.xerox.com/environment.html. Indien u verantwoordelijk bent voor het weggooien van uw Xerox-product, houd er dan rekening mee dat het product mogelijk lood, kwik, perchloraat en andere stoffen bevat die om milieutechnische redenen alleen onder bepaalde voorwaarden mogen worden weggegooid.
Pagina 334
Neem voor informatie contact op met uw winkelier. Neem voordat u het product weggooit, contact op met uw plaatselijke winkelier of het Xerox Welcome Centre voor informatie over terugname van afgeschreven apparatuur. ColorQube™ 9201/9202/9203...
Pagina 335
EH&S Contactinformatie Voor meer informatie over Environment, Health and Safety met betrekking tot dit Xerox-product en de bijbehorende verbruiksartikelen, neemt u contact op met de volgende klantenhulplijnen: VS: 1-800 828-6571...
Pagina 336
EH&S Contactinformatie ColorQube™ 9201/9202/9203 Veiligheid en regelgeving...
Pagina 337
Index Opgeslagen opdracht opnieuw afdrukken, 206 Serverfax, 84 Werkstroom Scannen, 154 Als bestand al bestaat, 166 AOD-storingen, 309 Apparaat reinigen, 302 Cijfers Apparaatbeheer, 258 Apparaatinstellingen, 259 2-zijdig, 17, 62, 88, 104, 138, 157 Apparaatstandaarden, 258 2-zijdig scannen, 173 Apparaatstatus, 250 Apparaatstoringen, 252 Apparaatwebpagina's, 217 Aan-/afmelden, 49...